San Salvator Gemeenschap 2/3 februari 2019. Zang: Cantorij
Voorganger: Maria van den Dungen Thema: Wie ben ik dan?
OPENINGSLIED: … Dit huis is een huis / Vrede voor jou
Welkom
Iedereen die hierheen is gekomen, bekend of onbekend: van harte welkom, om een uur de hectiek van alledag los te laten en wat rust en bezinning te delen.
De dagen worden merkbaar langer en er is meer licht tot vreugde van bijna iedereen. Het is 40 dagen na Kerstmis, 2 Februari, feest van Maria-Lichtmis.
Volgens joodse wetten moet de moeder 40 dagen na de geboorte een reinigingsritueel ondergaan in de tempel en het kind aan God worden opgedragen. Op Maria-Lichtmis werden traditioneel kaarsengewijd en een kaarsenprocessiegehouden vóór de mis; vandaar de naam Lichtmis. Met dit feest wordt de kerstperiode definitief afgesloten. We zullen zelf het licht verder moeten dragen.
De evangelielezingen gaan al over het volwassen leven van Jezus. Vandaag komt hij terug in Nazareth en zijn bezoek aan de synagoge is geen groot succes.
Maar laat ons eerst maar ruimte maken in onszelf.
Drempelgebed:
Samen hier bijeen
worden we stil
om ruimte te maken voor jou
Samen hier bijeen
maken we ons voor even los
van wat ons ketent en op ons drukt
Samen hier bijeen
stellen we ons open
voor een vleugje wind
waarmee we verder mogen gaan
van Douwe Hettema
Acclam: Wek mijn zachtheid weer /Eeuwige, onzienlijke
Eerste lezing:
Jeremia 1, 4-10: De roeping van Jeremia
De HEER richtte zich tot mij: ‘Voordat ik je vormde in de moederschoot, had ik je al uitgekozen, voordat je de moederschoot verliet, had ik je al aan mij gewijd, je een profeet voor alle volken gemaakt.’
Ik riep: ‘Nee, HEER, mijn God! Ik kan het woord niet voeren, ik ben te jong.’ Maar de HEER antwoordde: ‘Zeg niet: “Ik ben te jong.” Richt je tot iedereen naar wie ik je zend en zeg alles wat ik je opdraag. Wees voor niemand bang, want ik zal je terzijde staan en je redden – spreekt de HEER.’ En de HEER strekte zijn hand uit, raakte mijn mond aan en zei tegen mij: ‘Hiermee leg ik mijn woorden in jouw mond. Nu, op deze dag, geef ik je gezag over alle koninkrijken en volken, om ze uit te rukken en te verwoesten, om ze te vernietigen en af te breken, op te bouwen en te planten.’
Tussenzang: Hoort hoe God met mensen omgaat /Hij die gesproken heeft
Evangelie Lucas 4,16-30
In die tijd kwam Jezus in Nazaret, waar Hij was grootgebracht. Hij ging volgens zijn gewoonte op de sabbatdag naar de synagoge en stond op om voor te lezen.
Ze reikten Hem de boekrol van de profeet Jesaja aan. Hij opende de rol en vond de plaats waar geschreven stond: “De geest des Heren is over mij gekomen, omdat Hij mij gezalfd heeft. Hij heeft mij gezonden om aan armen de Blijde Boodschap te brengen, aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken, en aan blinden dat zij zullen zien; om verdrukten te laten gaan in vrijheid, om een genadejaar af te kondigen van de Heer.”
Daarop rolde Hij het boek dicht, gaf het terug aan de dienaar en ging zitten.
In de synagoge waren aller ogen gespannen op Hem gevestigd. Toen begon Hij hun toe te spreken: “Het Schriftwoord dat gij zojuist gehoord hebt is thans in vervulling gegaan.” Allen betuigden Hem hun instemming en verbaasden zich dat woorden, zo vol genade uit zijn mond vloeiden.
Ze zeiden: “Is dat dan niet de zoon van Jozef?” Hij zei hun: “Natuurlijk zult ge Mij dit spreekwoord voorhouden: Geneesheer, genees uzelf; doe al wat, naar wij hoorden, in Kafarnaüm gebeurd is, nu ook hier in uw vaderstad.” Maar Hij gaf er dit antwoord op: “Voorwaar, Ik zeg u: geen profeet wordt aanvaard in zijn eigen vaderstad. En het is waar wat Ik u zeg: in de tijd van Elia immers, toen de hemel drie jaar en zes maanden gesloten bleef en een grote hongersnood uitbrak over het hele land, waren er veel weduwen in Israël; toch werd Elia tot niemand van haar gezonden dan tot een weduwe te Sarepta, in het gebied van Sidon. En in de tijd van de profeet Elisa waren er vele melaatsen in Israël; toch werd niemand van hen gereinigd, behalve de Syriër Naäman.”
Toen ze dit hoorden werden allen die in de synagoge waren woedend. Ze sprongen overeind, joegen Hem de stad uit en dreven Hem voort tot aan de steile rand van de berg waarop hun stad gebouwd was, om Hem daar in de afgrond te storten. Maar Hij ging midden tussen hen door en vertrok.
Acclam. .: Ik danste in de ochtend (couplet 1 en 5)) / Laudate omnes gentes
Overweging
Toen ik met de voorbereiding van deze viering bezig was, hoorde ik het lied “Ken jij mij?” van Trijntje Oosterhuis.
En zo kwam ik aan de titel van deze viering.
En is gekend zijn, echt gekend worden niet iets waar iedereen ten diepste naar verlangt?
Er zijn in de bijbel begrippen, die steeds terugkeren.
Het eerste is Licht: al op de eerst bladzij van de bijbel roept God het licht tevoorschijn om de duisternis te verdrijven. En het laatste hoofdstuk gaat over God die alle andere licht overbodig maakt.
Geroepen worden en zegen krijgen of geven zijn ook zo’n thema’s.
In de eerste lezing wordt verteld hoe Jeremia al vanaf de moederschoot bestemd is om profeet te worden, om inkeer en een toekomst op te roepen.
Dat is een ondankbare taak, je moet hoog en laag aanspreken op hun gedrag en dat is natuurlijk altijd een onwelkome boodschap. Ook God’ s belofte dat hij hem steeds zal steunen en redden maakt het niet aanlokkelijk. Velen gingen Jeremia voor: Mozes, Jona, Elia en ook zij probeerden er onderuit te komen.
Maar als je bij je naam wordt geroepen door de Eeuwige is nee zeggen geen optie.
Ken je ook dat gevoel dat er van je wordt verwacht dat je iets gaat doen, waar je vreselijk tegenop ziet? Dat je geen nee durft zeggen omdat iedereen op je rekent, maar dat is wel precies wat je het liefst zou doen, nee zeggen – als je maar durfde.
Dan horen we het evangelie: Jezus, komt in Nazareth, waar hij opgroeide. Het is sabbat en hij gaat de synagoge binnen. Nazareth mag dan een kleine plaats zijn in Galilea, maar afgesloten van de wereld zijn ze niet. Het nieuws van zijn optreden – en vooral van de wonderen is hem vooruit gesneld-. Het is er druk, want ze zijn benieuwd. Hij krijgt de boekrol aangereikt en leest de tekst uit Jesaja. Een geliefde tekst over de dienaar die gezonden wordt met hoop, met woorden van bevrijding en beloften van toekomst .
Als Jezus weer zit zegt hij heel simpel: ”dat Schriftwoord is heden in vervulling gegaan”.
Jezus heeft de tekst gekozen, die als het ware het programma van zijn zending zal zijn: Goed nieuws brengen aan de armen, aan al wie het nodig heeft en bevrijding voor wie gevangene zijn.
De aanwezigen knikken instemmend – zo’n bekendheid komt niet elke dag in Nazareth.
Maar ze willen zien met eigen ogen. Ze weten wie zijn ouders zijn, ze kennen zijn broers en zussen; hij hoort toch ook een beetje bij hen.
In het midden oosten is de familieband heilig en ook de groepsloyaliteit is sterk. Dan is een wonder toch niet teveel gevraagd in zijn eigen dorp??
In de synagoge staat Jezus als de mens die hij geworden is, niet als de jongen die men meende te kennen. Hij is gedoopt in de Jordaan, waarbij de Geest op hem neerdaalde, hij heeft in de woestijn geworsteld met zichzelf, met alle verleidingen waaraan een mens kan bloot staan. Hij is uitgegroeid tot een profeet, die de dingen bij hun naam noemt, in de hoop dat mensen open gaan voor een betere wereld.
Hiervoor zal hij zijn leven geven, dit is zijn ware bezieling, zijn identiteit. In deze tijd zou hij het misschien hebben over vluchtelingen, het milieuprobleem en de groeiende kloof tussen wie kansarm en wie kansrijk zijn.
In Nazareth ziet men alleen wat men wil zien: dat wat bekend is. Een bepaald beeld van Jezus, gerelateerd aan zijn afkomst: de zoon van Jozef. Er heerst een soort clandenken. Echte belangstelling voor Jezus en zijn boodschap is er niet.
En als Jezus dan ook nog wijst op profeten, die wonderen deden voor niet Joden, dan zie je de sfeer veranderen. De ogen waarmee gekeken wordt, worden dreigend. De massa doet zich gelden, niemand die ingrijpt.
Bloedrood is de sfeer en men wil zich aan Jezus vergrijpen, maar heel autonoom, bijna onaantastbaar loopt hij tussen de menigte door.
De mensen in Nazareth zijn niet slechte dan wij, maar dat genadejaar ging aan hen voorbij. Toch is de genadetijd toen begonnen en duurt nog altijd voort.
Staan wij er wel open voor? Laten wij ons bepalen door oude beelden of durven we te kijken met nieuwe ogen? De wereld zal er beter van worden.
Geloofslied: Kom en volg mij op de weg / Nooit hoorden wij
Collecte, tafel; klaarmaken
Voorbede:
Laten we ons in gebed richten tot de God van het leven,
– Wij bidden voor de schepping, zo rijk en veelvormig,
die lijdt onder het geweld dat haar wordt aangedaan;
dat wij eerbiedig mogen omgaan met haar
die ons door de Eeuwige is toevertrouwd.
Accl.: Jij die onze gedachten raadt / Keer u om naar ons toe
– Wij bidden voor mensen, die ervaring hebben met de macht van de groep
voor wie buitengesloten worden omdat ze anders zijn dan anderen
of omdat zij anders denken spreken, doen.
Wij bidden voor allen die in deze wereld lijden
onder armoede en oorlog, onderdrukking en geweld:
dat hun stem gehoord mag worden
en dat zij bondgenoten mogen vinden
om in hun situatie verandering te brengen.
Accl. Jij die onze gedachten raadt / Keer u om naar ons toe
– Wij bidden voor onze kwetsbare gemeenschap,
om verbondenheid, een vriendenhand .
Laat ons een gemeenschap zijn
die leven geeft, die warmte biedt en dorstigen laaft.
Bidden we om vertrouwen in de toekomst,
om moed die gaan durft waar geen wegen zijn.
Dat wij open van hart blijven,
en door en met elkaar inspiratie vinden.
Accl. Jij die onze gedachten raadt / Keer u om naar ons toe
-Wij bidden in stilte voor onze eigen intenties en voor die in het boek zijn opgeschreven
-Voor de zieken in onze families en onze gemeenschap
Voor de overledenen, die we nog steeds meedragen in onze harten, dat zij geborgen zijn in Jouw licht.
Refr. Blijf hen nabij / Koester de namen
Tafelgebed
Sprekend ben Jij, Eeuwige,
in al wat is en al wat leeft,
in wat ons bezielt en inspireert.
Licht ben Jij op dagen van vreugde,
op momenten van verdriet,
in tijden van angst en onzekerheid.
Hoop ben Jij waar leven lijden is,
waar kwaad ontembaar lijkt,
waar niets meer te verwachten valt.
Genade ben Jij,
in vriendschap en verbondenheid,
in zorgzaamheid en betrokkenheid
in verwondering en ontluistering.
Acclam. God is die goed is / Ubi caritas
Zo ben Jij – God met ons,
met ons op weg, met ons begaan.
Zo laat Jij je zien in kinderen, kwetsbaar en vol belofte,
in elke mens,
zoekend en vol goede wil,
in die ene mens, Jezus,
kind van jou, broeder van ons.
Acclam. God is die goed is / Ubi caritas
Zijn leven onder ons,
brengt ons hier bij elkaar,
Hij verbindt ons met Jou
en met onszelf.
Die op de avond voor zijn sterven,
brood nam, zijn dank uit sprak,
het brak en deelde met de woorden:
“Neemt hiervan, want dit is als mijn leven, gebroken voor jou.”
Ook de beker nam hij in zijn handen,
reikte die aan zijn vrienden
met de woorden: “Drinkt hier uit,
want dit is als mijn liefde,
geschonken voor ieder.
Blijft dit doen om mij te gedenken.”
Acclam. God is die goed is / Ubi caritas
Sprekend ben Jij met ons onderweg,
wanneer wij leven in zijn geest,
doen wat Hij gedaan heeft,
voor mensen op zijn pad,
klein of ongezien,
verstoten of verguisd,
eenvoudig of wijs
belast of vermoeid,
ziek of ontdaan.
In zijn geest vieren wij het leven,
vragend en dankend,
brekend en delend,
hoopvol en met vertrouwen
dat jouw liefde in ons spreekt,
tot geluk en vrede voor iedereen.
In zijn geest willen wij bidden met de woorden die Hij ook gebeden heeft: Onze Vader
Acclam. Za: God is die goed is / Zo: Ubi caritas
Vredeswens:
“Vrede met onszelf“ – met wie we zijn –
opent de weg naar vrede met elkaar, dichtbij en veraf. Laten we elkaar een hand geven en alle goeds wensen.
Lied: Vrede voor jou en alle goeds je vrienden / Keer je hart tot mij
Uitnodiging:
Zoals we deze wereld en elkaars leven delen, zo is iedereen – naar Jezus’ voorbeeld – uitgenodigd om brood en wijn te delen.
Communie lied: Waar staat een gedekte tafel
Gebed
In stilte danken voor alle goeds wat we mogen ervaren, privé of in groter verband, ik denk oa aan het kinderpardon
Mededelíngen:
Slotgedachte:
Open zijn
gaat niet over de deuren van je kerk
Maar meer
over de ramen van je ziel
Je ogen raken bewogen
Je oren horen voorbij wat gezegd wordt
Je mond spreekt Zijn troostend woord
Dat vraagt
Godsvertrouwen
Een stevige houding
met twee benen op de grond
Dankbaarheid
om wie je mag zijn
Dan is er ruimte in je hart
voor die Ander
die gezicht kreeg in deze mens
tekst van Willem Brok
Zegen
Laat ons zo op weg gaan met woorden van vrede en vreugde
Uw woord is als de wind die ons voortduwt
Als de zon die ons verwarmt
Laat ons daarom gaan met de zegen van elkaar
en van wat dit uur in ons tot leven kwam.
In de naam van de vader, die onze oorsprong is,
van de zoon, die met ons meetrekt
en de geest die onze toekomst is.
Slotlied: za: Wij hebben voor u gebeden / zo Jij die voor alle namen wijkt