Voorganger Franneke Hoeks
Lectoren Liesbeth van Leijen, Corrie Dansen & Toon van Mierlo
U kunt deze viering volgen via het YouTubekanaal van de San Salvator. Dat kunt u vinden via de volgende link: https://www.youtube.com/channel/UCgKq1QU2z2Iy48gT9lQ5UyQ . De viering wordt daar in de loop van zaterdag op gepubliceerd. U kunt dan de viering van dit weekend aanklikken. De link en de youtubeviering zijn natuurlijk ook te vinden op www.sansalvatorgemeenschap.nl bij de tekst van de viering.
Wilt u een kaarsje klaarzetten, een kom met water en een handdoek?
Welkom
Fijn dat u dit moment met de San Salvator wilt vieren. Misschien heeft u
voor de eerste keer uw weg naar de San Salvator gevonden. Fijn dat u er bent. Voor anderen is deze wekelijkse viering via het scherm een nieuw ritueel geworden. Bijzonder dat jullie er nu ook weer aanschuiven voor verhalen, beelden, muziek, stilte en gebed.
Het is Witte Donderdag 2021 en we vieren het moment dat Jezus voor de laatste keer met zijn leerlingen aan tafel ging. Het beeld van een maaltijd vormt de rode draad voor deze online viering. We bereiden ons voor op een maaltijd, schuiven symbolisch aan en kijken wat er op tafel wordt geserveerd. Gedurende de maaltijd ontvouwt het verhaal van het laatste avondmaal zich laag voor laag.
We lezen Mattheus 26, 17-19
Op de eerste dag van het feest van het Ongedesemde brood kwamen de leerlingen naar Jezus toe en vroegen: ‘Waar wilt u dat wij voorbereidingen treffen zodat u het pesachmaal kunt eten?’ Hij zei: ‘Ga naar de stad en zeg tegen de persoon die jullie bekend is: “De meester zegt: ‘Mijn tijd is nabij, bij jou wil ik met mijn leerlingen het pesachmaal gebruiken.’”’ De leerlingen deden wat Jezus hun had opgedragen en bereidden het pesachmaal.
Voorbereiding
Het is bijna Pasen. Vandaag vieren we het moment dat Jezus met zijn leerlingen het Joodse Paasfeest, Pesach vierde. De voorbereidingen worden getroffen en de leerlingen bereiden de gerechten voor. Het is een bijzondere maaltijd waarin herdenken centraal staat. Met Pesach viert het Joodse volk de bevrijding uit Egypte. Ze eten platte broden, net als toen. Jezus en zijn vrienden kwamen bij elkaar om dit moment van bevrijding met elkaar te vieren. Een maaltijd met bijzondere gerechten die allemaal een verhaal vertellen.
We wassen onze handen
Voor we aan tafel gaan wassen we onze handen. Water stroomt en spoelt wat aan onze huid is blijven kleven weg. We zijn het inmiddels gewend om grondig en veelvuldig onze handen te reinigen. Met gels, sprays en ontsmettingsmiddel. Vandaag doen spoelen we onze handen gewoon in water. Het koele water raakt onze huid, verkoelt en reinigt onze buitenkant. We drogen met aandacht onze handen en zijn er klaar voor. Klaar voor de tafel.
We ontsteken het licht
Om onszelf en de a(A)nder te zien steken we een kaarsje aan. We maken het licht aan deze tafel. Dat licht brengt sfeer, Dat licht laat ons zien. Dat licht doorbreekt de duisternis. Dat licht verbindt ons met elkaar en met de Eeuwige.
We bidden
Laat ons hier bidden met oude woorden uit de Joodse traditie. Woorden waarmee eeuwenlang dank werd gezegd voor al het goede en mooie de we op deze aarde tegenkomen.
“Gezegend zijt Gij, koning van hemel en aarde, Gij bron van alle leven.
Wij danken U voor het nieuwe leven in deze lente.
Voor de kruiden en alle groen gewas wat dieren en mensen tot voedsel zal dienen.
Wij danken U voor het licht van de zon.
Wij danken U voor deze avond vlak voor Pasen waarop we Uw beloften gedenken.”
Voorgerecht
Bouillon met verse kruiden : jonge groente en kruiden als symbool voor de lente, het nieuwe leven. Het zout in de bouillon staat voor de tranen van gevangenschap.
Het volk Israël was naar Egypte getrokken. Daar bleven ze van generatie op generatie. Eerst als graag geziene gasten, later meer en meer tot slavernij gedwongen. Uitgebuit en afgeperst moesten ze werken tot ze erbij neervielen. Tranen vloeiden. Tranen van uitputting.
Tranen om gebroken ledermaten. Tranen om verloren toekomst.
Tot het niet langer ging en Mozes na een ontmoeting met God, de opdracht kreeg naar de farao te gaan om de vrijlating van de Israëlieten te eisen. Tien plagen kwamen over Egypte. Uiteindelijk bracht de laatste van tien plagen, de dood van alle Egyptische eerstgeborenen in de Pesachnacht, de farao eindelijk op de knieën om de Israëlieten te laten gaan. Dat moment van vertrek en vrijheid in het verschiet viert het Joodse volk nog altijd. Pesach. Om dat moment van bevrijding te vieren was Jezus met zijn vrienden en vriendinnen naar Jeruzalem gekomen.
We lezen Exodus 12 (1),16-17
De eerste en zevende dag zijn heilige dagen die jullie samen moeten vieren. Die beide dagen mag er geen enkele bezigheid verricht worden, jullie mogen alleen het voedsel bereiden dat ieder nodig heeft. Dit voorschrift blijft voor altijd van kracht. Generatie na generatie moeten jullie het feest van het Ongedesemde brood vieren, omdat ik jullie die dag, in groepen geordend, uit Egypte heb geleid.
Bezinning
Ongedesemd brood. Brood dat niet de kans kreeg om te rijzen. Is het dan alleen maar haast-brood? Nee toch. Gisten is een proces waar je niet altijd greep op hebt. In de Joodse symboliek stond gist ook voor wat er rommelde in de samenleving. Iets waar je voorzichtig mee moest zijn. Als je niet uitkeek kreeg het slechte de overhand. Het gist in de samenleving. Af en toe een keertje een pas op de plaat maken, grote schoonmaak houden en opnieuw beginnen is heilzaam en geeft lucht. Het ongedesemde brood is brood van nieuw begin. Is brood van op weg gaan, is brood van nieuwe kansen.
We zingen
Op weg naar morgen en overmorgen
op weg naar morgen en overmorgen
en onderweg (soms even, 1-2-3) soms even thuis.
Grond onder mijn voeten,
steen in mijn rug,
dak boven mijn hoofd.
gedragen , omringd door reisgenoten,
liefde, beademd door wie liefde is.
Op weg naar morgen en overmorgen
op weg naar morgen en overmorgen
en onderweg (soms even, 1-2-3) soms even thuis.
Hoofdgerecht
Lams- of kippenbout, met bittere witlofslade met ei en aardappeltjes.
Een kippenboutje of lam staat voor het paasoffer. Voor vegetariërs wordt een bietje klaargemaakt | Een gekookt ei wordt geserveerd als vredesoffer | Bitterkruid staat symbool voor de bittere arbeid
We lezen Johannes 13
Jezus, die wist dat de Vader hem alle macht had gegeven, dat hij van God was gekomen en weer naar God terug zou gaan,stond tijdens de maaltijd op. Hij legde zijn bovenkleed af, sloeg een linnen doek om en goot water in een waskom. Hij begon de voeten van zijn leerlingen te wassen en droogde ze af met de doek die hij omgeslagen had. Toen hij bij Simon Petrus kwam, zei deze: ‘U wilt toch niet mijn voeten wassen, Heer?’ Jezus antwoordde: ‘Wat ik doe, begrijp je nu nog niet, maar later zul je het wel begrijpen.’ ‘O nee,’ zei Petrus, ‘míjn voeten zult u niet wassen, nooit!’ Maar toen Jezus zei: ‘Als ik ze niet mag wassen, kun je niet bij mij horen,’ antwoordde hij: ‘Heer, dan niet alleen mijn voeten, maar ook mijn handen en mijn hoofd!’ Hierop zei Jezus: ‘Wie gebaad heeft hoeft alleen nog zijn voeten te wassen, hij is al helemaal rein. Jullie zijn dus rein – maar niet allemaal.’ Hij wist namelijk wie hem zou verraden, daarom zei hij dat ze niet allemaal rein waren. Toen hij hun voeten gewassen had, deed hij zijn bovenkleed aan en ging weer naar zijn plaats. ‘Begrijpen jullie wat ik gedaan heb?’ vroeg hij. ‘Jullie zeggen altijd “meester” en “Heer” tegen mij, en terecht, want dat ben ik ook. Als ik, jullie Heer en jullie meester, je voeten gewassen heb, moet je ook elkaars voeten wassen. Ik heb een voorbeeld gegeven; wat ik voor jullie heb gedaan, moeten jullie ook doen.
Reflectie
Niet de voetwassing op zich, die als bewust teken midden onder de maaltijd plaatsvindt, maar Jezus’ dienst tot de dood is het eigenlijke onderwerp van gesprek met Jezus. Jezus als verantwoordelijke leraar en meester, Hebreeuws: ‘rabbi’ en ‘mar’, voor zijn leerlingen, die er binnenkort alleen voor staan. De voetwassing toont de essentie van wat het betekent leerling van Jezus te zijn: er te zijn voor de ander; gezagvolle dienst, hoe tegenstrijdig dat ook klinkt. Het absolute tegendeel van opgelegde slavernij.
Petrus’ reactie is herkenbaar. Zelfs een slaaf van Israëlische herkomst was niet verplicht voeten te wassen. Johannes wil duidelijk maken, dat het niet gaat om reiniging, niet om meer-minder of hoger-lager, maar om een algemeen dienende houding. De ‘sjatan’ is geen duivel maar een hinderaar en hier een handlanger van de gevestigde orde.
Immers, Jezus’ actie past niet bij aangeleerd denken in rangen en standen, nog zo aanwezig in onze samenleving. Hoogstens kan het nog op applaus rekenen als publiciteitsstunt. Maar daarvan is hier geen sprake. Wat Jezus hier leert met gezag is een houding, die steeds opnieuw moet worden verteld, geleerd en herdacht, omdat al te snel de gangbare patronen weer de overhand krijgen. (Jose Vos – De Eerste Dag)
Lied
Wie ten einde toe alles durft te geven,
handen, woorden, brood,
trouw op dood en leven,
zalig, zalig is die mens.
Zalig is de mens van het leed geleden,
toekomst, blijde hoop, zoete pijn en vrede,
zalig, zalig is die mens.
Zalig is de mens die door God geschapen
nimmer God wil zijn, eenvoud is zijn wapen,
zalig, zalig is die mens.
Zalig is de mens die het recht wil maken,
mensen schots en scheef, hopeloze zaken,
zalig, zalig is die mens.
Zalig is de mens die de naam van Jezus
hoog houdt als een vuur om de weg te wijzen,
zalig, zalig is die mens.
Tot besluit
matses met Charoseth
Charoseth, een zoete spijs die herinnert aan de mortel (cementspecie), symbool voor de slavernij en onderdrukking in Egypte.
Vredeswens Alleen het brood dat we samen delen, voedt.
Alleen het water, dat we samen drinken, lest onze dorst.
Alleen de strijd die we samen voeren, brengt bevrijding.
Alleen de kleren die we samen delen, maken mooi.
Alleen de woorden die we samen vinden, zijn verstaanbaar.
Alleen de weg die we samen gaan, heeft een doel.
Alleen het doel dat we samen stellen, is bereikbaar.
Alleen de vrede die we zelf maken, wordt wereldwijd.
Die vrede in Gods naam wensen wij elkaar toe. Amen.
We lezen Mattheus 26 , 26-29
Toen ze verder aten nam Jezus een brood, sprak het zegengebed uit, brak het brood en gaf de leerlingen ervan met de woorden: ‘Neem, eet, dit is mijn lichaam.’ En hij nam een beker, sprak het dankgebed uit en gaf hun de beker met de woorden: ‘Drink allen hieruit,
dit is mijn bloed, het bloed van het verbond, dat voor velen wordt vergoten tot vergeving van zonden. Ik zeg jullie: vanaf vandaag zal ik niet meer van de vrucht van de wijnstok drinken tot de dag komt dat ik er met jullie opnieuw van zal drinken in het koninkrijk van mijn Vader.
Bezinning
Weet u nog, toen we nog in Cello bij elkaar kwamen? Of nog langer geleden in de San Salvatorkerk: toen deden we dat nog echt: brood en wijn delen met elkaar. Voor mij was dat altijd een bijzonder moment, of ik nu in de kerk zat of achter de tafel mocht staan. Op het moment van delen voelde ik me, meer dan op andere momenten van een viering, deel van een groter geheel. Dat eenvoudige gebaar van een stukje brood en beker rond laten gaan, raakte me iedere keer weer. Het was en is een meervoudig gelaagd moment.
Ik voel me aangespoord door dat gebaar van die Rabbi uit Nazareth. Ik voel me verbonden met iedereen die wil delen wat hij of zij heeft. Ik voel me gedragen door de Eeuwige die mensen aanspoort het goede te doen. Ik voel me afhankelijk van mensen om me heen. Een goede afhankelijkheid, want niemand kan het alleen. Ik heb jou nodig. Jij hebt mij nodig. We hebben elkaar nodig. Bekende en onbekende mensen die het leven delen met elkaar. Die voorbij haat en verdeeldheid, hoe moeilijk dat soms ook is, willen gaan. Die zekerheden los durven laten en niet bang zijn voor lege handen. Mensen die een stapje achteruit doen opdat anderen tot leven komen. Het delen van dat brood en die wijn zijn voor mij een wezenlijk geloofsmoment. Een moment van EN TOCH. Iedereen kan zeggen dat niet kan, dat goede leven voor alles en iedereen… EN TOCH er is dat brood en die wijn om te delen tot in het oneindige. Brood en wijn worden ons gegeven juist om te delen. Ik geloof in het afstand doen van rechten. Juist door af en toe een stapje opzij te doen ontstaat er meer ruimte dan je voor mogelijk houdt.
Lied Eet en drink van boord en wijn
Eet en drinkt van brood en wijn,
tot mijn gedachtenis
en weet dat er in angst en pijn
een weg naar vrede is.
Deelt het leven met elkaar
tot mijn gedachtenis
en schenkt elkaar voor alle haat
alleen vergiffenis. Leeft in liefde met elkaar
tot mijn gedachtenis
en maakt zo in uw daden waar
dat leven geven is
Stilte
We lezen Mattheus 26, 36-38
Vervolgens ging Jezus met zijn leerlingen naar een plek die Getsemane genoemd werd. Hij zei: ‘Blijven jullie hier zitten, ik ga daar bidden.’ Hij nam Petrus en de twee zonen van Zebedeüs met zich mee. Toen hij zich bedroefd en angstig voelde worden, zei hij tegen hen: ‘Ik voel me dodelijk bedroefd; blijf hier met mij waken.’
We zingen Blijf bij mij en waak hier met mij, waak en blijf bidden
Stilte
We lezen Mattheus 26, 39
Hij liep nog een stukje verder, knielde toen en bad diep voorovergebogen: ‘Vader, als het mogelijk is, laat deze beker dan aan mij voorbijgaan!’
We zijn stil