SAN SALVATORGEMEENSCHAP 12 & 13 juni 2021
Voorganger: Wilton Desmense
Lectoren: Liesbeth van Leijen en Maria Claessens
Ik heb een ceder in mijn tuin geplant
U kunt deze viering volgen via het YouTubekanaal van de San Salvator. Dat kunt u vinden via de volgende link: https://www.youtube.com/channel/UCgKq1QU2z2Iy48gT9lQ5UyQ De viering wordt daar in de loop van zaterdag op gepubliceerd. U kunt dan de viering van dit weekend aanklikken. De link en de YouTubeviering zijn natuurlijk ook te vinden op www.sansalvatorgemeenschap.nl bij de tekst van de viering. Wij wensen u een mooie viering toe.
Lied: Zomaar een dak
Zomaar een dak boven wat hoofden,
deur die naar stilte openstaat,
muren van huid, ramen als ogen,
speuren naar hoop en dageraad,
huis dat een levend lichaam wordt,
als wij er binnen gaan,
om recht voor God te staan.
Welkom en gebed
Van harte welkom bij dit samenzijn. Ieder van ons onder “zomaar een dak”, of dat nu bedekt is met dakpannen óf dat het zich boven ons uitstrekt als een wijd uitspansel, misschien afgeschermd door het lover van een machtige boom.
Het thema van deze viering luidt: ‘Ik heb een ceder in mijn tuin geplant.” 4700 jaar geleden, toen de eerste mensen zich bij de cederbossen in Mesopotamië vestigden, werd de ceder al beschreven als de ‘boom van God’. Waarom? Dat had de boom te danken aan enkele bijzondere eigenschappen. Cederhout is licht, sterk en absorbeert geen water. Tussen de stenen geplaatst geeft het gebouwen flexibiliteit, wat bescherming bood bij aardbevingen. En ook zou de ceder geneeskrachtige en spirituele eigenschappen hebben.
Het houvast dat wij zoeken in ons leven is licht en sterk tegelijk, een vlot dat flexibel meedrijft op de levensstroom, een spiritueel licht in het donker.
Wie ben je, God? Onvoorstelbaar ben je, zelfs de machtige ceders van de Libanon kunnen jou niet uitbeelden. Jij bent die is: vermoedbaar door verhalen en ontmoetingen. Wij beluisteren en vertellen ze, zingen ze of neuriën.
Eerste lezing: Ezechiel 17, 22-24
(achtergrondmuziek Mountains of Mourne)
Dit zegt de Heer: Dan zal ik zelf uit de top van de hoge cederboom een jong takje afplukken. Dat zal ik planten op een hoge berg. Ik zal het op de hoogste berg van Israël planten. Er zullen takken en vruchten aan groeien. Het zal een prachtige cederboom worden. Er zullen allerlei soorten vogels in de schaduw tussen zijn takken wonen. Alle bomen zullen beseffen dat ik, de heer, de hoge cederboom heb omgekapt, de kleine boom heb laten verdrogen en de kleine tak tot een machtige boom heb gemaakt. Ik, de heer, zal doen wat ik heb gezegd.”
Overweging
Op de hoogste berg zal het takje van de hoge cederboom worden geplant, op een col van de buitencategorie. Dat is geen plek waar gemakkelijk iets groeit, deze plaats van eeuwige sneeuw, gure winden of brandende zonneschijn. Er moet hier iets bijzonders aan de hand zijn. De plantende hand is er niet zo maar een! De profeet zag er de hand in van de Heer. Watvoor tak heeft die geplant? Misschien, het is een vermoeden, de twijg van de twijfel, die een leven lang zal uitgroeien tot een levensboom, niet van zekerheid, maar van hopen en geloven, van weten in je hart. De levensboom, waaronder wij elkaar hier nu treffen. Onze levensboom, die vele vertakkingen heeft. Toch getuigt hij van een levenshouding, die streeft naar één levenshouding met bijzondere eigenschappen: vogels van allerlei slag komen er samen, in de schaduw tussen de takken. Ze zijn welkom bij elkaar. Het zal er prachtig worden, een plaats waar het leven wordt gevierd en gedanst: schaar je in de reidans. De planter heeft die ene ceder geplant, hoog op de berg, zodat hij niemand kan ontgaan, geen volk, geen geloof, geen ongeloof.
Lied: De Heer van de dans
Ik danste in de ochtend toen de wereld begon
en ik leidde de dans van sterren, maan en zon.
En ik kwam naar de aarde voor een nieuw begin;
in Bethlehem zette de dans weer in.
Dans maar, schaar je in de rij;
Ik ben de Heer van de dans, zegt Hij.
Ik leid je wel, dus kom er ook maar bij,
ik leid jullie allen ten dans, zegt Hij.
Tweede lezing: Marcus 4, 26-34
Jezus zei: “Je kunt het Koninkrijk van God vergelijken met een man die zaad zaait. Dan gaat hij slapen en staat weer op, dag na dag. Intussen komt het zaad op. Het groeit, zonder dat de man weet hoe. De grond geeft vanzelf vrucht: eerst een halm, daarna een aar, daarna het graan in de aar. Zodra het graan rijp is, laat hij het maaien. Want dan is het tijd voor de oogst.
Hoe zal ik het Koninkrijk van God nog meer uitleggen? Waarmee kun je het nog meer vergelijken? Je kunt het ook vergelijken met een mosterdzaadje. Op het moment dat het wordt gezaaid, is het maar een heel klein zaadje. Maar als het opkomt, wordt het groter dan alle tuinkruiden. Het krijgt zulke grote takken dat de vogels er hun nesten tussen kunnen bouwen.”
Met nog veel meer van zulke verhalen vertelde hij hun het woord. Want dat was voor hen de enige manier waarop ze het konden horen. Hij vertelde hun alles in de vorm van een verhaal. En elke keer nam hij zijn leerlingen apart en legde hun alles uit.
Melodie: English country garden (om mee te zingen of neuriën)
Honderden duizenden vogelsoorten zijn er
in Gods tuin waarin wij wandelen.
Soms zijn ze groot en andere piepklein,
te mooi om iets aan te veranderen.
Zanglijsters en papegaai,
kemphaantjes en bonte kraai,
mus, pimpelmeesjes, paapjes, kwartel, vink,
hier een raaf, daar een groenling of een kiekendief,
in de tuin waarin wij wandelen.
Overweging
Dat hoop je te zijn: een mens die zaad zaait, zonder te weten hoe het zal groeien. Je doet het met houdingen en gebaren, die je je eigen hebt gemaakt, bijvoorbeeld door te kijken naar de nestelende vogels in een hoge cederboom, of door te luisteren naar de ruisende zee. Je verbaast je over wat het doet en over wat het met jou doet. Wie heeft de cederboom geplant? Deed jij dat, God, of deed jij dat, jijzelf? Wie is de “IK” in het volgende gedicht? Is dat een mens of is het een eeuwige stem, of maakt dat niet uit?
Gedicht (Han G. Hoekstra)
Ik heb een ceder in mijn tuin geplant,
gij kunt hem zien, gij schijnt het niet te willen.
Een binnenplaats, meesmuilt ge, sintels, schillen,
en schimmel die een blinde muur aanrandt,
er is geen boom, alleen een grauwe wand.
Hij is er, zeg ik, en mijn stem gaat trillen,
Ik heb een ceder in mijn tuin geplant,
gij kunt hem zien, gij schijnt het niet te willen.
Ik wijs naar buiten, waar zijn ranke, prille
stam in het herfstlicht staat, onaangerand,
niet te benaderen voor noodlots grillen,
geen macht ter wereld kan het droombeeld drillen.
Ik heb een ceder in mijn tuin geplant.
Muzikaal intermezzo: Wild mountain thyme
(Voor)bede
Mogen wij diep in ons blijven vinden
de levensbron, die ons influistert
om lief te hebben de mensen en het leven,
oog te hebben voor wat er om ons heen
in de wereld gebeurt aan goeds,
onrecht te bestrijden en tegenslag te verlichten.
Houd vol, houd moed, wees lief voor elkaar.
Acclamatie: Daar waar liefde heerst (Ubi caritas)
Ubi caritas et amor,
ubi caritas, Deus ibi est.
Daar waar liefde heerst
en vrede, daar waar liefde heerst,
daar is God met ons.
(Tafel)bede
Jij, die er voor ons bent,
die ons op het spoor brengt
van hoop en liefde.
Jij, die ons vertrouwen geeft,
steun en houvast, nieuwe moed,
om bergen te beklimmen,
nieuwe uitzichten te ontdekken.
Jij, die zichtbaar wordt
in de mens tussen mensen,
zoals eens in Jezus,
die er was voor iedereen,
voor mensen van allerlei slag,
brekend en delend met hen
van de gaven die voorhanden waren,
eten en drinken,
als teken van verbondenheid.
Want van U is de toekomst, kome wat komt.
Vredeswens
Vrede en vrijheid voor alle mensen van goede wil.
Laat ons die gedachte wijden aan elkaar en aan alle mensen, die ernaar uitzien,
verdrukt als ze zijn door de ijdelheden op hun pauwentroon,
het egoïsme van macht en geld.
Lied: Dat een nieuwe wereld komen zal
Dat een nieuwe wereld komen zal
waar brood genoeg –
en water stroomt voor allen.
Slottekst: geïnspireerd door Jesaja 40
De profeet sprak: “Waarom zeggen jullie: ‘God laat van je horen. Kom voor ons op. Bewijs dat je bestaat!’
Beseffen jullie het dan niet? Hij is de maker van de hele aarde, van het hele al. Daar heeft hij zijn ene ziel en zaligheid ingelegd.
Hij is in ons allemaal en leeft in ons tot in de eeuwen der eeuwen.
Wij kunnen hem niet bevatten, maar wij moeten trachten zijn mens geworden geest te vatten.
Mensen die voor andere mensen openstaan, zullen nieuwe kracht krijgen. Ze zullen opstijgen als een arend. Ze zullen lopen, maar niet moe worden.”
Vakantie-actie
Hierop aansluitend doe ik een beroep op u om de jaarlijkse vakantie-actie van het Noodfonds Noord te ondersteunen. Ieder jaar weer blijken wij als gemeenschap mensen, gezinnen, heel blij te maken, door hun de gelegenheid te bieden één keer, één dag iets bijzonders te kunnen ondernemen, waar zij eigenlijk geen geld voor hebben. Doet u mee?
Zie daarvoor de gegevens op het beeldscherm, de wekelijkse e-mail of de tekst van deze viering op www.sansalvatorgemeenschap.nl.
Noodfonds SSiB
rekeningnummer NL23 INGB 0005 9626 81
onder vermelding van vakantie-actie
Zegen
In de geest van deze viering gaan wij vanhier.
Wij bidden bemoediging mee te krijgen van elkaar
en van de woorden die wij hier hoorden.
Mogen die ons inspireren, in de naam van die wij noemen: Vader, Zoon en Heilige Geest. Amen.
Slotlied: De Heer van de dans en slotmelodie: The rose of Tralee
Dans maar en schaar je in de rij;
Ik ben de Heer van de dans, zegt Hij.
Ik leid je wel, dus kom er ook maar bij,
ik leid jullie allen ten dans, zegt Hij.
Hoewel ik leek verslagen ben ik opgestaan;
nooit meer kan de dood mij nog naar het leven staan.
En ik leef in jou wanneer jij leeft in mij,
want ik ben de Heer van de dans, zegt Hij.
1 Reactie
Jacquelne Taheij
iedere zondag kijken mijn vriendin en ik samen naar de vieringen, om en om bij de een of de ander.
we plaatsen ook wat bijpassende attributen op tafel: kaarsjes, bloemen, een bijbel, iets anders bijpassend en vaak een broodje dat we na afloop samen delen.
We genieten van de mooie beelden en teksten en zingen de liederen mee die we kennen.
Zo ook afgelopen zondag rond de ceder. Prachtig, maar wat we misten was het Onze Vader, voor ons samen heel wezenlijk in een viering. Wij zien er niet naar uit dat deze vieringen straks ophouden als jullie weer live bij elkaar komen.
Groetjes van ons, Jos en Jacqueline