SAN SALVATORGEMEENSCHAP
5 mei 2024
Voorganger: Wilton Desmense
Lectoren: Maria Claessens en Albrecht Beeftink
Muzikale begeleiding: Joost Boekhoven
Thema: Dat woord is niet in steen geschreven
Openingslied: Gekomen is uw lieve mei
Inleiding en gebed
Welkom: fijn om op deze feestelijke dag bijeen te zijn. Het is meimaand en aan het begin daarvan komen 1 mei, 4 en 5 mei en 8 mei langs als speciale dagen, datums die verbonden zijn met een thema: arbeid, herdenking, bevrijding en beweging. En bovendien is de gehele meimaand Mariamaand. Deze begrippen komen hier ter tafel, figuurlijk en letterlijk, in traditie en vernieuwing, en dat onder het gemeenschappelijke motto: dat woord is niet in steen geschreven. Wij verbinden ons met het geloof van hen die wij liefhadden, met wat wij zelf beleefd hebben en beleven en met dat waarnaar wij in ons heden verlangen. Laten wij gedenken en zingeving blijven zoeken in woord, gebaar en lied.
De lieve mei is gekomen! De natuur is in een mooi gewaad gehuld. Het aanschouwen ervan verwarmt ons hart. Ook al is het leven niet 100 % volmaakt, toch wekt het vaak een gevoel van dankbaarheid op voor de kansen die ons geboden zijn om van het uiterlijk van onze hof van Eden te genieten en er ondergrond en uitzicht van ons leven in te ervaren.
Ons daarvoor openstellend kunnen wij die inspirerende werking ook ondergaan bij het horen of het zelf zingen van woorden die letterlijk betekenen ‘Groot maakt mijn ziel de heer’: Magnificat, magnificat, magnificat anima mea dominum.
Acclamatie: Magnificat (Taizé)
Voorbereiding op de lezingen
Wij keren ons om naar de lezingen van vandaag, eerst uit de Handelingen van de apostelen. Daarin wordt de boodschap van Jezus bevrijdt van de gedachte dat die slechts aan één deel van de mensheid was gericht, het Joodse volk. De Heilige Geest ademt over alle mensen die naar hem luisteren. Zo gingen de apostelen hun handelen bijstellen. Vanwege de lengte is de eerste lezing in twee delen opgesplitst. Daarna horen we de woorden van Johannes: ze spreken van de liefde, die de kern vormt van het evangelie: “Houd van elkaar!”
Lezing 1: Handelingen 10
In Caesarea woonde een Romein die Cornelius heette. Hij was een legeraanvoerder. Hij geloofde in God en gaf vaak geld aan arme mensen. Op een dag zag hij, toen hij aan het bidden was, duidelijk een engel van God binnenkomen. De engel zei tegen hem: “Cornelius!” Hevig geschrokken staarde hij de engel aan. Hij zei: “Wat is er, heer?” De engel zei tegen hem: “God heeft gezien dat je bidt en geld geeft aan de arme mensen. Stuur nu een paar mannen naar Joppe. Laat hen daar naar een man gaan die Simon heet. Hij wordt ook wel Petrus genoemd. Vraag hem om naar je toe te komen. Hij logeert bij Simon de leerlooier, die bij de zee woont. Petrus zal je zeggen wat je moet doen.” Toen ging de engel weer weg. Onmiddellijk riep Cornelius twee van zijn slaven en een gelovige soldaat van de groep waarvan hij de aanvoerder was. Hij vertelde hun alles en stuurde hen naar Joppe. De volgende dag kwamen ze in Joppe aan. Op dat moment was Petrus op het dak aan het bidden. Het was ongeveer twaalf uur ‘s middags. Petrus kreeg honger. Terwijl het eten voor hem werd klaargemaakt, zag hij iets vreemds gebeuren. Het leek alsof de hemel openging. En er kwam iets uit de hemel naar beneden. Het leek op een groot tafellaken dat aan de vier hoeken naar beneden gelaten werd. Er zaten allerlei dieren in: grote dieren, kleine kruipende dieren en vogels. Toen zei een stem zei tegen hem: “Kom Petrus, slacht en eet!” Maar Petrus zei: “Nee, echt niet, Heer! Ik heb nog nooit iets gegeten wat niet heilig of niet rein is.” Voor de tweede keer sprak de stem en zei: “Als God van iets gezegd heeft dat het rein is, mag jij niet zeggen dat het onrein is!” Dit gebeurde drie keer. Daarna werd het kleed weer opgetrokken, de hemel in. Petrus vroeg zich af wat het betekende.
Tussenzang 1e deel: Ik zie de hemel opengaan
Lezing 1: vervolg
Intussen kwamen de mannen van Cornelius bij het huis aan. Terwijl Petrus nog nadacht over wat hij had gezien, zei de Heilige Geest tegen hem: “Er staan beneden drie mannen bij de deur. Ze komen voor jou. Sta op en ga naar beneden. Reis zonder bezwaren te maken met hen mee. Want Ik heb hen gestuurd.” De volgende dag reisde hij met hen mee en een dag later kwamen ze in Caesarea aan. Cornelius zat al op hen te wachten. Hij had zijn familie en beste vrienden uitgenodigd. Eerbiedig knielde hij voor Petrus neer. Maar die trok hem overeind en zei: “Sta op, ik ben zelf ook maar een mens.” Terwijl hij met hem praatte, liep hij naar binnen en zag daar alle mensen die waren gekomen. Hij zei tegen hen: “Jullie weten dat Joden niet mogen omgaan met mensen die niet Joods zijn. We mogen ook niet bij hen in huis komen. Maar God heeft me laten zien dat ik niemand onrein of onheilig mag noemen. Daarom ben ik ook zonder bezwaren te maken gekomen, toen ik werd uitgenodigd. Cornelius, vertel me alstublieft: waarom hebt u mij laten komen?” Cornelius vertelde hem de reden en sloot af met de woorden: “Het is goed dat u bent gekomen. We zijn hier allemaal bij elkaar in de aanwezigheid van God om te horen wat u van God tegen ons moet zeggen.” Petrus antwoordde: “Ik zie dat God inderdaad geen verschil maakt tussen de mensen van verschillende volken. Hij houdt van iedereen die Hem aanbidt en die wil leven zoals Hij het wil. Dat is ook het goede nieuws dat Hij naar Israël heeft gebracht: dat er vrede is door Jezus Christus. Jezus is de Heer van alle mensen.” Vervolgens vertelde hij over het leven van Jezus. Terwijl Petrus nog aan het spreken was, kwam de Heilige Geest op alle mensen die naar hem luisterden. Het was de eerste keer dat de Heilige Geest werd uitgestort op mensen die niet Joods waren.
Tussenzang 2e deel: Ik zie de hemel opengaan
Lezing 2: Johannes 15: 9-17
Ik houd van jullie, net zoals de Vader van mij houdt. Doe wat ik van je vraag. Want dan blijft mijn liefde je leiden. Ook ik heb altijd gedaan wat de Vader van mij gevraagd heeft. En zijn liefde heeft mij altijd geleid. Ik vertel jullie al deze dingen, omdat ik wil dat jullie dezelfde vreugde voelen als ik. Ik wil dat jullie vreugde volmaakt is. Ik geef jullie deze regel: Houdt van elkaar, net zoals ik van jullie houd. Het grootste bewijs van liefde is dat iemand wil sterven voor zijn vrienden. Jullie zijn mijn vrienden als jullie doen wat ik van je vraag. Ik noem jullie niet langer dienaren, ik noem jullie vrienden. Want dienaren weten niet alles van hun heer. Maar aan jullie heb ik alles bekendgemaakt wat ik van mijn Vader gehoord heb. Jullie hebben niet mij uitgekozen, maar ik heb jullie uitgekozen. En ik geef jullie de opdracht om de wereld in te gaan. Doe goede dingen, en blijf dat doen. De Vader zal jullie alles geven wat je hem vraagt, omdat jullie bij mij horen. Dit vraag ik van jullie: houdt van elkaar.
Acclamatie: Pelgrimstocht der mensen (alleen eerste couplet)
Overweging
Magnificat: Groot maakt mijn ziel de heer. Deze woorden sprak Maria, toen zij bij haar zwangere nicht Elisabeth op bezoek ging. En zij voegde eraan toe: “En verrukt is mijn geest om God, mijn salvator!” Dat klinkt als traditie, mooi in haar eenvoud en mooi in een vruchtbare bui van weemoed. Maar als je daaruit ontwaakt, wat zeggen die woorden dan, in het heden? Als een echo keerden ze terug in mijn oren en ik hoor nu klanken van diep in mij, uit de schatkamer van mijn belevingswereld. Ze zeggen mij: ‘Hoog prijst mijn ziel het leven, ik ben er zo dankbaar voor’.
De belevingswereld van velen om ons heen is anders, soms zelfs totaal tegengesteld, van Den Haag tot Budapest en Teheran, daar waar regenbogen niet welkom zijn of waar ziekenhuizen verworden tot kerkhoven. Moge ook daar het inzicht baanbrekend worden dat Johannes ons heeft doorgegeven: “doe goede dingen, en blijf dat doen”, zodat er ooit een 5 mei gevierd zal kunnen worden. Ook de belevingswereld van onze voorouders in de middeleeuwen, donker of verlicht, was anders, en die van onze ouders en grootouders, die de tweede wereldoorlog en onvrijheid moesten ondergaan. Het begrip dag van de arbeid laat een heel andere smaak achter bij mensen die dwangarbeid hebben ondergaan of de poort doorgingen, waarboven het wrange opschrift stond ‘Arbeid maakt vrij’, wrang omdat daar had moeten staan ‘De waarheid maakt vrij’. De herdenkingen van gisteren voerden ons terug naar die tijd: mensenlevens die door mensen – onmensen – werden geknecht en geknot. Was Johannes in die tijd verboden lectuur, die wachtte om uit de doofpot te worden gehaald na jaren van onderdrukking: “Dit vraag ik van jullie; houdt van elkaar!”? Een boodschap, zo krachtig, universeel en begrijpelijk, maar die zijn uitwerking nog zo vaak mist, waardoor er wederzijds geen vrede gewenst wordt in een uitwisseling van sjaloom en salam en waardoor mensen zich als nazi’s gedragen, er anderen van beschuldigen het te zijn en hun de vrijheid te ontroven, die wij hier sinds 1944 of 1945 genieten.
Vrijheid die de kerk doordrong door het aggiornamento van Johannes XXIII, de perestrojka van het tweede Vaticaanse concilie: er kwam een golf van creativiteit uit voort die voortgestuwd werd door het besef dat het evangelie alleen kan bloeien door gelijkheid en verantwoordelijkheidsbesef van allen die het als richtsnoer in het hart is geschreven. De inzet van de 8 mei beweging heeft een grote betekenis gehad voor het behoud van dit zoeken naar manieren om een kerk bij de tijd te brengen, die gebouwd wordt op een steenrots, vanaf Petrus, maar met de onmisbare steun van vele Johannesen, Francisci en hoe we ook maar genoemd willen worden.
Ooit werden de tien geboden, als wetten zo hard, aan Mozes gedicteerd en in stenen tafelen gegrift. Het woord van Jezus werd uit liefde en om niet gegeven, en na zijn dood dagelijks opnieuw geboren, naverteld en gekalligrafeerd, zo zacht en soepel als een warme deken. Zo zal het altijd zijn.
Geloofslied: Dat woord is niet in steen geschreven
Collecte met muziek
Voorbede
Wij bidden dat de woorden van het evangelie ons inspireren om de taal van liefde te spreken.
Accl.: Heer onze God, wij bidden u: verhoor ons.
Wij bidden dat de woorden van het evangelie ons inspireren om niet te veroordelen, maar ons helpen om nader tot elkaar te komen en tot U.
Accl.
Wij bidden dat de woorden van het evangelie dagelijks opnieuw worden geboren in ons hart en lichtbrengers zijn voor onze wereld.
Accl.
Wij bidden voor onze persoonlijke intenties en voor hen die ons met de beste intenties zijn voorgegaan in het doorgeven van het licht van de blijde boodschap.
Speciaal noemen wij Toine Verhappen en Gerard van Hassel.
Tafelgebed:
Gij die weet wat in mensen omgaat
aan hoop en twijfel, drift, plezier, onzekerheid.
Gij die ons denken peilt
en ieder woord naar waarheid schat
en wat onzegbaar is, onmiddellijk verstaat.
Gij toetst ons hart
en gij zijt groter dan ons hart.
Op elk van ons houdt Gij uw oog gericht.
En niemand, of hij heeft een naam bij U.
En niemand valt of hij valt in uw handen
en niemand leeft of hij leeft naar U toe.
Maar nooit heeft iemand U gezien.
In dit heelal zijt Gij onhoorbaar.
En diep in de aarde klinkt uw stem niet.
En ook uit de hoogte niet.
En niemand die de dood is ingegaan
keerde ooit terug om ons van U te groeten.
Aan U zijn wij gehecht. Naar U genoemd.
Gij alleen weet wat dat betekent. Wij niet.
Wij gaan de wereld door met dichte ogen.
Maar soms herinneren wij ons een naam,
een oud verhaal dat ons is doorverteld,
over een mens die vol was van uw kracht,
Jezus van Nazareth, een zoon van Abraham.
In hem zou uw genade zijn verschenen,
uw mildheid en uw trouw. In hem zou voorgoed
aan het licht gekomen zijn hoe Gij bestaat:
weerloos en zelveloos, dienaar van mensen.
Hij was zoals wij zouden willen zijn:
een mens van God, een vriend, een herder,
die niet te eigen bate heeft geleefd
en niet vergeefs, onvruchtbaar is gestorven.
Hij heeft in de laatste nacht dat hij nog leefde
het brood gebroken en uitgedeeld
en hij zei daarbij:
Neemt en eet, dit is mijn lichaam –
doe dit om mijn leven te gedenken.
En ook heeft hij een beker genomen en gezegd:
Drinkt met mij uit deze beker
als blijvend teken van ons geloof in een nieuwe wereld
van vergeving en liefde voor het leven en de evenmens.
Als je uit deze beker drinkt, denk dan aan mij.
Tot zijn gedachtenis zijn wij bijeengekomen
rondom deze tafel, levend hem achterna.
Maak ons nieuw, God,
laat ons, zoals hij was, behoeders, salvators zijn
van uw schepping en doorgevers
van de levenswaarden, die hij heeft voorgeleefd
en die hij heeft neergezet in de woorden van het Onze Vader.
Onze Vader & Wees gegroet
Onze Vader, die in de hemel zijt, uw naam worde geheiligd,
uw rijk kome, uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze schuld,
zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven,
en leid ons niet in bekoring, maar verlos ons van het kwade.
Wees gegroet, Maria, vol van genade, de Heer is met u.
Gij zijt de gezegende onder de vrouwen
en gezegend is Jezus, de vrucht van uw schoot.
Heilige Maria, Moeder van God,
bid voor ons, zondaars, nu en in het uur van onze dood.
Gezongen: Ave, ave, ave Maria. (2x)
Vredeswens
Wensen wij elkaar vrede toe, in ons werken, in vreugde en verdriet, in dat waarin wij ten diepste in geloven, in het leven van alledag.
Shalom chaverim, As-Salam-u-Alaikum
Vredeslied: Vrede wens ik je toe – Sjaloom chaverim
Communie
Dit is een plek om lief te hebben,
een plek en een land om lief te hebben,
een land en een wereld om lief te hebben.
een wereld met bloemen om lief te hebben,
dit is een moment om lief te hebben,
om om de doodgewoonste dingen te zingen
en om brood en wijn met elkaar te delen.
Communielied: Wij zochten u o heer
Mededelingen
Slotgedachte
Onverwacht kwam afgelopen woensdag een verzoek binnen bij onze gemeenschap. Een verzoek van een Orthense en het betrof een Orthenaar die in 1949 gesneuveld is in een oorlog. Mag hij bij jullie nog één keer herdacht worden? Laten we dat nu doen: Het woord is aan Nellie Bok – van den Berk.
GEDENKEN
In gedachten ben ik bij het overlijden van Gerard van Hassel, broer van Wim die met Annie Floor was getrouwden die weer de opa is van Wim van Hassel van de commissie Orthen.
Ik woonde destijds in Orthen, waar ik met mijn ouders, broers en zussen heerlijk heb gewoond in het laatste huis langs de rijksweg in de kerkenhoek, vlak bij de school en de kerk. Wij waren in het dorp zeer gehecht aan elkaar. Er was ook een grote vriendschap met elkaar, we kenden iedereen en daarom leefden wij ook samen met elkaar. Gerard van Hassel moest als dienstplichtige in militaire dienst en werd met nog zo’n 30 andere Orthense dienstplichtige militairen uitgezonden naar Nederlands Indië om daar de politieke actie uit te voeren tegen de Indische regering: OORLOG dus! Deze militairen werden naar Indië vervoerd in vrachtboten. De reis duurde ongeveer zes weken Gerard is op 19 januari 1949 op 28-jarige leeftijd gesneuveld in Keboemen. Hij ligt in Indonesië begraven. We leefden allemaal mee met hem, want hoe zou het hem vergaan? In het bondsgebouw waren alle foto’s van Indiëgangers in een lijst opgehangen. Maar helaas kwam toen het droevige bericht: Gerard is gesneuveld in Keboemen, ver van ons allemaal. Het verdriet was groot, zeker in ons dorp Orthen, waar we hem zo lief hadden. Ik weet nog dat pastoor Verhoeven het droevige bericht thuis bij zijn ouders kwam vertellen. Dit kwam zo hard aan, dat moeder van Hassel niet goed werd over dit zo droevige bericht, dat ze het niet heeft overleefd en onmiddellijk stierf, deze lieve moeder. Het hele dorp viel in rouw. Ook wij als vriendinnen en vrienden waren zeer bedroefd. Ook ik heb het mij erg aangetrokken, want zijn broer Wim had dezelfde leeftijd als wij. We leefden zo mee. Ik was zeer bedroefd met Wim. Deze lieve jongen moest een broer, maar ook zijn lieve moeder missen. Wim en ik hebben altijd daarom een leuke band met elkaar gehad. Ik ben ook naar de begrafenis van Gerard geweest in Orthen. Hij is met militaire eer, met een lege kist herbegraven vanuit de Orthense Sint-Lambertuskerk. Hierbij zijn ook saluutschoten gelost. Dit is mijn liefdevol verhaal. De herinneringen blijven altijd.
Slotdicht
Een vogel vloog in het begin als eerste uit Gods hand,
met vleugels vrede op de wind, langs pas geschapen land.
Hij trok ook veertig jaren mee op tocht door de woestijn.
Een wolk was hij van pais en vree waar mensen angstig zijn.
Hij vloog naar het beloofde land van liefde zonder leed;
dat land ligt aan de overkant en God weet hoe het heet.
Daarna is hij nog eens gezien bij mannen in een zaal.
Die brachten vrede en misschien doen wij dat allemaal.
Wegzending (gezamenlijk)
In de geest van deze viering gaan wij vanhier.
Wij bidden bemoediging mee te krijgen van elkaar
en van de woorden die wij hier hoorden.
Mogen die ons inspireren,
in de naam van Die wij noemen:
Vader, Zoon en Heilige Geest.
Amen.
Slotlied: Wij hebben voor u gebeden
1 Reactie
Hans Moerman
Bijzondere Viering