Skip to content Skip to sidebar Skip to footer

Geloofsgemeenschap San Salvator: 13 – 14 dec 2014
Thema: Met engelen op weg: De engel van de inspiratie!
Voorganger: Martien van Stiphout
Muzikale ondersteuning: Melodiek

Openingslied: Nu daagt het in het oosten

Begroeting en welkom
Een mens kan alleen ontvangen wat hem door de hemel gegeven wordt. (Joh. 3,27)
Met zang en getuigenis mogen we elkaar van harte welkom heten. In deze Advent zijn we met engelen op weg naar Kerstmis. De engel van de waakzaamheid én de engel van de zelfkennis verspreiden reeds hun licht vanaf de Adventskrans. Op de derde zondag van de Advent is ‘de engel van de inspiratie’ onze gids! ‘Engelen zijn de stille krachten die ons stimuleren de weg naar binnen te gaan en ons vrij te maken. Hoe worden wij ons bewust van hun aanwezigheid, zonder te gaan zweven?’ Zo vraagt Walter de Zeeuw in een zoektocht wat geloven kan betekenen in de huidige en toekomstige tijd. De profeet Jesaja, Johannes en Jezus wijzen ons de weg: zij brengen licht waar het donker is, licht in het droevig duister.
Lied: In het droevig duister

Ontsteken van de derde adventskaars
Wij mensen zijn niet zelf het licht, maar worden opgeroepen om te getuigen van het licht. In deze ruimte verkennen we perspectieven die zich aftekenen in de geloofsbeleving van engelen en mensen, die ons inspireren om in beweging te komen. Voor de engel van de inspiratie ontsteken we de derde Adventskaars.

Gebed
Gij die over onze wereld opgaat, zoals het zonlicht
in de morgen, laat uw komst ons niet ontgaan.
Gij die de blinden ziende maakt en de doven
weer doet horen, ontferm U over ons.
Gij die eens komen zult om te vergelden
en te redden, maak ons waakzaam tot in het eind.
Lied: Jij biedt mij de ruimte

Eerste lezing Jesaja 61, 1-2. 10-11
Van God ben ik zeker; Hij is met en in mij. Ik weet mij gesterkt om verschoppelingen goed nieuws te brengen en gebroken mensen te genezen; om die vast zitten te verlossen en die klem zijn geraakt te bevrijden. Ik weet me gezonden als een genade van God.
Zoals een man zijn hoofd feestelijk opsiert, zo heeft God mij heil en zegen aangedaan. Zoals een bruid zich tooit met haar sieraden, zo heeft God mij in gerechtigheid gestoken. Zoals de aarde vruchten voortbrengt, laat Hij groeien wat goed en recht is. Hij zal zich aan de mens openbaren, zo onweerstaanbaar als het zaad rijpt in de grond.
Tussenzang za: Het mensenvolk – zo: Het volk dat in duisternis gaat

Tweede lezing Johannes 3,22-30 Getuigenis van Johannes de Doper
Daarna ging Jezus met zijn leerlingen naar Judea. Daar bleef hij enige tijd en hij doopte er. Johannes doopte toen ook, in Enon, dicht bij Salim, een waterrijk gebied. Daar kwamen de mensen naartoe om zich te laten dopen. Johannes was immers nog niet gevangen gezet. Er ontstond een discussie tussen de leerlingen van Johannes en een Jood over het reinigingsritueel. Ze gingen naar Johannes en zeiden tegen hem: ‘Rabbi, de man die bij u aan de overkant van de Jordaan was, over wie u een getuigenis afgelegd hebt, is aan het dopen en iedereen gaat naar hem toe!’ Johannes antwoordde: ‘Een mens kan alleen ontvangen wat hem door de hemel gegeven wordt’. Jullie kunnen van mij getuigen dat ik gezegd heb: “Ik ben de Messias niet, maar ik ben voor hem uit gezonden.” De bruidegom krijgt de bruid; de vriend van de bruidegom staat te luisteren en is blij dat hij de stem van de bruidegom hoort. Dat vervult mij met grote vreugde. Hij moet groter worden en ik kleiner.
Acclamatie za: Kwam van Gods wege – zo: In den beginne het woord

Overweging
Drie mensen uit een ver verleden reiken ons de fakkel van het oude geloof aan, met het oog op wat komen zal. Jesaja, Johannes en Jezus voelen zich alle drie geraakt door de nood, die uit hun geschiedenis naar voren komt. Die menselijke nood kunnen zij niet langer aanzien en doorbreken daarom hun angstig zwijgen: ze maken werk van hun diepste verlangen. Daardoor geïnspireerd gaan ze op pad en banen zich een weg naar mensen, die weinig vertrouwen in het leven hebben; die door persoonlijke of maatschappelijke omstandigheden niet weten wat er gebeuren moet om hun situatie te veranderen. De drie berusten niet in gevoelens van onmacht of minderwaardigheid, omdat ze in zichzelf ontdekt hebben, dat je daarbovenuit kunt komen. Dat is hun diepste overtuiging en dat geloof moet doorgegeven worden aan mensen, hier en elders vastgelopen in hun verlangen naar betere tijden: ‘Engelen zijn de stille krachten die ons stimuleren de weg naar binnen te gaan en ons vrij te maken.
Jesaja, Johannes en Jezus kwamen naar hier ‘om te getuigen van het licht, opdat ook wij tot geloof zouden komen.’ Ze laten ons zien, dat wat zij gedaan hebben, ook tot onze mogelijkheden behoort en daarom onze opdracht is. Bovendien brengen ze aan het licht, dat er geen plaats voor God is waar mensen niet tot hun recht komen. Zij roepen ons op: ‘Een mens kan alleen ontvangen wat hem door de hemel gegeven wordt’.
Mensen uittillen boven hun minderwaardigheidsgevoel vraagt dat wij hen kennen, om te zien wat hen maakt en breekt. Het vraagt een persoonlijke betrokkenheid, waarmee je probeert krachten in hen wakker te roepen waar zij nauwelijks meer weet van hebben. Voor de minst-draagkrachtigen onder ons moet die weg vaak gebaand worden, want in het rijk van machthebbers worden deze mensen omver gelopen. Jezus, Johannes en Jesaja banen zich een weg naar mensen voor wie niemand opkomt.
“ze weten zich gezalfd en gezonden om arme verschoppelingen goed nieuws te brengen;
om gebroken mensen te genezen;
om die vast zitten te verlossen;
en die klem zijn geraakt te bevrijden;
om een jaar aan te kondigen, dat God welgevallig is.”
Diep in ons schuilt het verlangen om te getuigen van het licht: want duisternis heeft niet het laatste woord! Hoe donker je leven ook mag zijn, hoe somber je ook kijken mag, er is licht dat de grootste duisternis doorbreken kan. Het is echter een kunst die lichtpunten te zien of aan te steken. Als alles zwart voor je ogen is, heb je andere mensen nodig die licht aandragen anders zie je niets. Schitterend wordt dat uitgebeeld in de aanwezigheid van de engel van de inspiratie die ons laat weten: Hij moet groter worden en ik kleiner.
Dat is het wezen van engelen.
Engelen:
Ze leven en werken voor mensen, die minder geluk hebben.
Ze tellen de uren niet.
Hun liefde voor de mensen is groter dan hun streven naar geld en bezit.
Ze reiken hun handen, ze geven hun vriendschap.
Ze maken kamers klaar en dekken de tafel.
Ze gaan uit met eenzamen.
Ze bekommeren zich om arbeidsplaatsen.
Ze bezoeken gevangenissen.
Ze zorgen voor een warme woning.
Ze schilderen, behangen en herstellen.
Moesten ze er niet zijn ontelbaren zouden geen werk, geen tafel, geen bed, geen vriendschap gevonden hebben. Velen zouden innerlijk van kou gestorven zijn. De engelen zijn nog onder ons. Ze hebben geen vleugels maar hun hart is een veilige haven, voor allen, die door de storm van het leven geteisterd worden.
Ze krijgen een plaats op de adventskrans, de krans van onze verwachtingen: de engel van de waakzaamheid, de engel van de zelfkennis en de engel van de inspiratie zijn elkaars gezellen. De vierde kaars staat er voor jou: de engel van de zegen wordt volgende week ontstoken, als jij in de komende week de duisternis van minstens één mens doorbreekt. Maak de weg vrij voor iemand door haar of zijn lichtzijde naar voren te halen. Hij moet groter worden en ik kleiner!
Geloofslied za: Omdat Hij niet ver wou zijn – zo: Als groen dat in de wintertijd

Pauze en collecte: muzikaal intermezzo

Voorbede
Gij God, die komen zult, hoor ons bidden:
Voor al die mensen, die zo open en ontvankelijk in het leven staan,
dat zij zich door God en al wat goed is laten raken.
Dat hun vreugde en hun levenszin aanstekelijk mogen werken op anderen.

Laat komen Hij die komen zal, verlangend zien wij naar hem uit.

Voor mensen in de Derde Wereld, die ondanks armoede van alledag
de hoop op een betere toekomst niet uit het oog verliezen.
Dat hun durf en hun enthousiasme aanstekelijk mogen werken op anderen

Laat komen Hij die komen zal, verlangend zien wij naar hem uit.

Voor vrouwen en mannen hier dichtbij, die zich met hart en ziel
inzetten voor een geloof in een God, die uit is op het geluk van mensen.
Dat hun inspiratie en hun doorzettingsvermogen
aanstekelijk mogen werken op anderen.

Laat komen Hij die komen zal, verlangend zien wij naar hem uit.

Voor onze lieve doden die leven blijven:…..
Dat hun leven en hun sterven aanstekelijk mogen werken op anderen.

Voor uw aangezicht gedenken wij onze doden

Tafelgebed in de Advent
Om een mens die niet lijkt te bestaan
Onze Vader

Vredewens: Moge vrede ons tegemoet komen:
vertrouw je toe aan de engel van je inspiratie!
Vredeslied za: Komen ooit voeten gevleugeld – zo: Vrede voor jou en alle goeds

Communie: Sta op, uw verlossing is dichtbij.
Communielied za: Wees hier aanwezig God – zo: Veni, veni Emmanuel

Slotgebed
Goede God, wanneer het leven ons duister lijkt,
en wij van geen verder gaan weten,
neemt U ons dan bij de hand en ga ons voor.
Leer ons in de duisternis licht zien, uw Licht
dat ons elke dag opnieuw geboren wordt. Amen.

Mededelingen

Zending en zegen
Zegen deze dag. Zegen allen die ons dierbaar zijn, zegen ons:
Lied: Wek uw kracht en kom.

Gedenk uw woord van trouw:
dat Gij zult komen, komen bevrijden.
In de naam van de Vader, de Zoon en heilige Geest.

Slotlied za: De nacht loopt ten einde – zo: Kom tot ons de wereld wacht

Plaats een reactie