Skip to content Skip to sidebar Skip to footer

San Salvatorgemeenschap 11-12 juni
Thema: Lied van Verlangen
Voorganger: Mignon van Bokhoven
Muzikale ondersteuning: Melodiek

Openingslied za: De vreugde voert ons – zo: Om warmte gaan wij een leven

Welkom
Welkom, goedemorgen. Welkom als u hier elke week komt en welkom als u hier voor het eerst bent. Welkom, voor u. Precies zoals u hier vanmorgen gekomen bent. Met uw stemming, uw gemoed. Met uw zorgen en met dat lichaam waar u niet zonder kunt. Misschien voelde u zich vanmorgen stram of sprong u juist lenig uit bed. Of was er eenzaamheid of drukte. Alles doet er toe als wij hier samen komen. U komt hier met alles precies zoals het zich voordoet. Heel dit lichaam, heel jouw lange geschiedenis van jongen en meisje, van man en vrouw, en heel jouw zijn op dit moment.
Hier naar toe gekomen vanuit verlangen. Verlangen misschien naar ontmoeting, naar gezelligheid, misschien naar stilte of naar gebed. En dat verlangen kan zo anders zijn dan hoe het in het dag dagelijks leven voor u is. Maar toch is het zo. Precies zo. Deze morgen. Met dit lijf, met deze geschiedenis, met dit verlangen. Laten we stil worden, voelend hoe het nu is en zoekend naar ons verlangen.

Openingsgebed
God, met heel ons hebben en houden, met onze beperkingen, onze mogelijkheden en met ons verlangen komen wij vanmorgen samen. Dat wij ons open mogen stellen voor die hunkering in ons;  dat verlangen naar liefde, naar heelheid en naar genezing voor pijn.
Dat wij in dat kwetsbaar open stellen uw liefde mogen voelen; uw liefde die niet anders kan dan  stromen voor wie het ontvangen wil. Dat vragen wij U, God, die wij noemen
Vader, Zoon en Heilige Geest,
Amen
Acclamatie za: Blijf niet staren – zo: Gij zijt de lucht om mij heen

Inleiding op de lezingen
Vandaag hebben we twee lezingen waarin een rijkdom aan beelden opgeroepen wordt. Veel voor dit uur, voor deze ruimte, voor deze mensen. We lezen uit het Hooglied, een lied van verlangen tussen twee mensen, van uitreiken naar elkaar, weer terughouden en wachten. We zouden dit eigenlijk niet moeten lezen, maar zingen, buiten, dansen, verstoppertje spelen of tikkertje zoals we laatst de twee meisjes zagen doen in het filmpje van Amnesty. Tikkie, pak me dan, uitdaging. Dat doen we vandaag niet. We vervoegen ons niet in het paradijs. We lezen er een ander verhaal bij, uit het evangelie van Lucas. Over een heel andere manier van wat liefde kan zijn en liefde kan doen. Een verhaal over pijn en genezing.

1e lezing Hooglied 4:16-5:8
Steek op, noordenwind, kom, zuidenwind,
en blaas over mijn tuin, zodat de geuren zich verspreiden!
Laat mijn lief in zijn tuin komen
en er genieten van de kostelijke vruchten!

Ik ben al in mijn tuin, mijn zuster, mijn bruid,
ik vergaar er mijn mirre en balsem,
ik eet er mijn honingraat,
ik drink er mijn wijn en mijn melk.
Eet en drink, vrienden, en wordt dronken van de liefde!

Ik sliep, maar mijn hart was wakker.
Ik hoorde mijn lief kloppen:
Doe open, mijn zuster, mijn vriendin, mijn duif, mijn mooiste.
Mijn hoofd is nat van de dauw,
mijn lokken zijn vochtig van de nachtelijke nevels.
Maar ik heb mijn kleed al uitgetrokken, moet ik mij weer aankleden?
Ik heb mijn voeten gewassen, moeten ze weer vuil worden?
Daarop stak mijn lief zijn hand door de opening in de deur.
Ik kreeg met hem te doen.
Ik stond op om de deur open te doen voor mijn lief.
Mijn handen dropen van mirre,
van mijn vingers vloeide de mirre op de handgrepen van de grendel.
Ik opende de deur voor mijn lief,
maar mijn lief was weg, verdwenen.
Ik ging achter hem aan; ik zocht hem, maar ik vond hem niet;
ik riep hem, maar hij antwoordde niet.
Ik stuitte op de wachters die de stad doorkruisten.
Ze sloegen mij, verwondden mij,
ze rukten mijn sluier af, de wachters van de stad!
Ik bezweer je, dochters van Jeruzalem, als jullie mijn lief vinden,
zeg hem dan dat ik ziek ben van liefde!
Acclamatie za: Hier gaan we zingend -zo: Vanuit de diepte

2e lezing Lucas 7:36-50
Een van de farizeeën vroeg Jezus om te komen eten. Hij kwam in het huis van de farizeeër en ging aan tafel. In diezelfde stad woonde een zondige vrouw. Toen zij vernam dat Hij aanlag in het huis van de farizeeër, ging ze erheen met een albasten fles balsem. Huilend ging ze achter Hem staan, bij zijn voeten. Met haar tranen maakte ze zijn voeten nat en met de haren van haar hoofd droogde ze die. Ze kuste zijn voeten en zalfde ze met balsem. Toen de farizeeër die Hem had uitgenodigd, dit zag, zei hij bij zichzelf: ‘Als Hij een profeet was, zou Hij weten wat voor vrouw het is die Hem aanraakt; Hij zou weten dat het een zondares is.’ Daarop zei Jezus tegen hem: ‘Simon, Ik heb u iets te zeggen.’ Hij zei: ‘Zeg het, Meester.’ ‘Een geldschieter had twee schuldenaars. De een was hem vijfhonderd denariën schuldig, de ander vijftig. Ze konden het geen van beiden terugbetalen, en daarom schonk hij het hun. Wie van hen zal nu het meest van hem houden?’ ‘Ik veronderstel,’ zei Simon, ‘degene aan wie hij het meeste geschonken heeft.’ ‘Dat is juist’, zei Jezus. Daarop keerde Hij zich om naar de vrouw en zei tegen Simon: ‘Ziet u deze vrouw? Ik kwam uw huis binnen. Water voor mijn voeten hebt u Me niet gegeven, maar zij heeft met tranen mijn voeten nat gemaakt en ze met haar haren afgedroogd. Een kus hebt u Me niet gegeven, maar zij heeft sinds Ik hier binnenkwam onophoudelijk mijn voeten gekust. Mijn hoofd hebt u niet met olie gezalfd, maar zij heeft mijn voeten gezalfd met balsem. Daarom zeg Ik u dat haar vele zonden vergeven zijn, getuige haar grote liefde. Maar wie weinig wordt vergeven, heeft weinig liefde.’ Tegen haar zei Hij: ‘Uw zonden zijn vergeven.’ De andere gasten zeiden toen onder elkaar: ‘Wie is deze man, die zelfs zonden vergeeft?’ Tegen de vrouw zei Hij: ‘Uw vertrouwen is uw redding. Ga in vrede.’
Acclamatie za: God bewaar mij -zo: Oren en ogen gaan open

Overweging
Lied van verlangen. Het verlangen naar liefde wordt in het Hoogste lied, het Lied der liederen bezongen. Steek op, noordenwind, kom zuidenwind! Je ruikt de geuren van de tuin, de zoete geuren van de bloemen, de warmte stroomt door de woorden heen. Vrouw en man verlangen naar elkaar. De liefde weeft en werkt. Honing, wijn, melk vloeien over van rijkdom.
Ruimte voor de lichamelijkheid van de liefde. Fijn dat het ook in de kerk geen taboe meer is. Dat liefhebben gaat met hart, met hoofd, met handen, met huid en haar. Mensen zijn geschapen ín, met, door hun lichaam.
We lezen dat liefde een lied van verlangen is, als een heen en weer gaande beweging. Van een dialoog, een uitgaande stroming die ontvangen wil worden. Van een uitstrekken naar elkaar, een aftasten, een rondom elkaar heen dansen. Van geven en ontvangen willen worden.
En een uiteindelijk samenvallen tot heelheid. En dan is er niet meer het individu, of een gesloten tweeheid. Die heelheid is een veelheid, open en ontvankelijk.
Zo zou het in het paradijs zijn. Als alles mooi was en goed.
Maar we weten dat ook dat dat niet zo is.
We weten ook dat de lichamelijke én de geestelijke liefde ook een heel precair onderwerp kunnen zijn. Dat er in het spel van de liefde grenzen overschreden worden. Dat er pijn geleden wordt. Dat er misbruik plaatsvindt. Ook met veel geweld.
Ook dat verlangen pijn kan doen. Dat er verdriet is over het gemis van een geliefde in je leven. Dat er spijt is over dingen die je je lichaam hebt aan gedaan. Of spijt dat je niet gedaan hebt wat je had willen doen. Wat kan hier nog helend zijn?
Zou het verhaal uit het evangelie vertellen over een vrouw met verdriet, een beschadigde vrouw die genezing vindt?
Vaak wordt deze vrouw, ‘van wie in de stad gezegd wordt dat ze een zondares is’, geassocieerd met woorden als vrouw van lichte zeden, publieke vrouw. Een vrouw van vele zonden.
Nu kan je met ‘zonde’ in de bijbel vele kanten uit. In de context van de farizeeërs is zonde vooral de overtreding van allerlei ingewikkelde wetten, of de omgang met ‘heidenen’. Je kunt dit verhaal dus lezen als een verhaal van ‘overtreding’ en ‘vergeving’.
Maar zonde is vooral ook als iets niet is wat het zou kunnen zijn? Op een gebroken schaal kan geen fruit meer liggen, zonde van de schaal. Of als je als mens dingen doet die echt niet goed voor je zijn. En dan bedoel ik niet van die guilty pleasures die ‘je eigenlijk niet zou moeten doen, om.. ‘zoals het leegeten van een beker Ben & Jerry’s, maar dan bedoel ik de dingen die je echt kwaad doen. Waar je ongelukkig van wordt, waar je niet de mens bent die je eigenlijk zou willen zijn. Bijvoorbeeld als je weer eens veel kwader bent geworden dan gepast is in de situatie.
Als je het daarover hebt, heb je het veel meer over genezing dan over vergeving. Over vertrouwen dat het weer goed komt.
De woorden die Jezus op het laatst tegen de vrouw spreekt zijn: ‘uw vertrouwen is uw redding, ga in vrede’ zijn woorden die in het evangelie van Lukas een aantal malen voor komen, steeds in een genezingsverhaal, in het verhaal van de bloedvloeiende vrouw, blinde, de melaatse. Allemaal mensen die naar Jezus gekomen zijn omdat zij geloven, vertrouwen dat Jezus het goede met hen voor heeft. Mensen die door de anderen als zondaars worden beschouwd, onrein, mensen in de marge, mensen waar je niet mee omgaat. Mensen die niet voluit kunnen zijn wie ze zouden willen zijn. Zij vertrouwen erop dat Jezus hen wel zal zien. Zij geloven dat zij in Hem genezen zullen worden. Een genezingsverhaal.
Het verhaal wordt zo beeldend verteld. Je ziet het voor je. De mannen liggen met hun hoofden naar het midden van de kring, zij zijn de denkenden in het verhaal. Zij denken, en oordelen, zij vinden zo het hunne. De vrouw die binnen komt staat aan de kant van de voeten, aan de buitenkant. Zij stroomt over van liefde, zij stroomt letterlijk over, ze giet de geurende olie en huilt haar tranen over de voeten. Waar de denkende oordelende Simon zich geen raad weet, weten de handen van de vrouw precies hoe ze de liefde laten zien.
En Jezus ziet dat en schenkt haar genezing. En geeft ook Simon de aanwijzing hoe je kunt liefhebben. Kijk, dan. Zie de ander aan. Zie de vrouw die uit verlangen naar genezing, vrede heeft gevonden.
Dit is het verlangen naar genezing en heelheid waar de hele schepping van doortrokken is. Van de heen en weer gaande beweging van liefde. Zoals de tonen van de muziek wervelen door de ruimte en het oor zich neigt naar de klank van het lied. Zoals de hand van de angstig dementerende zoekt ..en de vertrouwde hand van zijn partner vindt. Een ademend heen en weer bewegen. Zoals God zich laat vinden, waar de mens een kiempje durft te verlangen. Verlangen naar liefde voor jezelf, voor je naaste en voor God. En soms heel even valt dan het verlangen samen met precies hoe het nu is.
Dan komt alles samen in de meditatieve woorden van de zen-leraar Tich Nhat Hahn
Ik adem in en kom tot rust
ik adem uit en glimlach
thuisgekomen in het nu
wordt dit moment een wonder.
Geloofslied za: De Heer heeft mij gezien – zo: Liefde heeft geen longen

De gaven van brood en wijn worden op tafel gezet
Er klinkt muziek

Voorbeden
Goede God,  die ons mensen uit aarde gemaakt heeft,
tot mensen met een lichaam waarmee wij lief kunnen hebben.
Wij bidden voor mensen die verdriet hebben omdat ze
zij deze liefde niet kunnen ervaren.
Die het gemis voelen van een overleden partner, of die nooit
een zo nabije relatie met iemand aan hebben kunnen gaan.
Wij bidden voor genezing van de pijn
en voor een liefdevolle blik van iemand die hen ziet.

Luister Heer, ontferm u over ons

Wij bidden voor mensen die zich belemmerd voelen
om ten volle te leven,
die bang zijn voor wat anderen zullen zeggen als
zij gehoor geven aan hun diepste verlangen.
Laat er voor hen een warme aansporing zijn,
zodat ze toch hun hart kunnen volgen.

Luister Heer, ontferm u over ons

Wij bidden voor mensen, mannen en vrouwen in
oorlogs- of onderdrukkingssituaties, van wie het lichaam
wordt gemarteld, of misbruikt.
Voor alle meisjes en vrouwen die worden verkracht,
dat zij hun eigenliefde en eigenwaarde terug mogen vinden
en dat zij zich vrij voelen van veroordelende blikken.

Luister Heer, ontferm u over ons

Wij bidden voor allen die ziek zijn,
of vermoeid van het leven,
en voor de intenties die toevertrouwd zijn
in ons intentieboek,
wij bidden voor onze eigen intenties

Luister Heer, ontferm u over ons
Wees met uw warmte nabij onze lieve doden,
Dat zij in uw licht mogen zijn.

Koester de namen

Tafelgebed
Goede God, wij danken U voor de wereld waarop wij wonen,
deze aarde met alles wat er leeft en groeit.
God, vader en moeder tegelijk
die ons wil ontvangen om wie wij zijn,
die ons roept, groot en klein,
om goed te zijn, om brood te delen.
Die ons oproept te blijven werken aan de vrede,
die ons vraagt om trouw te zijn
aan de goddelijke liefde in ons.

Wij danken U voor Jezus,
die mooie mens uit Nazareth,
die lang geleden heeft gezegd:
Maak je geen zorgen, elke dag heeft genoeg aan zichzelf.

En wat Hij altijd deed,
deed Hij ook de laatste avond.
Hij ging met zijn vrienden aan tafel.
Hij nam het brood, brak het, deelde het uit en zei:
Eet dit brood van iedere dag
niet alléén, maar breek en deel het met elkaar.
Zoals ik gedaan heb toen ik bij jullie was.

Daarna nam hij de beker en zei:
Drink uit deze beker, ook als ik er niet meer ben,
Vertel elkaar wat echt belangrijk is:
deel vreugde en verdriet
en als het aan jullie ligt
wees bevriend met iedereen.

Moge het delen van dit brood en deze beker
ons hart versterken:
dat wij vol hoop meewerken aan een nieuwe wereld
waar brood en recht en waardigheid
en liefde is voor al wat leeft.

Hij zei: Vier samen dat je niet alleen op de wereld bent.
Weet dat je elkaar kunt inspireren
om te worden wie je echt wilt zijn.
Kijk maar goed: overal in de wereld waar mensen
elkaar ontvangen en ontmoeten,
samen het leven delen, daar gebeurt het.

In zijn Geest zijn wij onderweg,
en met zijn woorden willen wij bidden,
die vertrouwde woorden
Onze Vader . . .

Vredeswens
Wees bevriend met iedereen en vier samen
dat je niet alleen op de wereld bent.
Reik elkaar de hand en wens elkaar de vrede toe.
Vredeslied za: Vrede voor jou– zo: Waar vriendschap heerst en liefde

Iedereen wordt van harte uitgenodigd aan de tafel van brood en wijn
Honing, wijn en melk. Eet en drink, vrienden, en wordt dronken van de liefde! zegt het Hooglied. Ons brood en wijn, delen wij als vrienden aan één tafel, aan deze tafel voor ons aangericht.
Communielied za: Zijt Gij mij, God een herder – zo: Naar U, Levende klimt mijn ziel

Afsluitend gebed
God, onze vader en onze moeder, wij kwamen hier, voor U met ons verlangen. Al luisterend, zingend, delend, biddend zijn wij iets op het spoor gekomen dat liefde overgave is, klein voorzichtig of juist vol hartstocht, ieder naar zijn maat. Heb lief, met tranen, met handen, met heel je hart, je hoofd, vol adem levend door U, Amen.

Mededelingen

Slotgedachte: citaat uit De misdaad van Sylvester Bonnard van Anatole France
‘Ik heb altijd de dwaasheid der hartstochten verkozen
boven de wijsheid der onverschilligheid.’

Dit citaat leek zo toepasselijk bij de evangelielezing van vandaag. De hartstocht van de vrouw in tranen tegenover de onverschilligheid van de hoofdmens Simon.
Ik heb de context er bij gezocht: het fragment gaat eigenlijk over een hartstochtelijk boekliefhebber die slenterend langs de Seine de kraampjes van de boekverkopers niet voorbij kan lopen zonder één of meer van de boeken mee naar zijn huis te nemen. De wijsheid van de onverschilligheid betreft de verstandige opmerking van zijn hospita dat zijn kamer zal veranderen in bergen rotzooi als hij zo doorgaat. Het verlangen van de man naar boeken en teksten leert hem overigens uiteindelijk de liefde kennen.

Zegenwens
Goede God, dat wij van hier mogen gaan
vrij om ruimte te geven aan ons verlangen
de verbinding zoekend met de ander
reikend naar U,
met de zegen van elkaar en van U die wij noemen
Vader, Zoon en Heilige Geest,
Amen

Slotlied za: Uit vuur en ijzer – zo: Trek ik de zee door

Plaats een reactie