Noodgedwongen vieren we kerstmis online. Als San Salvator maakten we een filmpje waarin door muziek en beeld stilstaan bij het kerstverhaal.
Deze online viering werd met veel mensen gemaakt. Dank jullie wel!.
Zet u een kaars en lucifers klaar? In de viering steken we allemaal een lichtje aan.
Voorganger: Tony de Meulder | Muziek Melodiek
Lectoren: Toon van Mierlo, Maria Cleassens, Franneke Hoeks en heel veel kinderen
We zingen
Nacht is om de huizen heen,
dood is in de bomen,
straat is uitgestorven steen,
aarde moederziel alleen,
tot er licht zal komen
van alzo hoge.
Hemelen en aarde slaan
dicht in vrees en dromen,
korte dagen breken aan,
niet te zien zijn zon en maan,
tot er licht zal komen
van alzo hoge.
Wacht maar op de morgenster
met drie gouden kronen,
en al staat hij heind’ en ver,
twintig eeuwen hopen er,
tot het licht zal komen
van alzo hoge.
Niemand heeft genoeg aan brood,
want je leeft van woorden,
zij gaan verder dan de dood
en zij zijn de stille hoop
dat hij wordt geboren
als nooit tevoren.
Welkom
Iedereen van harte welkom, niemand uitgezonderd.
Welkom bij deze online kerstavondviering
om samen Kerstmis te vieren.
Wij luisteren naar dat verhaal van lang geleden,
het verhaal van die eerste kerstnacht.
Toen is er iets gebeurd
dat tot op de dag van vandaag betekenis heeft.
Maak het even stil in jezelf,
zet je hart open voor dat oude verhaal,
laat het spreken, je ontroeren en raken,
maar vooral, proef de bemoediging die ervan uitgaat:
want een kind is ons geboren, een zoon ons gegeven,
werd een verre God een God-dichtbij.
Kom en doe als de herders,
ga zien wat er gebeurd is
en hoor wat God je deze nacht te zeggen heeft.
Geef je gewonnen en doe mee:
met liederen zingen wij de hemel open,
met licht verdrijven wij de nacht.
Wordt even stil en breng je gedachten op Gods hoogte.
Stilte| Steekt u een kaarsje aan?
Breng licht in deze wereld,
ook al leven we met de beperktheid
en angst door het Covid-virus,
ook al weet je dat er oorlog is,
ook al besef je dat vrede
zo dikwijls een ijdel woord is.
Ook al weet je dat er ook vandaag
nog zoveel mensen op de vlucht zijn.
Steek nog meer kaarsen aan,
zodat je hoop gaat branden.
Laat je verlangen opflakkeren,
want Jezus is geboren.
Hij is in je visioen en je droom,
in je handen die schreeuwen
om liefde en vriendschap, in je machteloosheid
omdat je zoveel zou willen doen.
Hij is in vandaag,
in gisteren en morgen,
in wat is, wat was en wat zal zijn.
Hij is midden onder ons,
Hart van ons hart,
Licht in ons leven.
Acclamatie
Alles wacht op U vol hoop,
alle levenden vragen U om voedsel.
Neemt gij hun adem weg zij sterven
en zij vallen terug in het stof.
Zendt Gij uw geest, zij worden herschapen.
Gij geeft de aarde een nieuw gezicht.
Gebed
Menslievende God,
vandaag toon Jij opnieuw
hoe groot Jouw liefde voor ons is.
In een klein en weerloos kind
wil Jij onder ons aanwezig zijn.
Wij bidden Jou
om Jouw grenzeloos licht
om de kracht van jouw Geest in donkere dagen.
Maak van ons mensen
die warmte en licht uitstralen
en die zo meewerken
aan Gods droom van liefde voor alle mensen.
Dit vragen wij Jou voor vandaag en morgen en alle dagen.
Amen.
Muziek
We lezen
gebaseerd op Jesaja 9: 1-6.
Het volk dat in duisternis gaat
zal aanschouwen groot licht.
Die wonen in schaduw van dood,
over hen op gaat het licht.
Zij zullen lachen en juichen,
lachen en juichen,
als op de dag van de oogst.
Het volk dat in duisternis gaat
zal aanschouwen groot licht.
Die wonen in schaduw van dood,
over hen op gaat het licht.
We zingen
Vanwaar zijt Gij gekomen?
Wij wisten niets van U.
In onze stoutste dromen
was God nooit hier en nu.
Een nieuwe God zijt Gij,
die onder ons wilt wonen,
zo ver weg, zo dichtbij.
Gij zijt ons doorgegeven
een naam, een oud verhaal,
uw woorden uitgeschreven
in ied’re mensentaal.
Ons eigen levenslot
met uw geluk verweven,
zo zijt Gij onze God.
Gij zijt in ons verloren,
wij durven U niet aan,
uw stem in onze oren,
uw komst in ons bestaan.
Een woord van vlees en bloed,
een kind voor ons geboren,
een naam die sterven moet.
Het kerstverhaal (Lucas 2, 1-20)
In die tijd werd er een bevel van keizer Augustus bekendgemaakt. Hij wilde alle inwoners van het Romeinse rijk laten tellen. Het was de eerste keer dat dit gebeurde. Het was in de tijd dat Quirinius de provincie Syrië bestuurde. Iedereen moest geteld worden in de plaats waar zijn familie vandaan kwam. Daarom gingen alle mensen op reis.Ook Jozef moest op reis. Hij ging van Nazaret in Galilea naar Betlehem in Judea. Want hij kwam uit de familie van David, en David kwam uit Betlehem. Jozef ging samen met Maria naar Betlehem. Maria zou met Jozef gaan trouwen, en ze was zwanger.
Toen Jozef en Maria in Betlehem waren, werd het kind geboren. Het was Maria’s eerste kind, een jongen. Maria wikkelde hem in een doek, en legde hem in een voerbak voor de dieren. Want er was voor hen nergens plaats om te slapen.Die nacht waren er herders in de buurt van Betlehem. Ze pasten buiten op hun schapen. Opeens stond er een engel tussen de herders, en het licht van God straalde om hen heen. De herders werden bang. Maar de engel zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn, want ik breng jullie goed nieuws. Het hele volk zal daar blij mee zijn. Vandaag is jullie redder geboren: Jezus, Messias. Hij is geboren in Betlehem, de stad van David. En zo kunnen jullie hem herkennen: het kind ligt in een voerbak en is in een doek gewikkeld.’
En plotseling was er bij de engel een hele groep engelen. Ze eerden God en zeiden: ‘Alle eer aan God in de hemel. En vrede op aarde voor de mensen van wie God houdt.’
We zingen Ere zij God in de hoge en vrede op aarde voor alle mensen van goede wil
Daarna gingen de engelen terug naar de hemel. De herders zeiden tegen elkaar: ‘Kom, we gaan naar Betlehem. Want God heeft ons verteld wat er gebeurd is. Laten we gaan kijken.’
Ze gingen meteen naar Betlehem. Daar vonden ze Maria en Jozef, en in een voerbak lag het kind. Toen de herders het kind zagen, vertelden ze wat de engel over hem gezegd had. Iedereen die het hoorde, was verbaasd over het verhaal van de herders. Maria probeerde te begrijpen wat het betekende. Ze bleef nadenken over wat de herders gezegd hadden.
De herders gingen terug naar hun schapen. Ze eerden God en dankten hem voor alles wat ze gezien en gehoord hadden. Want alles was precies zoals de engel gezegd had.
Lied: Kind ons geboren
Bezinning
Zijn wij een volk op weg in het donker, nu het Coronavirus nog steeds ons leven in de greep houdt? Hoe zoeken wij, hoe zoek jij naar zin, naar een betekenis voor en van jouw leven? Is mijn leven onzin, wordt er recht gedaan. Wint het licht dat zo vaak het lijkt te verliezen tegen de duisternis, uiteindelijk toch? Ervaar ik iets van dat licht? Ervaar ik iets van God?
De eniggeboren zoon, de geliefde vertegenwoordiger van God op onze aarde, Jezus van wie wij vandaag zijn geboorte vierenheeft ons gezegd wie God is.
Dit kind in de kribbe brengt van jongs af aan mensen in beweging. Hij leert ons kijken met de ogen van de Ene die wij onze God noemen. Hij laat God spreken. In alle eenvoud, Hij leert ons dat we God niet vinden in mooie kathedralen, dit kind leert ons dat God te vinden is waar wij het leven delen met elkaar. God wordt elke dag nog onder ons geboren.
Waar zoek jij God?
Een stel kinderen speelde verstoppertje. Eentje had zich zo goed verstopt dat hij niet gevonden werd. Toen hij eindelijk uit zijn schuilplaats tevoorschijn kwam, merkte hij dat de andere kinderen allemaal al naar huis waren.
Waarom huil je? Vroeg zijn moeder toen hij verdrietig thuiskwam. Omdat ze niet naar mij hebben gezocht. God zou soms wel eens kunnen huilen als een klein kind, omdat we niet of nauwelijks naar hem zoeken. En God heeft reden tot klagen, want hij is wel opzoek gegaan naar ons. Dat vieren wij met kerstmis.
Maar waar kunnen wij God zoeken?
De herders zochten hem in ieder geval niet in een deftig huis in het statige Jeruzalem. Maar ze gingen op pad naar een tochtige stal bij Bethlehem, een dorp van niks. Ze zochten hem niet in een gouden wieg, maar in een houten kribbe. Dat alles wil zeggen: God is een geboren vriend van sukkelaars en onaanzienlijke mensen: je moet hem allereerstzoeken bij hen die weerloos zijn, arm en ontheemd. Je kunt hem zoeken in allerlei andere mensen van goede wil. In de krant staan ze verstopt tussen allerlei ellende. Kamerlid neemt het op voor vluchtelingen, Nederlands gezin adopteert Braziliaanse straatkinderen, vrijwilligers van de wereldwinkel zien omzet stijgen. Artsen zonder grenzen vertrekt voor de vierde keer twee jaar naar Syrië. In die mensen van goede wil brandt Gods licht, daar laat Hij zich vinden.
Maar niet alleen bij hen die overigens onopvallende plekjes in de krant halen maar ook hier in onze gemeenschap, in onze samenleving brandt Gods licht, in het koor brandt licht, al voelen sommigen zich de mond gesnoerd door het coronavirus.
Er brandt licht in mensen die zich buiten onze geloofsgemeenschap blijven inzetten voor de samenleving, niet ophouden te knokken voor gerechtigheid er brandt licht in diegene die zegt: bel tante Annie of ze met Kerstmis wil komen anders zit ze misschien alleen. Wij zorgen voor een zelftest!
Er brandt licht in ouders die van hun huis een warm nest maken. Er brandt licht in de jongeren uit Kollum. Graag zou ik hier iets over willen zeggen. Zondag werd ik geraakt door het programma Petrus in het land. In Kollum in Friesland waren jongeren vroeg in de morgen op tocht gegaan.
Jongerenwerker Sjoukje Bosgraaf voert samen met groep jongeren op een speciale manier actie voor vluchtelingenkinderen in Griekenland. Ze doen mee aan de Kerstchallenge, waarbij je de vlucht van Jezus naar Egypte naspeelt doormiddel van uitdagingen. Dit Bijbelverhaal is gekoppeld aan vier verhalen van vluchtelingkinderen die ook hebben moeten vluchten. Tijdens de vroege ochtenduren, proberen deze jongeren licht te brengen. Het ontroerde mij, maar tegelijk voelde ik hoop. Hoe jonge mensen met het verhaal van God aan de slag gingen. Het verhaal van God met mensen is geen dode letter, geen geschiedenisboek. Het komt tot leven waar wij niet in duisternis blijven, maar het licht blijven ontsteken. Er brandt licht toen wij zojuist het kerstverhaal hoorde gelezen door een aantal jongeren uit onze Salvator gemeenschap. Vandaag vieren we dat God meer dan in wie ook aan het licht komt in het kind van Bethlehem, de man van Nazareth. In hem vooral mogen we God zoeken. En ontroostbaar is God als we hard zijn voor elkaar, mensen van steen zijn, verbitterd en kil elkaar links laten liggen of erger nog verdacht maken. Getroost als een kind is God als we hem zoeken in elkaar, als we mogen schuilen in elkaars liefde, en samenscholen in het licht. Zeker nu in deze voor zovelen mensen een moeilijke tijd. Houdt het licht brandend. Wees niet als een volk dat in de duisternis wandelt. Zoek God waar Hij zich vinden laat! Niets is zaliger dan dat: Zalig kerstfeest. Amen
We zingen
Midden in de winternacht ging de hemel open. Die ons heil ter wereld bracht, antwoord op ons hopen. Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom zingt gij niet?
Laat de citer slaan, blaast uw fluiten aan. laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen: Christus is geboren!
Vrede was het overal: wilde dieren kwamen bij de schapen in de stal en zij speelden samen. Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom speelt gij niet?
Laat de citer slaan, blaast uw fluiten aan. laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen: Christus is geboren!
Ondanks winter, sneeuw en ijs bloeien alle bomen, want het aardse paradijs is vannacht gekomen. Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom danst gij niet?
Laat de citer slaan, blaast uw fluiten aan. laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen: Christus is geboren!
Ziet, reeds staat de morgenster stralend in het duister, want de dag is niet meer ver, bode van de luister, die ons weldra op zal gaan. Herders blaast uw fluiten aan!
Laat de bel, bim-bam, laat de trom, rom-rom, laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen: Christus is geboren!
We bidden
God van licht, wij bidden tot u in deze donkere tijden waarin angst en onzekerheid regeren. Laat in ons het licht geboren worden zodat we onze harten openen voor de vluchteling, de dakloze, de eenzame, de zieke. Dat we brengers van licht mogen zijn.
God van leven, wij bidden tot u nu we aan den lijve voelen hoe kwetsbaar leven is. Laat ons mensen zijn die kwetsbaarheid durven koesteren als onderdeel van leven. Dat wat waarde heeft is kwetsbaar. Laat ons mensen zijn die het kwetsbare leven koesteren.
God van toekomst, Wij bidden dat jij ons richting geeft als we het zelf even niet meer weten. Jij werd geboren in een weerloos kind, dat Jezus heette. Hij werd een bijzonder mens die ons liet zien dat we goed voor elkaar en de aarde moeten zorgen. Ik hoop dat wij dat niet vergeten en samen zorgen voor een mooie toekomst.
God van verbinding, Wij bidden tot U in onze zoektocht naar verbinding. Gij zijt verbinding tussen mensen van allerlei kleur. Gij verbindt licht en donker, jong en oud, dood en leven. We staan vanavond stil bij alle mensen van wie we het afgelopen jaar afscheid moesten nemen. Dat zij thuis mogen zijn in uw licht.
We zingen
Bij u is de bron van het leven en in uw licht zien wij het licht
God van licht, leven, toekomst en verbinding we bidden vandaag jouw visioen naar ons toe. Een verhaal dat begon met licht in donker. Een verhaal van licht dat met mensen meetrok. Een verhaal van kind dat ons leerde liefhebben. Een verhaal van toekomst voor al wat leeft.
Onze vader
Muziek
Slotgedachte
Het wonder
van de menswording gebeurt.
Niet in een zee van licht
niet in straten vol glitter
niet in de verblindende veelheid
en ver van wie uit is op macht.
Maar naamloos, geborgen
misschien in het holst van de nacht.
Op plaatsen, ontelbaar
waar leven wordt doorgegeven
waar brood van vertrouwen met ieder gedeeld wordt
waar niemand te min is
waar je als vreemde een thuis vindt
waar eenzaamheid wordt geheeld
pijn niet vergeten
angst niet meer hoeft
waar men grootmoedig een stap zet naar vrede.
Het kind van de hoop
wordt steeds weer geboren
uit mensen
God, wat een wonder
Zegen
Wij verlaten Bethlehem,
in het besef dat de kribbe een teken is
dat het Kind telkens opnieuw geboren mag worden in ons hart, dat onze God er is voor jou
en jij voor Hem.
Vier kerstmis op de plaats waar je bent,
brand er wierook met de korrels van jouw geloof,
bied mirre aan, de balsem van de hoop,
deel er het goud uit van jouw liefde en jouw vriendschap.
Wordt boodschapper van zijn vrede, wees een zegen voor elkaar. In de naam van de Vader, de Zoon en de goede Geest. Amen.
We zingen
Nu zijt wellekome, Jesu, lieven Heer; Gij komt van alzo hoge, van alzo veer! Nu zijt wellekome uit den hogen hemel neer. Hier al in dit aardrijk zijt Gij gezien nooit meer: Kyrieleis.
Christe Kyrieleison, laat ons zingen blij, daarmeed’ ook onze leisen beginnen vrij, Jezus is geboren op den heiligen Kersnacht van een maged reine, die hoog moet zijn geacht. Kyrieleis.
D’herders op den velde hoorden een nieuw lied (dat Jezus was geboren, zij wisten’t niet): “Gaat aan geender straten en gij zult Hem vinden klaar. Beth’lem is de stede, daar ‘t is geschied voorwaar. Kyrieleis.”
D’heilige drie Koon’ghen uit zo verren land, zij zochten onzen Here met offerhand. Z’offerden ootmoedelijk myrr’, wierook ende goud t’eren van den kinde, dat alle ding behoudt. Kyrieleis.