Skip to content Skip to sidebar Skip to footer

San Salvatorgemeenschap 16 mrt 2014
Tot inkeer komen op weg naar Pasen
Thema: Leven in het licht
Voorganger: John Parker
Muzikale ondersteuning: de Cantorij

Openingslied za: Heer onze Heer hoe zijt Gij aanwezig – zo: Voor mensen die naamloos

Inleiding
Welkom bij deze, onze 2e viering van de Vastentijd. “Tot inkeer komen op weg naar Pasen.”
Na de woestijn-ervaring van vorige week wordt een visioen van Pasen aangeboden. Licht, volheid van Leven; dode profeten die leven en spreken, Jezus de hoofdrolspeler die de oude profeten opvolgt en hun boodschap vertaalt voor de mensen van zijn tijd.
Licht: zoiets als we deze afgelopen dagen hebben gezien: blauwe hemel na de grijze winterdagen.
Welkom, dus allemaal, om hier samen te vieren, te biddem te zingen, te delen. Later in de viering horen wij over een onderdeel van het project dat wij ondersteunen dit jaar; het gaat vandaag over zorg voor weeskinderen in Malawi, en Gerard C en Nelly van K van de Stichting Dovenzorg Malawi zijn vandaag bij ons te gast.
Maar eerst een moment van stilte; laten wij de stilte over ons komen. Een moment van bezinning.

Bezinning
De Vastentijd zijn wij binnen gegaan om ons te bezinnen, om tot in het Licht van Pasen te leven; het licht van de Eeuwige, doorgegeven aan ons door de profeten en wijzen der aarde, door Jezus van Nazareth en onze eigen voorouders.
Rechtvaardig en goed, eerlijk en open, voor onszelf en voor anderen. Leven in het Licht, als vrije mensen, met het gezicht verheven naar het Licht, met handen open om te helpen, met een hart warm voor anderen.
Leven in het Licht.

Acclamatie za: Wij treden biddend in uw licht – zo: Licht op mijn weg

1e lezing: Exodus 24, 12-18
De HEER zei tegen Mozes: ‘Kom naar mij toe, de berg op, en wacht daar; dan zal ik je de stenen platen geven waarop ik de wetten en geboden heb geschreven om het volk te onderrichten.’ Samen met zijn dienaar Jozua ging Mozes de berg van God op. Tegen de oudsten zei hij: ‘Wacht hier tot wij terugkomen, Aäron en Chur blijven bij u. Mocht iemand een uitspraak in een geschil willen, dan kan hij zich tot hen wenden.’
Terwijl Mozes de berg op ging, werd deze overdekt door een wolk: de majesteit van de HEER rustte op de Sinai. Zes dagen lang bedekte de wolk de berg. Op de zevende dag riep de HEER Mozes vanuit de wolk. En terwijl de Israëlieten de majesteit van de HEER zagen, als een laaiend vuur op de top van de berg, ging Mozes de wolk binnen en klom hij verder omhoog. Veertig dagen en veertig nachten bleef hij op de berg.
Lied za: Hoort hoe God met mensen omgaat – zo: Van God is de aarde en die haar bewonen

2e lezing: Matteus 17, 1-9
Zes dagen later nam Jezus Petrus, Jakobus en diens broer Johannes met zich mee een hoge berg op, waar ze alleen waren.Voor hun ogen veranderde hij van gedaante, zijn gezicht straalde als de zon en zijn kleren werden wit als het licht. Plotseling verschenen aan hen Mozes en Elia, die met Jezus in gesprek waren.Petrus nam het woord en zei tegen Jezus: ‘Heer, het is goed dat wij hier zijn. Als u wilt zal ik hier drie tenten opslaan, een voor u, een voor Mozes en een voor Elia.’ Hij was nog niet uitgesproken, of de schaduw van een stralende wolk gleed over hen heen, en uit de wolk klonk een stem: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, in hem vind ik vreugde. Luister naar hem!’ Toen de leerlingen dit hoorden, wierpen ze zich neer en verborgen uit angst hun gezicht. Jezus kwam dichterbij, raakte hen aan en zei: ‘Sta op, jullie hoeven niet bang te zijn.’ Ze keken op en zagen niemand meer, Jezus was alleen.
Toen ze van de berg afdaalden, gebood Jezus hun: ‘Praat met niemand over wat jullie hebben gezien voordat de Mensenzoon uit de dood is opgewekt.’
Acclamatie: Kom trek naar een beter land

Overweging
Als ik naar onze 2 Schriftlezingen luister, hoor ik een hele lijst van dingen die me laten weten dat dit verhalen zijn met een boodschap. Mozes en Jezus gaan allebei een berg op: een heilige plek in de Schrift. Jezus neemt 3 vrienden mee: het getal van de waarheid en getuigenis. Mozes neemt 72 van de ouderen: het aantal volkeren op aarde, in zijn tijd. Er daalt een wolk neer, symbool voor de Heer, de Eeuwige. Er schittert van licht, het licht van de glorie van de Heer. Mozes blijft op de berg 40 dagen en 40 nachten; ook zo ’n belangrijk getal, zoals we vorige week gehoord hebben toen Jezus ook zolang in de woestijn bleef.
Dus een hoop aanwijzingen in deze verhalen. 2 grote momenten, waar de aanwezigheid van de Heer verwacht werd. Door de persoon van Mozes krijgt Israël een beschermer, een God, en Mozes is de aangewezen tussenpersoon. In het licht bovenop de berg spreekt hij met de Heer. Wonderbaarlijk; want meestal wordt de Heer onzichtbaar, onzienlijk op straf van dood. Maar hier is Mozes die met de Heer praat.
In de evangeliën wordt Jezus geschetst als zoon van God en zoon van mensen: de ideale tussenpersoon voor God en het volk. Boven op de berg schittert hij in het Licht, en wordt gepresenteerd met 2 tussenpersonen van vroeger. De verhaalverteller wil duidelijk maken dat Jezus dé tussenpersoon is voor deze tijd. Hij is het die het volk zal roepen om terug te keren en leven in het licht.
In onze christelijke traditie is Jezus nog steeds dé tussenpersoon voor velen. De Christus, de gezalfde aan wie wij onze naam van christenen ontlenen. Onze gemeenschap is naar hem genoemd: San Salvator, de redder, de verlosser.
Wij noemen onszelf een gemeenschap die open staat voor anderen, die eerlijk en rechtvaardig handelt, die inspiratie zoekt in de christelijke traditie en ook erbuiten. Kortom, een gemeenschap die leeft en wandelt in het Licht. Velen van ons zijn ‘maatschappelijk betrokken’ d.w.z. bezig met allerlei activiteiten om mensen te helpen en ondersteunen in onze samenleving. Wij krijgen inspiratie voor al dit werk door ons geloof, van onze vieringen hier, die ons voeden en kracht geven om aan anderen te denken. Onze wekelijkse bijeenkomsten hier zijn een belangrijk deel van ons leven. Hier ontmoeten we elkaar, in gesprek gaan met elkaar, hier kunnen we de Geest voelen die doet bewegen, hier putten wij moed en kracht om te leven in het licht.
Een buiten dit gebouw gaan we terug, ieder naar zijn of haar leven, activiteiten, familie en vrienden, zorgen en bezigheden. Waar is dán de verbinding tussen ons? Wat verbindt ons, buiten dit gebouw, deze vieringen?
2 jaar geleden hebben wij een droom gehad, die wij hebben omschreven in een document Visioen van Liefde. Vorig jaar hebben wij geprobeerd deze droom concreet, werkelijk te maken in 4 delen, die wij pijlers hebben genoemd, want op hen steunt onze droom, ons visioen.
Ik vermoed dat ook zoiets heeft Broeder Vladimir bewogen om doven in Malawi te helpen. Het begon met onderwijs en erkenning van de mens die, door slechthorendheid buitengesloten werd van de samenleving. En zijn werk heeft zich uitgebreid naar andere facetten van hetzelfde probleem, allemaal verbonden door nood en armoede.
Hij zag geen groot licht toen hij begon, er was geen gesprek met zichtbare God. Net zomin als bij ons Of is het beseffen dat die persoon naast mij een medemens is, is dit het licht zien? Is het in gesprek gaan met een medemens spreken met God? Zou deze medemens een tussenpersoon kunnen zijn, tussen God en mij?
Wij zijn een gemeenschap van mensen die een eigen leven leiden hierbuiten, en bij elkaar komen om dit leven te vieren. Uit onze ontmoeting hier krijgen wij kracht en inspiratie, moed en vertrouwen om verder te leven, leven in het licht.
Ik wil eindigen met een paar woorden van Martin Buber, een joodse filosoof: ‘Wanneer mensen om hulp vragen, zeg niet, “Geloof, en God zal je helpen.” Doe alsof God niet bestaat, alsof er maar een mens was die kon helpen, alleen jij.’
Geloofslied: Zo vriendelijk en veilig als het licht

Voorbede
Wij bidden voor allen die treuren om het verlies van een dierbare,
voor vertwijfelde mensen die honger en armoede aan den lijve ondervinden,
voor vluchtelingen die in grote onzekerheid verkeren over hun toekomst;
dat ze licht in hun duisternis mogen gaan zie.

Strek naar mij uit uw gedachten

Wij bidden voor allen die opkomen voor mensenrechten,
voor hen die regeringen aanspreken op hun verantwoordelijkheid,
voor hen die zich het lot aantrekken van ter dood veroordeelden;
dat hun licht niet wordt verduisterd.

Strek naar mij uit uw gedachten

Wij bidden voor onszelf,
voor allen die ziek zijn, voor alle overledenen

Tafelgebed
Hij die onze herder geworden is
Hij was de zoon van Jozef en Maria.
Is heel lang thuis geweest en leefde
tot plezier van iedereen, kind met de kinderen.
Later, wat ouder geworden is hij erop uitgetrokken
de wereld in, ver van huis
en leerde de problemen kennen van gewone mensen.
Hij sprak verstaanbare taal
woorden van bevrijding en bemoediging.
Overal waar hij kwam schoolden de mensen samen
als vissen om Hem heen.
Want in het donker van alledag was Hij een licht op hun weg
een lamp voor hun voeten een waaier van vuur.

Hij wist om te gaan met mensen die om hun beroep of gedrag
met de nek werden aangekeken
en steeds weer zei Hij:
jij mag er zijn, je doet voor niemand onder.
Hij kon het niet nalaten op zoek te gaan
naar mensen die ‘t moeilijk hadden: naar zieken,
naar de velen die met een handi¬cap door het leven moesten,
naar herders en vissers, arm en niet in tel
maar met een gouden hart en hij nam het voor hen op
tegen de wetgevers en prelaten van zijn tijd.

Hij was gek op kinderen.
Zie ze eens bezig, zei Hij, zij weten wat hemel is.
Het vuur van Gods goede geest springt nog uit hun ogen,
want ze komen ook maar net bij Hem vandaan.
Vaak ging Hij met zijn vrienden aan tafel
om te eten en te drinken.
Dan nam Hij brood, brak het, gaf iedereen een stukje
en ontroerd zocht Hij dan naar woorden en zei:
weet je wat leven is en wat geluk?

Tevreden zijn met die jijzelf bent niet meer, maar ook niet minder
delen met elkaar wat je hebt en wie je bent
dat is geluk!
Zo heb ik onder jullie geleefd mijn leven gedeeld met jou,
met jou en met iedereen.
Toen Hij, jong nog, was gestorven
kwamen zijn vrienden en steeds meer mensen bij elkaar.
Ze gingen aan tafel, deelden alles samen
werden stil en zeiden het Jezus na:

Dit brood is het leven samen gedeeld
dit brood zijn wij, een lichaam met Hem.
Zo doen wij dit uur, deze dag en wij vermoeden
dat Hij bestaat voor ons.
Een goede herder, een licht voor ons uit:
een waaier van vuur.
Hem gedenken wij daarom als een levende geliefde
en zijn woorden maken we tot de onze
als we samen bidden:
Onze Vader

Vredeswens za: Een schoot van ontferming – zo: Wat ik gewild heb
Communielied: Waar staat een gedekte tafel

Slotgedachte: Weeskinderen van Broeder. Henk van Heck, Malawi.
Weet je, in de omliggende dorpen is geen elektriciteit ,om zes uur is het donker, er is weinig ontspanning. Kinderen hebben weinig kans om kind te zijn, want ze moeten vaak uren lopen van huis naar school en terug.
Ze moeten hout sprokkelen, water halen, voor jongere broertjes en zusjes zorgen, als moeder ziek is. Er zijn hier in de omliggende dorpen meer dan duizend AIDS wezen, waarvoor de thuiszorg verantwoordelijk probeert te zijn. We proberen te zorgen , dat ze een uniform krijgen en naar school gaan. De wezen, die geselecteerd worden voor middelbaar onderwijs, hebben vaak erg veel moeite om schoolgeld te betalen. Er zijn te veel wezen, die na de lagere school , geen kans hebben op verder onderwijs. Ze zijn al een jaar of 17/18, en kunnen geen werk vinden. Er valt in die hutten weinig te poetsen, weet je. Ze vervelen zich, hangen wat rond,(hangjongeren) drinken te veel, kruipen de bush in, hebben seks en veel kans op AIDS .
We proberen deze jongens en meisjes naar Day Secondary Schools te sturen. Zo`n diploma stelt niet veel voor, maar er loopt minder besmette jeugd rond, want ze zijn vier jaar van de straat af. De thuiszorg probeert ook met hulp van de lokale instructeurs deze kinderen te leren hoe ze van klei potten kunnen maken en bakken, hoe ze manden , slaapmatten, deurmatten ,borstels en vegers kunnen maken van lokaal materiaal.
Weeshuizen zijn hier in het zuiden niet. Ik denk ook dat het beter is om deze kinderen te laten opgroeien binnen hun eigen clan. Het zijn vaak de grootmoeders ,die voor de tweede keer in de kleine kinderen zitten. Broers en zussen van de overledenen zijn bang om de zorg voor de weeskinderen op zich te nemen. Bang dat de geest van de gestorvene terug zal komen om een kind te halen. Die geest zou zich wel eens kunnen vergissen en een kind van broer of zus meenemen. Vandaar dat vlak voor de begrafenis de ‘tsiku lometa tsitsi” wordt bepaald. De dag dat alle leden van de familie zich kaal laten knippen om de geest in verwarring te brengen. Vorige week bezocht ik met een paar vrouwen van de thuiszorg een oud echtpaar dat voor dertien weeskinderen zorgt. Kinderen in de leeftijd variërend van 1 tot 10 jaar. Kinderen van twee families, waarvan beide ouders aan AIDS gestorven waren. De kinderen liepen er bij in todden en sliepen op en onder lege maiszakken. Ook hier gaan we iets aan doen. Het zijn vooral deze kinderen en grootouders, die vergeten worden en thuiszorg nodig hebben.
ZIKOMO KWAMBIRI en dat betekent meer dan alleen maar DANK VEEL.

Zegen en wegzending

Slotlied za: Een vader had een mooie droom – zo: Voordat ik bomen zag.

2 Reactie

  • Diny Heijmans-Ligtenberg
    Posted 16 maart 2014 11:19 pm 0Likes

    Een “Bloemetje van de week” werd bij mij thuis gebracht door John Parker. Dit omdat ik vanaf de oprichting (14 maart 1995) tot nu toe een lid van de Oecumenische Werkgroep Noord ben geweest. Deze Werkgroep bestond uit: Wim en Jet Zwanikken, John Parker, Berend Boersma, Lies Hummelman, Alegonda Mehlbaum, Jan Lobbezoo, en Diny Heijmans. Het is genoeg geweest. Jongeren moeten mijn plaats maar innemen!!! Hartelijk bedankt voor het bloemetje.

  • Toos Verdonk
    Posted 2 april 2014 4:28 pm 0Likes

    Het bloemetje was terecht, Diny! En ook als ‘rustend’ lid van de SSiB zal ik je graag ontmoeten!

Plaats een reactie