Skip to content Skip to sidebar Skip to footer

Sans Salvatorgemeenschap 22 – 23 aug 2015
Thema: Berekenen of betekenen
Voorganger: Erick Mickers
Muzikale ondersteuning: Marcel van der Maeden en Cor Rademaker

Openingslied: De vreugde voert ons naar dit huis

Welkom
Van harte welkom allemaal, van waar u ook komt, wie u ook bent, voor de eerste keer hier, of al zeer vertrouwd,
weet u welkom in dit huis van zorg en nabijheid, dit huis van vrede en verbondenheid. Hier komen wij samen in naam van de liefde; in Godsnaam, in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest.

Openingswoord
Je welkom weten is helaas niet meer zo vanzelfsprekend.
Je moet tegenwoordig wel op je tellen passen, want voordat je het weet tel je niet meer mee.
Er wordt door verzekeringskantoren druk geteld hoeveel het gemiddeld extra kost dat een mens een jaar extra leeft. En elk jaar wordt beslist welke behandeling op welke leeftijd nog wordt vergoed. Het leven van een verstandelijke beperkte mens wordt uitgedrukt in kosten per jaar. Prenatale testen die elke moeder wordt aangeboden zorgen ervoor dat er 15 – 30 % minder verstandelijke beperkte mensen worden geboren. Er worden prognoses gemaakt op het stijgende aantal dementerende mensen en de daarbij behorende kosten om daar beleid op te maken. Een kosten-batenanalyse is gemaakt om te kijken of het rendabel is om voortijdige schoolverlaters op te vangen en te ondersteunen, of ze aan hun lot over te laten. Kosten voor asielzoekers en de invloed op de economie van het toelaten van vluchtelingen worden berekend. Alles wordt geteld, berekend, gewogen en gemeten. Want meten is weten. Op basis van getallen worden besluiten genomen en vertaald in beleid. Met meten is weten zijn al veel onnodige of geldverslindende acties voorkomen. Meten is weten, maar wat weten we dan eigenlijk?
Tellen is al zo oud als de mensheid. Je ziet het ook terug in de Bijbel. Sterker nog, de Bijbel maakt gebruikt van getallen om ons op een ander spoor te zetten, verder te kijken dan de cijfers alleen en ook te kijken naar de waarden achter het getal. Het gaat niet om het berekenen, maar om wat de cijfers betekenen. Het gaat daarbij naast het tellen ook om wat het verhaal ons vertelt.
Het verhaal van vandaag is alom bekend. Het gaat over zeven broden en wat visjes, dat meer dan genoeg is voor vierduizend mensen. Mogen we er met nieuwe ogen naar kijken en met nieuwe oren naar luisteren, met een open geest en een open hart.
Laten we daarvoor de stilte in gaan en samen bidden.

Gebed
In de stilte klinkt zacht jouw naam: ik ben er,
bron van hoop, bron van verzoening,
bron van leven.
In ons mensen stroomt zacht jouw kracht,
ik zal er zijn, om niet, puur, liefde.
In ons hart roept zacht jouw stem,
sta op, breek, dank, deel.
Druk zo jouw zegel op onze ziel
en leef in mij.
Acclamatie: Neem mij aan zoals ik ben

Inleiding op de lezingen
Twee verhalen over brood. Wat de profeet Elisa deed, doet Jezus in overtreffende trap nog eens over. Tot twee keer toe zelfs.

1e lezing: 2 koningen 4,42-44
Op een dag kwam er iemand uit Baäl-Salisa. In zijn tas bracht hij voor de man van God van de eerstelingen van de oogst twintig gerstebroden en wat vers koren mee. Elisa zei: ‘Geef de mannen maar te eten.’ Zijn dienaar antwoordde: ‘Hoe kan ik dat nu voorzetten aan honderd man?’ Maar hij herhaalde: ‘Geef het de mannen te eten. Want zo spreekt de HEER: “Zij zullen eten en overhouden.” Nu zette hij het de mannen voor. Zij aten en hielden nog over, zoals de HEER gezegd had.
Lied: tijd van vloek en tijd van zegen

2e lezing: Marcus 8,1-21
In die tijd waren er weer veel mensen bijeen en ze hadden niets te eten. Hij riep zijn leerlingen bij zich en zei tegen hen: ‘Ik heb te doen met deze mensen: ze zijn al drie dagen bij Me en hebben niets te eten. En als Ik ze met een lege maag naar huis stuur, zullen ze onderweg bezwijken. Bovendien komen sommigen van ver.’ En zijn leerlingen antwoordden Hem: ‘Waar haal je hier in deze eenzame streek genoeg brood vandaan om deze mensen te eten te geven?’ Hij vroeg hun: ‘Hoeveel broden hebben jullie?’ Ze zeiden: ‘Zeven.’ Hij vroeg de menigte om op de grond te gaan zitten. Hij nam de zeven broden, sprak het dankgebed uit, brak ze en gaf ze aan zijn leerlingen om ze uit te delen; en ze deelden ze uit aan de menigte. Ze hadden ook een paar visjes. Hij sprak er de zegenbede over uit en vroeg hun ook die uit te delen. Ze hadden volop te eten en ze haalden zeven manden op met brokken die over waren. Er waren zo’n vierduizend mensen. Hij stuurde ze weg. Meteen stapte Hij met zijn leerlingen in de boot en ging naar het gebied van Dalmanuta.
De farizeeën liepen uit en gingen met Hem in discussie. Ze vroegen van Hem een teken uit de hemel, om Hem op de proef te stellen. Hij zuchtte hartgrondig en zei: ‘Deze mensen verlangen een teken? Ik verzeker u: aan deze mensen wordt beslist geen teken gegeven!’ Hij liet hen staan, ging weer aan boord en vertrok naar de overkant. Ze hadden vergeten brood mee te nemen, en ze hadden maar één brood bij zich in de boot. Hij waarschuwde hen met de woorden: ‘Kijk uit en pas op voor de zuurdesem van de farizeeën en voor de zuurdesem van Herodes.’ Ze praatten er onder elkaar over dat ze geen brood hadden. Toen Hij dat merkte, zei Hij: ‘Waarom praten jullie erover dat je geen brood hebt? Begrijpen en verstaan jullie het nog niet? Is jullie hart versteend? Jullie hebben toch ogen, zie je dan niet? Jullie hebben toch oren, hoor je dan niet? Herinneren jullie je dan niet hoeveel volle korven met brokken je hebt opgehaald toen Ik die vijf broden gebroken heb voor de vijfduizend?’ Ze zeiden Hem: ‘Twaalf.’ ‘En hoeveel manden vol met brokken je hebt opgehaald toen met die zeven broden voor de vierduizend?’ Ze zeiden Hem: ‘Zeven.’ Hij zei tegen hen: ‘En jullie begrijpen het nog niet?’
Acclamatie: Vijf broden en twee vissen

Overweging
Even een kleine les in broodbakken:
Niet het brood dat wij nu kennen, met bakkersgist, waardoor het deeg gaat rijzen. Nee, het brood uit Jezus’ tijd, dat we nu biologisch brood zouden noemen. Zuurdesembrood. Om zuurdesembrood te maken hebben we zuurdesem nodig.
We nemen 50 gram meel, bloem en 50 gram water; roeren dat flink door, zodat alle klonten weg zijn en doen dat in een schone kom, met een kleedje erover en zetten het warm weg.
De bacteriën en gisten in het meel zelf, zorgen dat er een proces van verzuring en vergisting ontstaat. De volgende dag doen we het zelfde en mengen het zuurdesem van de eerste dag er bij. Zo ook de tweede dag en de derde dag en de vierde dag. Het verkleurt gaandeweg, het wordt zuur en het rijst ook een beetje. Op de zevende dag, herhalen we dat nog eens. We halen 100 gram van het zuurdesem eraf, en bewaren dat voor het volgend brood. De rest laten we gisten en bakken dat als platte broden af.
Als je het zorgvuldig behandeld en je zorgt voor een goed milieu, dat wil zeggen een goede temperatuur en zuivere omgeving dan kun je vanuit dat moederdeeg telkens nieuwe zuurdesembroden bakken. Dat milieu is wel belangrijk, want als het moederdeeg eenmaal is verontreinigd, dan werk je dat door alle broden heen. En voordat je het weet, eet je geen voedzaam brood, maar ziekmakend brood.
Terug naar Jezus en Elisa.
Twee mensen die doordesemd zijn van het goede, die begaan en betrokken zijn met het wel en wee van de ander. Mensen van God worden zij genoemd. Mannen die niet bezig zijn met zichzelf, maar zich het lot van anderen aantrekken. Elisa ontvangt twintig broden. Wat zijn nou 20 broden voor 100 man?
Niet zeuren, aanpakken en doorgeven. Elisa weet waar het omgaat, die mannen hebben het nodig. Niet beredeneerd, maar vanuit het hart handelt hij.
De getallen 20 en 100 staan er niet om te berekenen, maar om wat zij betekenen.
Volgens de Joodse kabbala, een bepaalde leer- en leeswijze, staat het getal 20 in het Hebreeuws voor open handen en handelen. En het getal 100 verwijst naar een andere werkelijkheid, een hemels tafereel dat zichtbaar nabij is. Niet treuzelen dus, handen uit de mouwen, werken aan de hemel op aarde.
Ook Jezus is werkelijk begaan met de mensen die naar hem zijn komen luisteren. Het lijkt of ze niet genoeg van hem krijgen. Hij kan ze na drie dagen toch niet met een lege maag naar huis sturen. Voedsel voor de geest is toch wat anders dan het voedsel voor de maag. Het ene brood voor onderweg, is het andere niet. Het geestelijke alsook het lichamelijke zijn beiden onderdeel van het goede leven. ¨Kijk eens wat we hebben,¨ zegt Hij, ¨ en deel dat uit.
Nee, niet eerst een haalbaarheidsonderzoek, tegen die tijd dat dat klaar is de redding niet meer nodig. Laten we wel even de tijd nemen om te gaan zitten en dank uit te spreken, voor datgene wat er is. Ook over die paar visjes. Het lijkt onbeduidend, maar dat zijn ze zeker niet. Alles telt¨.
En zo wordt wat nog niet gedeeld was, verbonden tot een gedeelde eenheid. Er lijkt een deur te zijn geopend voor duizenden mensen, om te doen wat hij deed.
Het getal zeven staat voor rust, om bijeen te brengen wat nog verdeeld was. En de vier van vierduizend staat voor deur, de deur naar een andere werkelijkheid voor duizenden mensen, een goddelijke werkelijkheid.
De leerlingen brengen ons weer terug naar die aardse werkelijkheid. Zijn ze in de haast vergeten brood mee te nemen, en denken dan met dat ene brood niet uit te komen. Sterker nog, dat ene brood is niets in hun ogen. En zo zijn ze alleen maar met zichzelf bezig en hebben niet in de gaten wat er ondertussen tussen Jezus en de farizeeërs gebeurt.
Jezus ergert zich aan de vraag en het gedrag van de farizeeën. Of hij even wil laten zien dat zijn handelen wel gerechtvaardigd is. Of hij even wil bewijzen dat zijn werken, goede werken zijn. De farizeeën hebben het wel gehoord van anderen, maar ze hebben het nog niet aan den lijve ervaren. Of hij ze even een teken uit de hemel wil geven! Dat ze het toch uitzoeken. . . Hen een teken geven. Als hen een teken wordt gegeven, dan nog zullen ze het niet zien. Zoals zij kijken en zoals zij luisteren, zullen ze nooit een teken zien of horen. Hun kijken en luisteren is zo verdorven, daar helpt niets tegen. En zo moppert Jezus naar de boot en zegt dan: ¨Kijk uit voor het zuurdesem van de farizeeën en het zuurdesem van Herodes. Voor je het weet is hun manier van kijken en luisteren al door gedrongen in je eigen bestaan, en is je blik vertroebeld en je gehoor beschadigd. Zijn waarschuwing was aan dovemans oren gericht. Zijn leerlingen waren nog niet voldoende doordrongen van het zuurdesem dat Jezus hen voorhield. Dat zuurdesem dat telkens vertrekt uit dat oerdesem, niet verontreinigt, puur, dat zijn groei ontleent door te verbinden en te delen. Puur jezelf zijn, maar niet met jezelf bezig zijn.
Hoe anders is het milieu van de farizeeën en Herodes. Daar gaat het niet zo zeer om het belang van de ander, maar om eigen belang. Daar wordt niet gezien wat je kunt betekenen voor de ander, maar daar wordt berekend wat het betekent voor jou. Daar telt niet de ervaring van anderen, maar daar worden bewijzen gevraagd. Daar is geen ruimte voor creatieve inbreng, maar daar moet het gebeuren volgens de regels. Daar spreekt niet het hart, maar het calculerend brein. Daar geef je niet van je wat je hebt, maar daar bekijk je eerst wat je overhoudt.
Door Jezus komt alles in een ander licht te staan. Niet de uitkomst staat centraal, maar de beginvraag. Niet hoe je het kunt berekenen, maar wat hij kan betekenen. Niet de argumenten zijn doorslaggevend, maar het vertrouwen.
Het wonder van het verhaal van de broodvermenigvuldiging is niet te vinden in de uitkomst, maar is te vinden in het begin. In het begaan zijn met mensen. In het zien wat je wel hebt. In het danken, breken en het delen met iedereen, mensen van dichtbij en van ver weg. Daar zit het wonder. Ach, en de uitkomst is meer dan je zou vermoeden.
Hoe zou het zijn als wij zelf van dit zuurdesem doordrongen waren?
Persoonlijk ervaar ik nu hoe wij in ons dagelijkse bestaan doordrongen zijn van een ziekmakend zuurdesem. In mijn werk als geestelijk verzorger bij verstandelijk beperkte mensen wordt me gevraagd of ik wetenschappelijk kan bewijzen dat mijn contact met mensen van meerwaarde is. Hoeveel uren ik per persoon besteed aan persoonlijke aandacht, aan rapportage en overleg met collega´s. Welke bezigheden ook door anderen gedaan kunnen worden of waar ik kan door verwijzen naar de samenleving. Mensen met een te klein zorgbudget behoren niet bij mijn werkveld en mag ik in de toekomst niet meer ondersteunen. Een aantal maanden ben ik er in mee gegaan. Eigen belang is mij niet vreemd. Maar het zuurdesem beviel me niet. Durf ik met het zuurdesem van Jezus een eigen weg te gaan in een organisatie die geleid wordt volgens calculatie en berekening? Om me te verantwoorden, tel ik tegenwoordig geen cijfers, maar vertel ik in verhalen. Niet, wat moet ik rekenen, maar wat kan ik betekenen blijft gelden. Niet de uitkomst, niet de calculatie, maar de beginvraag telt.

Niet de uitkomst, niet de berekening telt, maar de beginvraag telt.
Die telt voor de vluchteling.
Die telt voor de dolende jongere.
Die telt voor de eenzame mens.
Die telt voor het milieu.
Die telt voor… alles en iedereen die op ons pad komt.
De beginvraag: wat ik kan voor jou betekenen?

Ik zie zoveel mensen die met het juiste zuurdesem zijn doorkneed. Binnen de zorgwereld, de scholen, maatschappelijk werk, milieubewegingen, onder jongeren, ouderen, bij christenen, moslims, humanisten….
Als christen wordt ons telkens gevraagd: Met welk zuurdesem zijn wij doorkneed? Durven wij te vertrouwen op hetgene ons is meegegeven en durven wij daarvan te delen? Durven wij te werken aan het wonder, ongeacht wat de uitkomst is? Gaan we werken aan een samenleving waar mensen iets voor elkaar willen betekenen, Gods’ koninkrijk? Dichtbij huis en wereldwijd?
Gaan wij voor wat werkelijk van waarde is? Voor de mens en zijn of haar menswaardigheid? De wonderen zijn nog lang niet de wereld uit. Laten we ons vertrouwen uitzingen,
dat het licht ons aanstoot om waardig in het leven te kunnen staan.
Geloofslied: Licht dat ons aanstoot

De tafel wordt klaargemaakt
Er klinkt muziek

Voorbede
Jezus laat ons zien, hoe wij brood kunnen zijn voor elkaar,
voor elkaar kunnen zorgen.
In zijn geest bidden wij:

Om verzoening tussen mensen,
in gezinnen en tussen buren,
in de kerk en tussen religies,
in de samenleving en tussen volkeren.
Dat verzoening tot verbondenheid leidt.

Keer U om naar ons toe, keer ons toe naar elkaar

Om hartelijkheid tussen mensen,
in het werk en op straat,
in de sport en in verenigingen,
in de politiek en het bedrijfsleven.
Dat hartelijkheid tot betrokkenheid leidt.

Keer U om naar ons toe, keer ons toe naar elkaar

Om waardering voor de mens die werkt aan
vrede en veiligheid,
gezondheid en rechtvaardigheid,
scholing en het milieu.
Dat waardering tot erkenning leidt.

Keer U om naar ons toe, keer ons toe naar elkaar

Om bemoediging tussen mensen
op plekken van ontmoeting en inspiratie,
in kloosters van hoop en gastvrijheid,
thuis of ergens onverwacht.
Dat bemoediging tot nieuw leven leidt.

Keer U om naar ons toe, keer ons toe naar elkaar

Tot Jou keren wij ons met onze vragen en onze wanhoop,
met onze dank en onze hoop,
ontvang onze gebeden,
geschreven in dit intentieboek,
wees aanwezig
voor hen die ziek zijn, psychisch of lichamelijk,
voor hen die lijden onder het alleen-zijn of
die door een eenzaam proces van pijn of verdriet moeten gaan,
voor hen die moeten leven met het gemis van hun dierbare,
van wie wij vandaag enekel namen noemen:
Laat in jouw licht, het licht van onze dierbare voelbaar aanwezig zijn.

Tafelgebed
Wij prijzen Jou, God, levende stroom  die ons leven doet.
Jij bent de bron van al wat leeft.
Onze Vader, onze moeder ben Je.
Zo koester Je ons mensen uit aarde gemaakt
kwetsbaar als het gras en de bloemen op het veld.
Jij houdt ons de hand boven het hoofd
als een boom die ons beschaduwt.

Kom over ons met uw geest

Wij danken Je, God om het vertrouwen
dat Je aan ons schenkt,
jouw trouw waarop wij kunnen bouwen.
Ieder van ons is Jou oneindig lief  en toch denken wij
vooral  aan Jouw beeld ten voeten uit, Jezus van Nazaret,
levensboom en levend water
waarmee wij ons verbonden voelen
als ranken aan de wijnstok,
als bladeren van een boom.
Als wij zijn wegen gaan geef Jij ons levenskracht
om mens te worden naar Jouw beeld
en kunnen ook wij liefde geven
als uit een bron van stromend water  die nooit opdroogt.

Kom over ons met uw geest

Zijn woord en daad werd levend water
bron van overvloed aan moed en geloof.
Een onbekend land van vertrouwen
bloeit er van open: mensen vinden elkaar
zingen elkaar een nieuwe toekomst tegemoet.
Zij delen er brood en wijn en meer dan dat.

Zo was zijn gebaar,
waarin heel zijn leven samenstroomde,
toen hij op die laatste avond
brood nam, het brak
en aan zijn vrienden uitdeelde
met de woorden: Neemt en eet:
zo blijf ik onder jullie als gebroken brood
dat wordt gedeeld tot geluk van jou en jou en jou.

Ook de beker liet hij rondgaan en zei:
Dit is mijn bloedeigen leven.
Blijft met mij en met elkaar verbonden
om samen een nieuw begin te maken.

Zo gedenken wij zijn dood en opstaan
als de levende in ons midden overal en elke keer
waar twee of drie in zijn naam bijeen zijn
en hun leven willen delen.
In verbondenheid met hem, gedenken wij Jou,
de grond onder onze voeten.

Kom over ons met uw geest

Gezegend en geloofd, Jij goede Geest
die ons doordringt, om te breken en te delen,
om te leven in de geest van Jezus,
in zijn geest op te staan en opnieuw te beginnen.
In zijn geest willen wij bidden,
met de woorden die Hij ons gegeven heeft:
Onze Vader

Vredeswens
Draai het maar om, zegt Jezus. Niet de uitkomst is belangrijk, maar het begin is van belang. Vrede is geen doel, vrede is het begin. Begin maar gewoon.
Vrede en alle goeds.
Vredeslied: Maak mij tot een bedding van uw vrede

Van harte uitgenodigd aan de tafel van brood en wijn
Kijk, zegt Jezus, dit brood is levend brood,
het brengt mensen tot leven,
niet door het voor mezelf te houden,
maar door het te delen.
Door dit brood te delen, deel je ook mij,
deel je mijn liefde voor elke mens.
Doe zoals ik, deel van jezelf,
om te delen van de liefde in elkaar.
Open je hand en je hart, en ontvangt en wordt,
brood van leven, wijn van liefde.
Lied: vijf broden en twee vissen

Gebed

Mededelingen

Slotgedachte: Meten is weten
Een bakker kreeg boter van een boer en de boer brood van de bakker. Na een tijd viel het de bakker op
dat de stukken boter van de boer, die anderhalve kilo zouden moeten wegen, steeds lichter werden. Zijn weegschaal gaf hem gelijk.
Daarom klaagde hij de boer aan bij de rechter. “uw stukken boter hebben niet het juiste gewicht,”
De rechter zei tegen de boer, “Dit stuk zou anderhalve kilo moeten wegen, maar het weegt veel minder.”
“Dat is uitgesloten, mijnheer de rechter”, zei de boer, ‘Ik heb het elke keer nagewogen.’
“Misschien kloppen uw gewichten niet,” meende de rechter.
”Hoezo gewichten?”, vroeg de boer stomverbaasd. “Ik heb helemaal geen gewichten.
”Maar waar weegt u dan mee als u geen gewichten heeft?” vroeg de rechter.
“Heel eenvoudig”, zei de boer, “Ik krijg mijn brood van de bakker en hij krijgt boter van mij. Een brood weegt anderhalve kilo, dus leg ik mijn boter links op de weegschaal en een brood rechts en zo weeg ik dat af.”

Zegenwens
Waarmee maar weer eens bewezen is, dat meten toch niet altijd weten is.

Laat ons maar gaan,
ieder zijn of haar eigen weg,
in het vertrouwen op Gods’ nabijheid,
in ons en met ons,
opdat we elkaar tot zegen zijn in zijn naam,
de Vader, de Zoon en de heilige Geest.
Amen

Basisrecept voor hartelijk brood

Dag 1
Neem 1 deel mens-zijn en 1 deel liefde
Voeg dit bij elkaar en vermeng dit tot een homogene eenheid.
Bewaar dit bij je, geef het warmte en op tijd wat aandacht.

Dag 2

Neem 1 deel mens-zijn en 1 deel liefde
Voeg dit bij elkaar en vermeng dit, samen met de hoeveelheid van dag 1, tot een homogene eenheid.
Bewaar dit bij je, geef het warmte en op tijd wat aandacht.

Dag 3
Neem 1 deel mens-zijn en 1 deel liefde
Voeg dit bij elkaar en vermeng dit, samen met de hoeveelheid van dag 1 en 2, tot een homogene eenheid.
Bewaar dit bij je, geef het warmte en op tijd wat aandacht.

Dag 4
Neem 1 deel mens-zijn en 1 deel liefde
Voeg dit bij elkaar en vermeng dit, samen met de hoeveelheid van dag 1, 2 en 3, tot een homogene eenheid.
Bewaar dit bij je, geef het warmte en op tijd wat aandacht.

Dag 5
Neem 1 deel mens-zijn en 1 deel liefde
Voeg dit bij elkaar en vermeng dit, samen met de hoeveelheid van dag 1, 2, 3 en 4 tot een homogene eenheid.
Bewaar dit bij je, geef het warmte en op tijd wat aandacht.

Dag 6
Neem 1 deel mens-zijn en 1 deel liefde
Voeg dit bij elkaar en vermeng dit, samen met de hoeveelheid van dag 1 t/m 5 tot een homogene eenheid.
Bewaar dit bij je, geef het warmte en op tijd wat aandacht.

Dag 7
Neem 1 deel menszijn en 1 deel liefde
Voeg dit bij elkaar en vermeng dit, samen met de hoeveelheid van dag 1 t/m 6, tot een homogene eenheid.
Neem een zevende deel af van het totaal,
de rest bewaar je bij je op een warme plek en gebruik je als basis voor de nieuwe dag.

Open je hart en vul deze met een zevende deel liefdevol menszijn,
voeg daar nog wat humor aan toe, en serveer het met een stralende lach uit op 37 graden.

Herhaal het recept van dag 7 op dag 1, 2, 3, 4, 5, 6, ……………

Geniet van de maaltijd en van elkaar!

Met een warme groet,
Erick Mickers
Pastor San Salvator Gemeenschap

Plaats een reactie