DE TOEKOMST IN
Oudejaarsvesper San Salvatorgemeenschap 31 december 2019
Openingslied: Vanwaar zijt Gij gekomen
Welkom en inleiding
Van harte welkom aan iedereen op deze laatste avond van 2019, hier in onze vertrouwde ruimte. Een bijzondere avond, waar mensen elkaar treffen, om te herdenken, om vooruit te kijken, om samen te zijn in vrede, geborgenheid, warmte en vriendschap. Vieren heet dit.
Wij komen hier bij elkaar om te vieren. Een bijzondere avond vraagt om een bijzondere viering. Een avondviering, een viering van woord en gezang, van stilte, reflectie en gebed.
Liesbeth van Leijen, Toon van Mierlo gaan mee voor in deze viering, en ook Melodiek dat een groot deel van deze viering zal ondersteunen en opluisteren.
Deze avond wordt getekend door licht in allerlei kleuren en vormen. Voor ons zal het licht eenvoudig zijn; het licht van een kaars, de kaars die brandt als onze geloofsgemeenschap bij elkaar komt. De kaars die voor ons een teken van leven is, het niet te doven licht van de Eeuwige die onder ons en in ons aanwezig is.
Aansteken van de Paaskaars
Acclamatie: 137 Zuivere vlam
Toen de mensen eenmaal groot waren en almachtig, na lang wachten, vonden zij God, ergens verkleumd in het donker op de grond. Zo, zo God, zeiden ze, u hier…. Zij schudden hun hoofd. Maar niet lang daarna strooiden zij brood, zetten schoteltjes wijn voor hem neer en zagen hoe hij aarzelend dichterbij kwam, en heel voorzichtig, met één vinger, raakten zij hem aan.
(Toon Tellegen)
Lied: Kom tot ons
Lied: Once in Royal David’s city
Dit is de tijd. je mag zeven keer raden,
zeven maal zeventig keer heb je tijd
om gissend en missend,
door schande en schade wijs,
te ontkomen aan de kwade droom
van de wenteltrap eeuwigheid.
Dit is de tijd, de tijd om te zorgen,
zorgende staan met je rug naar het vuur,
bloot aan de dood, in het leven geborgen,
lezen de schaduw van morgen
spelender-, spelenderwijs op de muur,
Dit is de tijd. God zelf staat zonder
zich te verroeren andersom.
Dit is de tijd. Er gebeurt geen wonder,
maar Hij telt langzaam van één tot honderd,
tot honderdtien… en dan: ‘Ik kom.’
(Jan Wit)
Lied: Nu zijt wellekome
Lied: Down in yon forest (a capella)
Schriftlezing: Lied van de dienstknecht – H. Oosterhuis: Gezongen Liedboek pg. 486
Het volk dat tast in het duister
dat woont in schaduw van dood,
groot licht zal het aanschouwen.
Hij doet ons lachen en juichen
Als in het uur van de oogst.
Het slavenjuk op onze schouder
breekt Hij aan stukken, dat uur.
De stokken van onze drijvers,
de laarzen die ons trapten
zullen vergaan in het vuur.
Zoontje uit ons geboren
Onze vader word jij.
Wij noemen je ‘vredekoning’,
jij zal op je schouders dragen
gerechtigheids heerschappij.
Jij spreekt geen list en leugen,
je streelt het gekrookte riet,
je koestert de kwijnende vlaspit –
koningen zullen jou duchten,
kinderen vrezen je niet.
Mijn dienstknecht, mijn geliefde,
heeft hij tot jou gezegd.
Jij grondvest recht op aarde.
Hij heeft jouw hand genomen,
zijn geest op jou gelegd.
Verlicht de blinde ogen.
Breek door muren heen.
En die daar zitten gevangen
in hun donkere kerker:
Bevrijd ze één voor één.
Beklim de hoogste bergen
Jonkvrouwe Jeruzalem –
Sion, geluksheraute,
roep het over de wereld
met je genade-stem:
Dat nu komst nieuw leven
omdat het komen moet:
dat Hij ons komt bevrijden
en leidt naar levend water
zoals een herder doet.
Dan zal je zien gebeuren
wat nog nooit voorkwam:
een panter zal zich vlijen
tussen twee geitebokjes,
de wolf ligt bij het lam.
En zoals de zeebodem
met water is bedekt,
zo zal van zuid- tot noordpool
het aangezicht der aarde
met vrede zijn bedekt.
Daar klinkt het ‘staakt het vuren’,
de oorlog is niet meer.
Vijanden worden weer buren
geen vrouw hoeft nog te vrezen
geen kind zal sterven meer.
Kom haastig nieuw getijde,
ontwaak uit duisternis.
Wij zullen ons verblijden
verbaasd dat zoveel lijden
voorgoed geleden is.
Lied: Het licht keert nu de duisternis
Lied: All my heart
Voorbede:
Voor onze wereld, die zoveel te verduren heeft.
Dat er mensen zijn die haar behoeden.
Voor onze wereld waar het geweld hoogtij viert.
Dat er mensen zijn die het tij doen keren.
Dat wij die mensen zijn.
Voor onze wereld die haar evenwicht dreigt te verliezen.
Dat er mensen zijn die haar weer in balans brengen.
Dat wij die mensen zijn.
Acclamatie: God gekomen uit den hoge….
Voor hen die vastgelopen zijn.
Dat er mensen zijn die hen weer vlot trekken.
Dat wij die mensen zijn.
Voor hen die moedeloos raken
Dat er mensen zijn die hen overeind houden.
Dat wij die mensen zijn.
Voor hen die steeds opnieuw goed doen,
Die krachten inspiratie vinden om vol te houden.
dat wij die mensen zijn.
Acclamatie: God gekomen uit den hoge
Voor onszelf bidden wij.
Voor wat ons verontrust.
Voor wat ons verdrietig maakt.
Dat het ten goede keert.
Voor wat ons blij en gelukkig maakt.
Voor onze hoop en ons verlangen.
Dat het waar blijft en werkelijkheid wordt.
Voor wie wij missen en voor wie wij liefhebben.
Dat zij een plaats vinden in ons leven.
Acclamatie: Die Gij geteld hebt, die Gij ken bij name
Besluit:
Ik zal gaan
o met genoegen zal ik gaan
met diepe vreugde en trompetgeschal
ik zal gaan
Als jij roept zal ik gaan
mijn werk, mijn eten en mijn handen
zal ik laten staan
als jij roept zal ik gaan
Als jij roept in de morgen
in de middag in de avond
in mijn dromen in mijn waken
als jij roept zal ik gaan
Ik zal gaan
al breken ze mijn benen
al moet ik kreupel gaan
engelen binden dan mijn wagen
vleugels aan
Ik zal gaan
Lied: Door goede machten
Zegen en wegzending
Ga in vrede,
met zachtmoedigheid,
door het geweld van onze wereld. (deze dagen)
Geef ruimhartig.
Wees liefdevol
bij alles wat je doet.
Laat in het duister,
in woelige tijden,
heiligheid je doel zijn.
Zoek wijsheid.
Laat trouw
branden als een vuur.
Moge Gods zegen op jouw pad zijn!
Laat God je leiden,
je in Zijn hart geborgen houden.
Dat liefde je vindt.
Wees rechtvaardig.
Spreek de waarheid
in een wereld van hebzucht en leugen.
Toon vriendelijkheid.
Bekijk iedereen met de ogen van de hemel.
Moge God je vasthouden,
je omarmen,
je in Zijn Hart geborgen houden.
Dat Zijn liefde jou vindt
in het nieuwe jaar.
Zo zegene ons de algoede God, Vader, Zoon en Heilige Geest.
Slotlied: Leven is van zeven dagen