San Salvatorgemeenschap 20 – 21 april 2013
Thema: De waarheid; een eeuwig dilemma.
Voorganger: Ed Andriessen
Muzikale ondersteuning: de Cantorij
Openingslied: Dit huis is een huis.
Welkom en inleiding
Welkom allemaal, ik ga er zonder meer van uit dat we allemaal wel eens worstelen met de waarheid. De naakte waarheid, de gedeeltelijke waarheid, de verhulde waarheid, de aangeklede waarheid, de onwaarheid en ga zo maar door.
En laten we elkaar niet wijsmaken dat we altijd de waarheid vertellen en misschien is dat maar goed ook. Bij veel wat we doen of zeggen speelt zich in onszelf een interessant dilemma af. Hoe eerlijk wil ik zijn? Hoe eerlijk kan ik zijn? Hoe eerlijk mag ik zijn? Is mijn waarheid ook die van de ander? Bovendien kunnen we ons afvragen hoe rekbaar eerlijkheid is als eigenbelang daarbij om de hoek komt kijken?
De evangelielezing van vandaag heeft mij geïnspireerd tot nadenken over dit thema. En –eerlijk gezegd- het was geen gemakkelijk proces. Toch hoop ik dat mijn geworstel ons allemaal uitnodigt tot nadenken over iets wat vanzelfsprekender lijkt dan het in werkelijkheid is. Misschien is het een troost om te weten dat Jezus van Nazareth ons in dat proces is voorgegaan.
De waarheid; een eeuwig dilemma.
Openingsgebed (Laten we ons even de tijd gunnen om tot rust te komen en aansluitend psalm 43 bidden, in de hertaling van Huub Oosterhuis)
Ben jij God, doe mij recht dan.
Ja, de leugen regeert wél: zwendelaars hebben de macht.
Jij was mijn god, mijn baken en burcht.
Mag ik jou niet meer binnen?
Daarom loop ik er haveloos bij gekweld en vernederd.
Stuur naar mij toe lichtgevende voeten
dat die mij voorgaan tot waar Gij zijt.
Dat mijn ziel niet wegkruipt.
Dat Gij mijn gezicht bevrijdt.
Mij wikt en zegt ja.
Lied za: Onhoorbaar, onzichtbaar – zo: Jij, oorsprong.
Eerste lezing Parabel en waarheid
Een rabbi die met geleerdheid en vernuft veel roem had vergaard, werd eens door een van zijn leerlingen gevraagd waarom hij de waarheid zo vaak met een vertelling omhulde. “Dat kan ik het best uitleggen met een vertelling,” zei hij.
“Eens was er een tijd dat de Waarheid zich zonder verhulling onder de mensen bewoog; zijn naam was alles wat hij droeg. Maar allen die de Waarheid ontmoetten, wenden zich van hem af, uit vrees of uit schaamte. Niemand heette hem welkom. Zo zwierf de Waarheid door de wereld, verstoten en door geen mens bemind. Op een zekere dag ontmoette hij Parabel, die blijmoedig voorbij wandelde, gekleed in de prachtigste gewaden. “Waarheid, hoe komt het dat je zo verdrietig kijkt?” vroeg Parabel. “Doordat ik zo oud ben, dat alle mensen mij mijden,” antwoordde Waarheid. “Onzin,” zei Parabel lachend. “Dat is de reden niet waarom mensen je uit de weg gaan. Hier, leen wat van mijn kleding en kijk dan eens wat er gebeurt. ”En zo trok Waarheid enkele van Parabels fraaie kleren aan en zie: overal waar hij kwam werd hij met open armen ontvangen.
De rabbi glimlachte en zei: “Want dit is de waarheid: mensen kunnen de naakte waarheid niet onder ogen zien; ze hebben hem liever in vermommingen.”
Lied za: Gij spreekt zo zwart als de nacht – zo: Gij die niemand naar de ogen ziet.
Tweede lezing uit Johannes 10:22-30
22 In Jeruzalem werd het feest van de Tempelwijding gevierd; het was winter. 23 Jezus liep in de tempel, in de zuilengang van Salomo. 24 Daar kwamen de Joden om hem heen staan, en ze vroegen hem: ‘Hoe lang houdt u ons nog in het onzekere? Als u de Messias bent, zeg het ons dan ronduit.’ 25 Jezus antwoordde: ‘Dat heb ik u al gezegd, maar u gelooft het niet. Wat ik namens mijn Vader doe getuigt over mij, 26 maar u wilt me niet geloven, omdat u niet bij mijn schapen hoort. 27 Mijn schapen luisteren naar mijn stem, ik ken ze en zij volgen mij. 28 Ik geef ze eeuwig leven: ze zullen nooit verloren gaan en niemand zal ze uit mijn hand roven. 29 Wat mijn Vader mij gegeven heeft gaat alles te boven, niemand kan het uit de hand van mijn Vader roven, 30 en de Vader en ik zijn één.’
Lied za: Uw Woord is waarheid, Heer – zo: Gij die uw naam.
Overweging
Het zijn barre tijden als Jezus van Nazareth zich laat gelden in die landstreek rond de Jordaan. Het is daarom niet zo vreemd dat velen in hem de Messias zien en er bij hem op aandringen dat eindelijk eens helder en duidelijk te bevestigen. “Hoe lang houdt u ons nog in het onzekere? Als u de Messias bent, zeg het ons dan ronduit!” In de oorspronkelijke tekst klinkt de vraag zelfs nog wat dreigender: “Hoe lang blijf je ons nog ons leven onthouden?”
In plaats van klip en klaar te zeggen wat hij als zijn opdracht ziet, refereert hij in zijn antwoord aan de eerder door hem vertelde parabel van de goede herder. Zijn ware identiteit geeft hij slechts bloot aan enkele vrienden en die mochten het van hem niet verder vertellen. Een deel van de waarheid verhult hij bewust. Maar waarom eigenlijk, als we mogen aannemen dat de waarheid ook voor hem een groot goed is?
Laten we ons eens proberen te verplaatsen in de situatie waarin Jezus zich bevindt. Best moeilijk, maar niet geheel onmogelijk, omdat zich dit soort situaties –of dilemma’s- nog iedere dag voor doen.
Twintig eeuwen geleden –in de lastige situatie waarin zich het Joodse volk dan bevindt- word hij geconfronteerd met een groep mensen die gedreven door wanhoop zo hun eigen idee hebben van wat de Christus, de Messias voor hen zal doen. Voor hen staat vast dat deze Redder hen uit hun ellendige situatie zal verlossen, koste wat kost. Voor hen staat vast dat de Messias zich exclusief verbindt met de belangen van zijn eigen volk, zelfs als het daarvoor nodig is om zich daarbij tegen alle anderen te keren. En daar zit het ‘m wat Jezus betreft nu net de kneep. Hij ziet het als zijn taak om die verschillen juist te doorbreken. En daarom beschrijft hij zich als een herder. Een herder brengt zijn kudde bij elkaar en houdt die ook bij elkaar. Hij voelt zich geroepen om de mensheid bij elkaar te brengen en kan zich dus niet tot één groep bekennen zonder onrecht te doen aan alle anderen.
Daarom houdt hij een deel van de waarheid achter de tong en geeft geen direct antwoord op hun vraag. Misschien ook wel met de bedoeling om de dogmatiek van zijn eigen volk wat te ontregelen. Bovendien lezen we uit de Schrift dat Jezus, waar het gaat om het verkondigen van de waarheid, zijn leergeld al vroeg heeft betaald. En wel toen hij zich voorstelde aan zijn eigen dorpsgenoten in Nazareth. Hij is bij die gelegenheid enthousiast toegejuicht toen hij zei dat hij gekomen is om de armen de goede boodschap te brengen, de gevangenen te verlossen en de blinden het licht te laten zien. Maar toen hij erbij zei dat dit niet alleen gold voor hen, maar voor iedereen was de liefde snel over. Aan zo’n Messias hadden ze geen behoefte. Ze hebben hem toen zelfs met de dood bedreigd.
Steeds vaker gebruikte hij de parabel of de gelijkenis als instrument. Hij koos ervoor om –als in de eerste lezing- de naakte waarheid wat aan te kleden. Niet om de waarheid te verbloemen, maar vanuit de oprechte overtuiging dat het aankleden van de waarheid dienstig kan zijn aan het bereiken van het doel; een hoger doel dan zijn gehoor voor ogen had.
De waarheid; een eeuwig dilemma!
Ook wij staan in de praktijk van alledag regelmatig voor de vraag hoe eerlijk of hoe open we moeten zijn. Hoewel we over het algemeen stellen dat eerlijkheid het langst duurt, weten we ook dat zwijgen soms beter is dan te zeggen waar het op staat.
Bewust of onbewust maken we toch vaak een afweging tussen de belangen die er al dan niet mee gediend zijn. Veel mensen hebben immers last van een fragiel ego. En vanuit die wetenschap geredeneerd kan het verstandig zijn om ego’s niet onnodig te vertrappen. Het alleszins verdedigbare motief om eerlijk te zijn zou het in de afweging van belangen wel eens kunnen afleggen tegen het risico dat er ernstige schade kan worden aangebracht aan het doel dat je ermee wilt bereiken.
Twee voorbeelden:
Als je op het schoolplein in contact wil komen met de vader van een kind met Downsyndroom helpt het niet echt als je start met de suggestieve vraag: “Hebben jullie dan geen test laten doen?”
Ook al is het jouw waarheid dat de geboorte van zo’n kind moet worden voorkomen.
Als je te doen hebt met iemand die in een echtscheiding ligt na een huwelijk dat je hem hebt afgeraden, is het wellicht verstandiger het puntje van je tong te bijten dan te zeggen: “Ik heb je nog zó gewaarschuwd.”
In de communicatie tussen mensen heeft de waarheid vele kanten. Waar de een zich ziet als eerlijk en recht door zee ziet zijn gesprekspartner iets heel anders: een opdringerige botte hork, die onder het mom van belangstelling de ander vernedert.
Er is natuurlijk ook een keerzijde. Het grote gevaar van het nuanceren van de waarheid is natuurlijk dat het ook als een alibi kan worden gebruikt. Een alibi om de dingen die gezegd moeten worden te verdraaien of te verzwijgen. Al te voorzichtig zijn met de waarheid kan óók ernstige schade veroorzaken.
Als je vriend na een avond stappen dronken achter het stuur dreigt plaats te nemen, is er geen tijd voor omzichtigheid en zul je hem de les lezen en een taxi bellen, zelfs als je daarmee het risico loopt dat daarmee de vriendschap schade lijdt.
Als je weet dat je vriendin haar kind mishandelt zul je eerst proberen daar met haar over in gesprek te komen. Maar als dat zonder resultaat blijft, zul je in het belang van het kind de moeder een halt toeroepen en er hulpinstanties bij betrekken.
Zeer verwerpelijk wordt het als mensen uit puur eigenbelang leugens als waarheid verkopen. Zij maken zich schuldig aan zaken als fraude, corruptie, misbruik en intimidatie. Maar het aan de kaak stellen van deze problemen blijkt toch heel moeilijk te zijn. De zogenaamde klokkenluiders, die zelf vaak deel hebben uitgemaakt van het verziekte systeem, die –overvallen door wroeging -misstanden in zowel kerk als samenleving in de openbaarheid brengen, worden vaak met weinig enthousiasme ontvangen. En dat terwijl ze vaak heel wat hobbels hebben moeten nemen om eerlijk te durven zijn. Pas begin oktober vorig jaar is er een adviespunt voor klokkenluiders geopend, waar zij ondersteuning kunnen krijgen bij het aankaarten van misstanden. Het zou natuurlijk niet nodig moeten zijn, maar het is toch een goed initiatief dat helpt om eerlijkheid te organiseren en uitgaat van het positieve. Zodat eerlijkheid vrijuit kan gaan.
En wat te vinden van de situatie die nu in Best is ontstaan. Wat wij twee jaar geleden hebben meegemaakt, herhaalt zich rondom de mensen die zich met elkaar verbonden weten in de Antoniusparochie. Net als wij zijn zij trouw gebleven aan hun eigen waarheid, hun overtuiging dat zij handelen in de geest van Jezus van Nazareth. Net als wij willen zij zich in het praktiseren van hun geloof niet gehinderd voelen door regels die hen van hun opdracht vervreemden.
De waarheid van de bisschop is daarentegen een andere. Waar ruimte laten kennelijk geen optie is, besluit hij in te grijpen op een wijze die in ieder geval bij mij de vraag oproept: Wie is hier de goede Herder?
De waarheid; een eeuwig dilemma!
-stilte-
Geloofslied za: Zoudt Gij ooit mij beschamen – zo: De woorden die wij spraken.
Voorbeden
Eeuwige, help ons trouw te blijven aan de waarheid
en zorgvuldig te zijn in de manier waarop we deze uitdragen.
Jij die onze gedachten raad.
Laat ons bidden voor al die mensen
die hun strijd voor de waarheid hebben moeten bekopen
met marteling, gevangenschap of zelfs de dood.
Jij die onze gedachten raad.
Laat ons bidden voor al onze zieken,
voor alle intenties, opgenomen in dit boek
en voor allen die ons in de dood zijn voorgegaan.
Jij die onze gedachten raad.
Tafelgebed
Het gebeurde op die laatste avond.
Hij nam de beker, dankte en zei die bij Hem waren:
‘Neem deze en verdeel hem onder elkaar.
Want vanaf heden zal ik niet meer drinken van wat
de wijnstok voortbrengt totdat Gods rijk er is.
Maar jullie die blijven zullen Israël verder hoeden en leiden’.
Toen ontstond er onder hen verwarring over de vraag
wie van hen de eerste was.
Maar Jezus zei:
‘Koningen knechten het volk en machthebbers laten zich
weldoeners noemen. Zo moeten jullie niet doen.
De voornaamste onder jullie moet als de jongste zijn;
wie bevelen geeft als iemand die dient.
Wie is de grootste: die aanligt of die dient?
Toch zeker die aanligt.
Welnu, ik ben onder jullie als degene die bedient’.
Hij nam brood, dankte, brak het en zei:
‘Dit ben ik geheel en al en ik beloof jullie vast
dat je zult eten en drinken aan mijn tafel in Gods rijk.
Maar zie die mij verraadt met mij aan tafel’.
Ze vroegen zich af wie van hen een andere waarheid zag.
Onze Vader
Vredewens
Vrede is een woord, waarheid is een woord.
Ze worden door velen gezocht. Innig zijn zij met elkaar verweven.
Ze houden elkaar in stand. Ze bestaan uit elkaar.
Laten we elkaar toewensen dat we vinden wat we zoeken:
vrede en waarheid, waarheid en vrede.
Vredeslied za: Stad van Vrede – zo: Niet op een troon van alleen.
Breken en delen
Ik nodig ons allen uit om brood en wijn met elkaar te delen.
Brood en wijn, dat ons doet denken aan die ene mens,
Jezus van Nazareth, wiens voorbeeld het navolgen de moeite waard is.
Brood en wijn, dat ons voortdurend herinnert
aan ons heilige voornemen om eerlijk te delen.
Communielied za: Niet op een troon van alleen – zo: Wat ik gewild heb.
Afsluitend gebed aan tafel (Uit een van de vele toespraken van Aartsbisschop Romero; op 24 maart 1980 werd hij tijdens het voorgaan in een viering vermoord; het zoveelste slachtoffer van de waarheid)
‘Daarom, geliefde broeders en zusters,
in het bijzonder diegenen onder u die mij haten,
u, dierbare broeders en zusters die vinden dat ik geweld predik,
die lasterpraat over me verspreiden
waarvan ze weten dat die onwaar is, u, die handen hebt
waaraan moord kleeft, en marteling, wreedheid en onrecht,
u kunt zich bekeren.
Ik houd bijzonder veel van u.’ (10 september 1978)
Slotgedachte Godfried Bomans heeft eens gezegd:
Men mijde de serieuzen, want zij missen de ernst.
Zij zijn zo lichtzinnig, dat zij hun mening voor de enige waarheid houden.
Zegen en wegzending
Droom de wereld open. Zing tegen beter weten in.
Zing en droom van de mens die je zijn mag in Zijn Naam.
Gezegend je hand die uitreikt naar de ander.
Gezegend je woorden die de ander geluk wensen.
Gezegend je voeten op weg naar de ander,
op weg naar waarheid, recht en vrede.
Slotlied za: In dit vlakke avondland – zo: Tijd van vloek en tijd van zegen.
1 Comment
Leo
Mgr. Lefebvre, FSSPX: ‘De waarheid kan niet veranderen, anders zou zij nooit de waarheid zijn geweest.’
Ergo: ‘ieder zijn waarheid’ is bedrieglijke onzin!!!