San Salvatorgemeenschap 20-08-2017
Thema: Het leven (in)kleuren
Voorganger: John Parker
Openingslied: Wij leven op aarde
Inleiding
Vandaag zijn we hier samen in de zesde en laatste viering van onze vakantiecyclus. Zaai, Onderweg, Blijheid/Bloemen, Als God op vakantie is … en een Marialiederenviering gingen vooraf aan deze viering met als thema Het leven in kleuren / Het leven inkleuren. We maken ons klaar om weer “normaal” aan de slag te gaan, ook in de zaterdagavondviering. In de vakantie waren deze vieringen vooral bedoeld als vieringen in kleuren, met vrolijke liederen en met woorden voor rustige momenten. We hopen volgende week weer klaar te zijn om onze San Salvator-reis voort te zetten en in te kleuren met alle kleuren van de regenboog.
Lied: Gij hart, Gij bron van leven
John Inleiding op de lezingen
Vandaag beluisteren we drie lezingen. De tweede lezing is in de vorm van een lied. In de derde lezing lijkt Jezus wel erg zwart-wit te denken. Nu eerst een kleurrijk verhaal. De lectoren van vandaag zijn Maria Hoitink en Liesbeth van Leijen.
Eerste lezing: Kleurenruzie (naar een verhaal uit India)
Op een dag zei Groen:
“Ik ben de belangrijkste. Ik ben de kleur van het gras, van de bomen en van de bladeren.
Zonder mij zouden de dieren sterven.”
Blauw zei: “Ik ben onmisbaar. Ik ben de kleur van het water.
Zonder mij zou er geen leven zijn.”
Geel zei: “Ik ben de zonnigste. Ik breng kleur en warmte in de wereld.
Rood zei: “Ik ben de kleur van het bloed en van de liefde.
De mensen kunnen niet zonder mij.”
Oranje riep: “Ik ben de gezondste kleur. Zonder de vitaminen in sinaasappelen, wortelen en pompoenen zouden de mensen ziek worden.”
En paars wist: “Ik ben de kleur van de koningen. Jullie moeten naar mij luisteren.”
Toen donderde het verschrikkelijk. De regen nam het woord en zei: “Beste kleuren, weten jullie dan niet dat God jullie allemaal verschillend geschapen heeft en dat jullie elkaar daardoor aanvullen?
De mensen hebben elk van jullie nodig. Samen kunnen jullie prachtige dingen maken.
Kom …”
En de regen gaf aan elk van de kleuren een plaats aan de hemel.
En toen de zon begon te schijnen
zagen de mensen een pracht van een regenboog.
(Uit: Chantal Leterme, Een parel voor elke dag)
Tweede lezing: Sta op en wandel (Elly & Rikkert CD)
Gisteren zag ik een man in de straat
Met een oude gitaar en een hoed vol verhalen
Ik vroeg een liedje en hij zong er een paar
Maar toen ik vroeg: ”Hoe kan ik betalen”
Zei hij: ik geef niet om geld of eer
Maar geef jezelf dan geef je me meer
Sta nu op, neem je bed op en wandel
Want de tijd van slapen is voorbij
Ga de straat op met je hele handel
Neem je hond en je kat
Je konijn en je schildpad
Laat je kanarie maar vrij
En volg mij
Gisteren kwam er een vrouw aan m’n deur
Met een bol van kristal
En een boek vol geheimen
En ze zei: jij bepaalt wat gebeurt
Maar toen ik vroeg
Hoe kan ik dat rijmen
Zei ze: ik geef je geen ja en geen nee
Maar neem m’n hand en ga met me mee
Sta nu op, neem je bed op en wandel
Gisteren zag ik een kind op het strand
Met een schep in z’n hand
En ogen vol dromen
En hij vertelde mij van een land
Maar toen ik vroeg
Hoe kan ik daar komen
Zei hij: ga niet over land of zee
Maar kijk me aan dan neem ik je mee
Sta nu op, neem je bed op en wandel
Derde lezing: Mattheus 15, 21-28
Jezus ging naar de streek van Sidon en Tyrus, een gebied dat buiten Palestina ligt. Daar woonden mensen die niet joods waren. Een vrouw uit die streek kwam naar hem toe luid roepend: “Heb medelijden met mij, Heer, Zoon van David. Mijn dochter is vreselijk ziek.” Maar Jezus negeerde haar. Toen kwamen zijn leerlingen naar hem toe en zeiden: “Stuur die vrouw toch weg, want ze blijft ons achterna roepen.” Hij antwoordde: “Ik ben alleen gestuurd naar de verloren schapen van het huis van Israël, naar de joden.”
Maar de vrouw kwam dichterbij, knielde voor hem neer en zei: “Heer, help me.” Hij gaf haar ten antwoord: “Het is niet goed dat men het brood van de kinderen afpakt om het aan de honden te geven: ik ben gekomen voor de joodse mensen, niet voor mensen van een andere godsdienst.” Daarop zei de vrouw: “Wel waar, Heer, want ook de honden eten de kruimels die van de tafel van hun baas vallen.” Jezus was verrast door haar gevatte antwoord en hij zei tegen haar: “Vrouw, uw vertrouwen is groot. Ik zal doen wat u mij vraagt.” Vanaf dat ogenblik was haar dochter genezen.
Acclamatie: Groot is de wereld
Overweging
Vandaag sluiten we onze zomercyclus af. Vanaf volgende week wordt alles weer normaal. Maar vandaag kijken we nog even naar de verschillende kleuren die het leven ons te bieden heeft. Dat helpt misschien om ons leven in te kleuren met een nieuw, verfrissend verflaagje.
In de eerste lezing passeerden verschillende kleuren de revue: het waren zo ongeveer alle kleuren van de regenboog. Voor wie dat wil checken, helpt de volgende (on)zin, waarvan de beginletter van elk woord voor een kleur staat: Ridder Overwint Gevaarlijk Gevecht, Blinkend In Victorie.
(Rood, Oranje, Geel, Groen, Blauw, dat kan iedereen wel bedenken. De I en de V zijn lastig: indigo en violet. Als we zeggen dat indigo blauw is en violet paars, dan is de regenboog “rond”.)
Die kleuren stonden in onze lezing niet allemaal voor erg positieve dingen: “ik ben de belangrijkste” doet mij bijv. denken aan iemand die hard roept: “Amerika eerst”. En “naar mij moet je luisteren” zit erg in de dictatorsfeer. Maar, zoals de regen en de regenboog duidelijk maakten: werk samen, dan kleur je het leven goed in en wordt het leven eerder zo kleurig als een regenboog.
De boodschap van de tweede lezing, het lied van Elly & Rikkert, is: Ga op pad, zet je ogen en oren open, geef jezelf, dat is belangrijker dan geld en eer. Kijk mij aan en neem mijn hand. Wie zijn die man, die oude vrouw, dat kind, over wie werd gezongen? Ik denk dat zij staan voor de woorden, die wij hier zo graag herlezen: die van het evangelie. Neem ze ter harte, laat je erdoor inspireren. Neem je bed op en wandel, laat je kanarie maar vrij en volg mij.
Degene die we moeten volgen, Jezus, kwam in de derde lezing in een in onze ogen ongunstig daglicht te staan. Jezus wil eerst niet luisteren naar een vrouw uit Kanaän, een heidin dus. In het begin van het verhaal zit Jezus nog vast in een joodse voorstelling van zaken.
Het gebeuren dat de evangelist beschrijft is heel ongewoon:
mannen spraken niet met vrouwen in het openbaar.
vrouwen namen nooit het initiatief om een man aan te spreken.
Jezus moest door die vrouw bekeerd worden, en haar argument en vasthoudendheid zijn groot genoeg om het zo ver te laten komen! Luisteren we nog eens naar het verhaal, nu op een wat modernere wijze verteld:
Mijn dochter heeft een handicap. Haar geboorte was moeizaam. Mijn man en ik, we wilden het niet zien. ‘Kijk eens hoe lief ze ligt te slapen in haar wieg, onze dochter!‘ Maar ze greep niet met haar armpjes naar ons! Het werd steeds duidelijker. Regelmatig kreeg ze stuipen. Het schuim stond dan op haar mond en haar ogen draaiden weg. Geen enkel ogenblik verloor ik haar uit het oog. Ze mocht niet alleen zijn als ze een aanval zou krijgen! Ze mocht zich niet bezeren. Het kind was een stuk van mijzelf. Ging het met haar goed, dan ging het ook met mij goed. Had zij verdriet of pijn, dan werd ik verscheurd door verdriet en onmacht.
Buren en familie trokken zich steeds meer terug. Ik had al veel dokters bezocht, ver weg en dichtbij. Platzak keerde ik daarna naar huis terug, met een dochter die nog altijd niet was genezen. Wat zou er met haar gebeuren als ik haar niet meer kon verzorgen? Wie zou in haar ogen de smekende vraag naar liefde kunnen ontdekken?
Toen ik geen kant meer op kon, hoorde ik over Jezus, een joodse rabbi. Onmiddellijk ben ik naar hem toegegaan in een huis aan de rand van de stad. Ik zag Hem… en schreeuwde het uit: ‘Heb medelijden met mijn kind!’. Maar Hij was aan het eten. Hij keek niet eens op. Ik schreeuwde daarom nog harder: ‘Heb medelijden met mijn kind!’. Het werd donker omdat nieuwsgierige mensen in de deuropening gingen staan. De mannen in huis werden onrustig: ‘Help haar toch, dan zijn we van haar getier af!’. Maar botweg antwoordde Jezus: ‘ Het is niet goed, dat men het brood van de kinderen wegneemt en het aan de honden geeft.’
Dat had ik niet verwacht. Hij vergelijkt mij met een hond omdat ik geen joodse vrouw ben! Ik had boos kunnen weglopen, maar ik kwam niet voor mezelf, maar voor mijn kind. Ik zag de ogen van mijn dochter voor me en dat hielp mij om staande blijven. Als Jezus mij wilde vergelijken met een hond, dan euh euh… ‘Ja Heer, zeker Heer, maar de honden eten toch ook van de kruimeltjes die van tafel vallen!’… Zijn mond viel open van verbazing. Toen zei hij: ‘Dat heb je goed gezegd, ga naar huis, de boze geest is al weg bij je dochter’.
Niet één keer heb ik bedacht dat ik Hem zou kunnen of moeten bedanken. Ik stamelde iets verwards en stortte mij door de mensenmassa heen, terug naar huis. Ze lag nog precies zo te slapen als toen ik weg was gegaan. Toen ze wakker werd zag ik het direct aan haar ogen… ze straalden, ze waren vrolijk… En toen, toen vroeg ze of zij buiten mocht om te spelen! Ik voelde het, iets was er veranderd. Een nieuw leven was begonnen.
(@Bijbel in 1000 seconden, Chantal Leterme, www.bijbelin1000seconden.be)
Het grootste wonder in dit verhaal is dat hier drie mensen zijn veranderd: de dochter is genezen, de vrouw krijgt eindelijk haar leven terug, maar Jezus is ook ‘bekeerd’: voortaan is zijn brood, dat wil zeggen zijn blijde boodschap, niet meer alleen voor de joden bestemd, ook de niet-joden gunt hij het. Hij kleurt zijn boodschap anders in.
Blijf niet staren op wat vroeger was, sta niet stil in het verleden: neem je bed op en wandel, geef kleur aan het leven voor jezelf en voor anderen.
Geloofslied: Toen hij de blinde man genas
De tafel wordt klaargemaakt en er wordt gecollecteerd
Voorbeden
Laten we samen in alle eenvoud bidden.
Voor alle zwartwitdenkers,
voor allen die mensen verdelen in goed of slecht;
mogen zij licht ontdekken,
licht dat de nuances van het leven weergeeft,
licht dat laat ademen, laat leven.
Voor mensen die naamloos
Voor alle lamgeslagenen,
onderdrukt door medemensen,
door omstandigheden, door het leven:
mogen zij moed vinden om op te staan,
om vooruit te kijken,
om de zon te zien.
Voor mensen die naamloos
Voor allen die kleuren bekennen,
die het licht verspreiden,
die inspireren tot moed en hoop.
Mogen zij, wij, inspiratie blijven vinden
in het geloof, in medemensen,
om zo door te gaan.
Voor mensen die naamloos
Voor de intenties in ons intentieboek en ook voor
Tafelgebed
Hoe kleurrijk is de wereld, met al wat leeft en bloeit,
met al wat is en wordt, in zee, op land en in de lucht.
Hoe kleurrijk zijn de mensen,
van binnen, van buiten, dichtbij en veraf,
in huizen en tehuizen, op straat, op het werk.
Hoe kleurrijk ben jij, Enige:
in alles en iedereen aanwezig
dans jij telkens een nieuwe wereld,
weet jij ons te verwonderen met jouw zegen,
voelbaar aanwezig in die bevrijdende lach,
de glimmende ogen, de vreugde en het plezier,
de humor en de muziek.
Hoe kleurrijk ben jij, Enige, aanwezig in Jezus,
die ons voorging om mensen te bevrijden,
hun ogen te laten stralen,
mensen op de been te helpen,
op te nemen in de kring,
hen aan te spreken op een manier
die als muziek in de oren klonk.
Die de avond voor zijn sterven,
ons woorden gaf van troost,
door het brood te breken en te zeggen:
ontvang dit brood,
dit is mijn leven, dat ik geef voor jou,
opdat jij zult leven.
Hij nam ook de beker,
sprak zijn dank uit,
reikte hem over en zei:
dit is mijn liefde, stromend in mijn lijf;
drink ervan, opdat mijn liefde blijft stromen in jou.
Blijf dit doen om mij te gedenken.
In die geest willen we verder gaan,
willen we samen dansen,
er zijn voor elkaar,
in blije dagen, in bange dagen elkaar dragend,
vertrouwend op Jou, wat er ook gebeurt.
In die geest willen we samen bidden,
met woorden die Jezus ons heeft aangereikt.
Onze vader
Vredeswens: Een vogel vloog in het begin
Laten wij nu doen, waartoe Jezus ons aanspoorde:
breken en delen om hem te gedenken.
Communielied: Wie ten einde toe
Slotbezinning
Het leven in kleuren en het leven inkleuren,
dat is het positieve zien om je heen,
in de dingen en de mensen
en ernaar te streven dat anderen dat ook in jou zien.
Geloof in kleuren en geloof inkleuren,
oog hebben voor de mooie dingen, die jouw geloof jou kan bieden
en je steentje eraan bijdragen om dat samen te beleven.
Je bent een druppeltje van de regenboog,
jij geeft de regenboog kleur.
Goed om te weten
Slotgedachte
Het gebeurde in Amerika rond 1930, tijd van de grote crisis.
In een eenvoudig eettentje langs de weg zaten twee vrachtwagenchauffeurs koffie te drinken, terwijl de serveerster de vloer aan het bijvegen was.
Twee kinderen, armoedig gekleed, kwamen binnen. “Hoe duur zijn die zuurstokken?” vroegen ze haar. “Hoeveel geld hebben jullie?” antwoordde ze. “We hebben samen maar één stuiver.” “Die zijn twee voor vijf cent,” loog ze.
Toen de kinderen met hun snoep weg waren, riep één van de chauffeurs tegen de serveerster: “Die zuurstokken zijn niet twee voor een stuiver!” Zij antwoordde: “Nou en!”
Zwijgend dronken de chauffeurs hun koffie op, legden geld op het tafeltje, stonden op en zeiden de vrouw gedag. Die riep hen na: “Hé, jullie hebben te veel betaald.”
“Nou en!” zeiden ze.
(Kris Kristofferson, Here comes that rainbow again.
Naar een episode uit John Steinbeck, Grapes of wrath)
Wegzending en zegen
Laten wij vervuld van de inspirerende woorden van het evangelie
onze wegen gaan, door liefde gedreven om voor wie met ons leven
het leven in te kleuren en zegen te brengen die vrucht dragen zal.
Slotlied: Een wereld vol mensen