Skip to content Skip to sidebar Skip to footer

San Salvatorgemeenschap 12-13 okt 2013
Thema: Kijken of zien
Voorganger: Maria van den Dungen
Muzikale ondersteuning: Melodiek

Lied: Hier gaan we zingend de wereld te buiten

Welkom
Fijn dat we hier weer samen zijn. welkom als u voor het eerst hier bent, maar natuurlijk ook degenen die hier bijna wekelijks samen komen. Vandaag is het herfst, dat merkt u aan het weer, dat ziet u als u naar de kleuren van de bomen kijkt.
Vandaag is het thema: Kijken of zien? En dat is niet helemaal hetzelfde. Kijken en zien zijn twee wezenlijk verschillende dingen en dat heeft te maken met vluchtigheid tegenover aandacht. Wie ooit een signalement van iets of iemand aan de politie heeft moeten geven weet hoe moeilijk dat is. Je kunt met je ogen kijken, maar zonder hersenen zie je niets. Onze ogen vangen signalen op, maar onze hersenen moeten de informatie verwerken. En hoe ze dat doen hangt van de omstandigheden af, maar ook van onze ervaringen, onze aard en nog veel meer. Maar laten we eerst maar stil worden voor ons gebed.

Gebed
Barmhartige God, Zie ons hier bijeen,
Uw mensen, allemaal van goede wil.
Kom ons met Uw goede Geest tegemoet.
maak het stil in ons, open ons hart
om Uw woord te horen en Uw bedoeling te zien.
Dat vragen wij in naam van
Jezus Uw Zoon, onze broeder.
Amen.
Acclamatie Wek mijn zachtheid weer

1ste Lezing uit 2 Koningen 17,24.29-34  – ca. 550 voor Christus
Na de verovering van het rijk Israël door de koning van Assur worden de inwoners van Israël naar Assur gedeporteerd in ballingschap.
De koning van Assyrië stuurde mensen uit Babel, Kuta, Awwa, Hamat en Sefarwaïm naar de steden van Samaria, waar hij hun een woonplaats toewees in plaats van de Israëlieten. Deze mensen namen Samaria in bezit en gingen er wonen.
Toch bleven al die volken hun eigen godenbeelden maken, die ze in hun nieuwe woonplaats neerzetten in de tempels die de Samaritanen op de offerhoogten gebouwd hadden.
De mensen uit Babel maakten een beeld van Sukkot-Benot, de mensen uit Kuta maakten een beeld van Nergal, de mensen uit Hamat maakten een beeld van Asima, de Awwieten maakten beelden van Nibchaz en Tartak, en de Sefarwieten verbrandden hun kinderen als offer voor hun goden.
Daarnaast vereerden zij allen de HEER en stelden ze uit hun eigen midden priesters aan om dienst te doen in de tempels op de offerhoogten. Ze vereerden dus wel de HEER, maar dienden ook hun eigen goden zoals ze in hun land van herkomst gewoon waren geweest.
Ook de Israëlieten zelf vervielen telkens opnieuw in hun oude gewoonten en doen dat tot op de dag van vandaag: ze vereren de HEER niet en houden zich niet aan de voorschriften, regels, wetten en geboden die de HEER heeft opgelegd aan de nakomelingen van Jakob, aan wie hij de naam Israël heeft gegeven.
Tussenzang: De hemel mag horen

Evangelielezing uit Lucas 17:11-19 – In het grensgebied van Samaria
Op weg naar Jeruzalem trok Jezus door het grensgebied van Samaria en Galilea. Toen hij daar een dorp wilde binnengaan, kwamen hem tien mensen tegemoet die aan huidvraat leden; ze bleven op een afstand staan.
Ze verhieven hun stem en riepen: ‘Jezus, meester, heb medelijden met ons!’ Toen hij hen zag, zei hij tegen hen: ‘Ga u aan de priesters laten zien.’ Terwijl ze gingen werden ze gereinigd.
Een van hen, die zag dat hij genezen was, keerde terug en loofde God met luide stem. Hij viel neer aan Jezus’ voeten om hem te danken. Het was een Samaritaan.
Toen zei Jezus: ‘Zijn er niet tien gereinigd? Waar zijn de negen anderen? Wilde niemand anders terugkomen om God eer te bewijzen dan alleen deze vreemdeling?’
Hij zei tegen de Samaritaan: ‘Sta op en ga. Uw geloof heeft u gered.
Acclamatie: Oren en ogen gaan open voor Jezus

Overweging
Jezus was van zijn geboortestreek Galilea op weg naar Jeruzalem in Judea. door het grensgebied van Samaria en Galilea.
Misschien is deze zin wel veelzeggend, want Jezus zocht vaak de grenzen op. Voor mensen aan de rand van de samenleving: de Samaritaan, de tollenaar, de zieken en de overspelige vrouw, had hij speciale aandacht.
En erger dan melaats kun je je het nauwelijks voorstellen. Deze mensen zijn geïsoleerd van hun gezin, hun familie en de rest van de mensen en ook de toegang tot de tempel , tot God is hun ontzegd. Zij leven in armoede met een lichaam dat steeds verder ontbindt. En juist in dit gebied komen tien lepralijders naar Jezus toe. Tien is het getal dat nodig is om de Joodse eredienst door te kunnen laten gaan; met tien vertegenwoordigden ze de hele gemeenschap. Hier is sprake van een gemeenschap van uitgestotenen, van mensen die elkaar normaal mijden, maar als melaatse kun je niet kieskeurig zijn. Vanaf een afstand roepen ze, niet het verplichte: Onrein, onrein, maar: Meester heb medelijden met ons. Jezus zag hen en kan dit beroep op zijn ontferming niet weerstaan.
En dan volgt een genezingsverhaal, maar dit keer raakt Jezus hen niet aan, hij bant geen boze geesten uit, eigenlijk geneest hij hen ook niet. Hij zegt: Ga en laat jezelf zien aan de priesters.
Hiermee vraagt Jezus van de melaatsen een daad van geloof. Naar de priester gaan, doe je toch pas als je genezen bent! Melaats en al moesten ze op weg gaan naar de priester. Maar ze gaan – alle tien! In groot vertrouwen op het woord van Jezus. En gaandeweg ontdekken zij dat hun melaatsheid is verdwenen. En dan keert er een terug, de Samaritaan, hij valt voor Jezus op zijn knieën en dankt God.
Het gaat in de lezing niet zozeer om het wonder als wel om de manier waarop de melaatsen ermee om gaan. Zijn de andere negen minder gelovig? Ik weet het niet, ze zullen zich naar de priesters gehaast hebben, precies zoals Jezus hun gezegd had. Daar hebben ze onderzoek en rituelen ondergaan en in de tempel de voorgeschreven offers gebracht. Dat neemt al gauw een week in beslag. Ze zullen hebben gepopeld om het leven weer op te nemen, om hun dierbaren terug te zien. En daarbij zullen ze vast nog wel eens aan Jezus hebben gedacht.
En de Samaritaan? Misschien is hij ook wel naar de priesters geweest en heeft hij de offers gebracht, maar later waarschijnlijk. Als Samaritaan is hij minder vertrouwd met de wettische regels van het geloof, zij zijn voor hem minder belangrijk dan zijn ervaring. Hij reageert, denk ik, spontaan, vanuit zijn hart. Hij ziet werkelijk in wat er hier gebeurt. Bij Jezus is meer te krijgen dan genezing van zijn huid en bevrijding uit de verbanning. Zijn genezing is niet alleen maar incident, waarna het leven gewoon door gaat, maar het openbaart voor hem de reddende kracht van God die hij hier bij Jezus ontdekt heeft.
De negen andere konden officieel genezen verklaard worden, maar waren niet, zoals de Samaritaan, door hun geloof gered.
“Sta op, ga heen, je geloof heeft je gered”, zei Jezus. Dat zal die Samaritaan als muziek in de oren hebben geklonken. Maar hij had het dan ook gezien, echt gezien wat er met hem gebeurd was. En ik denk dat dat de essentie is van dit verhaal: het gaat om dat dankbare zien dat wijzelf niet ons hele leven hoeven te dragen, maar dat wij reeds gedragen worden. Wie zo leeft die staat op, die gaat op weg: die leeft echt.
En wij? Wij hebben als kind al geleerd om dank-je-wel te zeggen, voor een cadeautje, een koekje, voor het spelen of het logeren. We kunnen die lijst nog best uitbreiden, maar ook als volwassene bedanken we regelmatig heel beleefd. Maar is dat hetzelfde als dankbaarheid? Soms wel, maar vaker heeft het te maken met onze omgangsvormen. Dat is een dankbaarheid die ons hart niet echt raakt of niet langer duurt dan een paar seconden. Maar er bestaat ook een dankbaarheid die zo diep zit dat die zichtbaar wordt en je tot actie aanzet. Dat is de dankbaarheid die we voelen als we niet oppervlakkig aan het materiële blijven hangen, maar met aandacht zien dat er in ons leven veel is om dankbaar voor te zijn. Zelfs in perioden dat het tegen zit worden we gedragen: want soms zijn de dingen ondraagbaar groot voor een mens. God zij dank worden we gedragen!
Geloofslied: Nu nog met halve woorden

Klaarmaken van de tafel en collecte
Instrumentaal

Voorbede
Bidden willen wij voor onszelf
om de moed om ons eigenbelang meer los te laten,
om dáár door oprechte zorg van te getuigen,
Dat wij elkaar in de ogen zien als leden van deze gemeenschap
en omzien naar elkaar.

Zegen ons met het licht van uw ogen

Bidden willen wij voor deze wereld
waarin economie het wint van de toekomst;
Laat ons inzien dat de tijd dringt en wij keuzes moeten maken,
tot heil van de aarde en al zijn bewoners.

Zegen ons met het licht van uw ogen

Bidden wij voor mensen van wie het leven
een andere wending nam dan wij en zij hadden gewild,
Bidden we voor onze zieken,
dat zij kracht krijgen en zich gedragen weten
door U en door ons.

Bidden willen we ook voor die ons voorgingen,
en met wie we ons over de dood heen
verbonden blijven voelen.

Zegen ons met het licht van uw ogen

Tafelgebed
Gij, bron van al wat leeft, wonderlijk zijn de wegen
die Gij met ons gaat: Gij plaatst ons op uw weg
en roept ons om mens te worden,
om zoekend en tastend
te komen op het spoor van het leven.
Wij danken U dat Gij ons de weg ten leven hebt gewezen
in Jezus, die mens is geworden, net als wij
die onze weg geworden is, van Nazareth naar Jeruzalem,
– van U tot elkaar –

Gezegend zijt Gij die woorden van leven aanreikt,
om het woord dat kracht geeft.
Gij, die ons uitdaagt op weg te gaan  alleen op jouw woord.
Gezegend zijn de barmhartigen die Jou nabij brengen
zichtbaar, voelbaar maken waar ook ter wereld.
Die doen wat moet worden gedaan

Gezegend zijt Gij omwille van Jezus
die lief en leed met ons heeft gedeeld;
die de laatste avond van zijn leven
afscheid nam van deze wereld
die brood gebroken heeft en aan ons gegeven met de woorden:
Neemt en eet, dit ben ik ten voeten uit
want zo heb ik onder jullie geleefd:
alles gedeeld: leven en dood.

Toen nam Hij de beker gaf die aan zijn vrienden en zei:
drinkt allen hier uit en deelt met elkaar
de beker van vreugde en verdriet
zoals ik heb gedaan en blijf mij zo gedenken.

Geen wonder dat zijn naam is blijven leven  dat hij over de dood heen
voor ons bezieling is geworden  geestkracht, bemoediging en vrede.
Geen wonder dat hij de Levende is
hier in ons midden en dat we  samen met hem kunnen bidden:
Onze Vader
Lied: Moge het delen van dit brood

Vredeswens
Laten we elkaar maar aankijken en de hand reiken in het vertrouwen
dat wij allen van goede wil zijn  En zoeken naar vrede.
Vrede en alle Goeds.

Lied: Welkom op de bergen

Uitnodiging
Breken en delen met elkaar, dit brood en het leven
daartoe is iedereen uitgenodigd.
Communielied: Voordat ik bomen zag

Gebed
God, Je hebt ons gemaakt naar jouw beeld
en je hebt ons gegund op jou te gelijken.
Laat ons erop uit zijn te doen zoals jij deed.
Schenk ons het geloof dat alles mogelijk is, ook hier.
Open onze ogen en laat ons de mogelijkheden zien
die wij vinden op de plaats waar wij werken, wonen en leven.
Maak ons dankbare medescheppers van jouw gerechtigheid.
Amen.

Mededeling:
Brief uit Berghem, waar vorige week ons bloemetje heen ging:

Beste Mensen,
Het bloemetje van de week dat wij dit weekend mochten ontvangen, heeft ons goed gedaan. Het is altijd fijn om je in moeilijke omstandigheden gesteund te weten.
Door de halsstarrige houding van pastoor Mennen c.s. zien wij geen basis meer voor het continueren van Woord- en Communievieringen in onze parochie. De support die we van parochianen en van jullie hebben gekregen, geeft ons steun. We blijven onze droom houden voor een warme en open geloofsgemeenschap koesteren. Wie weet wat de toekomst nog brengen zal.
Bedankt in ieder geval en heel veel succes voor jullie als levende gemeenschap.
Met vriendelijke groeten,
namens de werkgroep Woord- en Communievieringen Berghem Gerard Teunissen

Slotgedachte: tekst van Feijer en Van IJzendoorn
Ontmoeten is kijken en zien,
luisteren en horen, verbazen en verwonderen
Echt zien en echt horen, horen wat de ander zegt
in plaats van wat je zou willen horen
Ontmoeten is een avontuur,
open staan voor de ander, open staan voor je omgeving
Ontmoeten is jezelf tegenkomen
in de ogen van een ander,
die een spiegel zijn voor jezelf
Ontmoeten is de ander het beste van jezelf laten zien
en het beste in de ander willen ontdekken
Ontmoeten is de ruimte krijgen
en de ander de ruimte geven,
zodat je allebei de wereld kunt ontdekken
Ontmoeten is jezelf kunnen zijn, samen groeien
Elke ontmoeting een nieuw begin…

Zegen
De vrede van de Heer moge ons allen bezielen,
ons begeesteren tot mensen die oog hebben
voor al het goede dat hen overkomt
en daardoor op weg gaan naar de ander.

Slotlied: Wonen overal nergens thuis

Plaats een reactie