Voorganger: Franneke Hoeks
Zondag : Melodiek o.l.v Hans Waegemakers
Piano: Paulien Jansen
Dwarsfluit Maria Werner
OPENINGSLIED zat./zon.: Vrede voor jou hierheen gekomen.
WELKOM
Welkom lieve mensen. Fijn dat u, dat jullie naar hier gekomen zijn. Of je hier nu iedere week te vinden, af en toe aan komt waaien of voor het eerst hier bij San Salvator bent we vinden het fijn u, jou te mogen begroeten. Kerstbomen liggen kaal op straat. De beelden van de kerststal zijn weer in dozen opgeborgen. Voornemens lijken misschien alweer een beetje naar de achtergrond te verdwijnen. De vakantie is voorbij. We hebben de feestdagen achter ons gelaten: terug naar het gewone leven.
In de verhalen waar we vandaag naar luisteren laten we de jeugd van Jezus achter ons. We maken kennis met een volwassen Jezus. Hij gaat op weg, laat zich dopen in de Jordaan en spreekt zich uit.
Laten wij dit uur ook samen op weggaan. Zijn voetsporen volgen, op zoek naar ommekeer, inspiratie, hoop en vertrouwen.
Aan het begin van deze viering zoeken we stilte. Dat wat ons bezighoudt mag tot rust komen. Laat het er gewoon zijn. In dat stille zijn, zoeken we nieuwe ruimte in onszelf. Ruimte waarin we de stem van God mogen verstaan.
GEBED
In de stilte leggen neer
wat we met ons meedragen.
Het mooie en het lichte
dat waar we dankbaar voor zijn.
Het donkere en zware,
dat wat ons terneerdrukt.
Eeuwige, laat onze stilte een ruimte zijn
waarin we geraakt worden
door jouw hoopvolle aanwezigheid.
Wees onze levensadem.
Wees onze levensgeest
Op de weg van gerechtigheid.
ACCLAMATIE:
zat. Wees hier aanwezig, woord ons gegeven
zon. Alles wacht op U vol hoop
1E LEZING Jesaja 42,1-7
Hier is mijn dienaar, hem zal ik steunen, hij is mijn uitverkorene, in hem vind ik vreugde, ik heb hem met mijn geest vervuld.
Hij zal alle volken het recht doen kennen. Hij schreeuwt niet, hij verheft zijn stem niet, hij roept niet luidkeels in het openbaar;
het geknakte riet breekt hij niet af, de kwijnende vlam zal hij niet doven. Het recht zal hij zuiver doen kennen. Ongebroken en vol vuur zal hij het recht op aarde vestigen; de eilanden zien naar zijn onderricht uit. Dit zegt God, de Eeuwige, die de hemel heeft geschapen en uitgespannen, die de aarde heeft uitgehamerd
met alles wat zij voortbrengt, die de mensen op aarde levensadem geeft, en levensgeest aan allen die daar verkeren:
In gerechtigheid heb ik, de Eeuwige, jou geroepen. Ik zal je bij de hand nemen en je behoeden, ik neem je in dienst voor mijn verbond met de mensen en maak je tot een licht voor alle volken, om blinden de ogen te openen, om gevangenen te bevrijden uit de kerker, wie in het duister zitten uit de gevangenis.
LIED:
zat. Een Vader had een mooie droom (3 coupletten)
zon. Uit staat en stand en wijsheid losgewoeld
2E LEZING: Mattheus 3,13 -17
Toen kwam Jezus vanuit Galilea naar de Jordaan om door Johannes gedoopt te worden. Maar Johannes probeerde hem tegen te houden met de woorden: ‘Ik zou door u gedoopt moeten worden, en dan komt u naar mij?’ Jezus antwoordde: ‘Laat het nu maar gebeuren, want het is goed dat we op deze manier Gods gerechtigheid vervullen.’ Toen stemde Johannes ermee in. Zodra Jezus gedoopt was en uit het water omhoogkwam, opende de hemel zich voor hem en zag hij hoe de Geest van God als een duif op hem neerdaalde. En uit de hemel klonk een stem: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, in hem vind ik vreugde.’
ACCLAMATIE:
zat. Dat wij volstromen met levensadem
Zon. Oren en ogen gaan open voor Jezus
OVERWEGING
In de verhalen die we hier de afgelopen weken hoorden gingen over een kind. Ze vertelden op poëtische wijze over wat er allemaal gebeurde rondom de geboorte van Jezus. In het verhaal vandaag maken we kennis met een volwassen Jezus. Hij handelt en spreekt in dit Mattheus verhaal voor het eerst zelf. Het was een roerige tijd daar in Israël. Het joodse volk ging gebukt onder de Romeinse overheersing.
Een tijd van tegenbewegingen, protesten tegen het regime, mensen die schreeuwen om actie: kortom een tijd van spanning en onrust. Een van de mensen die voor reuring zorgt is Johannes. Johannes is een vreemde man. Gekleed in kamelenhaar, gevoed door sprinkhanen en honing zoekt hij afzondering in de woestijn. Een zonderling die predikt het einde der tijden en de komst van de Messias. Een man die zich afkeert een wereld die tot ondergang gedoemd is. Boetedoening en ommekeer zijn de enige weg die hem rest. Hij roept mensen fel en vurig op tot bekering. Ik stel me zo voor dat hij een schreeuwer is die met zijn stelligheid en vurigheid gehoor bij velen die ook zo wanhopig verlangen naar verandering. Johannes is niet iemand van nuances of subtiliteiten. Hij raakt misschien wel wat we nu onderbuikgevoelens zouden noemen.
Johannes spoort aan tot ommekeer. Er moet iets gebeuren en dat iets zit hem in een verandering van levenshouding. Johannes is niet de uitvinder van dopen. In de Joodse cultuur kent men het verschijnsel ‘mikveh’. Dat is een reinigingsritueel waarin een persoon geheel ondergedompeld werd of zichzelf onderdompelde, om daarna weer rein uit het water omhoog te komen. . Het woord mikveh heeft dezelfde wortel als het woord voor hoop (tikvah), voor de weg wijzen (kav), en het begrip hopen of wachten op God (kiviti l’Adonai). Dopen is doorgang, is opnieuw beginnen, is iets afleggen en opnieuw beginnen.
Johannes geeft een nieuwe betekenis aan het dopen. Dopen is een soort bekering. Dopen heeft handelingsconsequensties. Gedoopt worden door Johannes wil zeggen dat jij anders wilt gaan leven.
De Bijbelse verhalen zijn prachtige literatuur, zorgvuldig samengesteld en boordevol symboliek. Johannes doopt aan de over van de Jordaan, de rivier waar het volk Israël doortrok bij zijn intocht in het Beloofde Land. Een grensrivier dus. Een grens tussen dood en leven. Iedereen die zich wilde bekeren, vluchtte door de doop als het ware opnieuw Egypte uit, de plek van de slavernij, om het Beloofde Land in te trekken, de plaats waar alles goed is en iedereen in vrede met God en met elkaar leeft.
En daar tijdens die bekeringsactie van Johannes, op de grens tussen leven en dood, is hij er opeens: Jezus. Johannes herkent hem als de Messias, degene die door God gezonden is. In de vertelling van Matheus ontstaat een soort woordenwisseling tussen de twee neven die in geen van de andere evangelies voorkomt. Johannes vindt het niks en probeert hem tegen te houden. ‘Moet ik jou dopen?!’, roept Johannes uit. ‘Nee jij zou mij moeten dopen!’ . Dit is de omgedraaide wereld lijkt Johannes te denken Jezus hoeft niet door het water te gaan. Hij is immers de langverwachte, de belichaming van de Eeuwige. Johannes lijkt te denken in meer of minder, boven of beneden. En Jezus maakt hier als eerste daad, korte metten mee. Laat het maar gebeuren Johannes! Wil Johannes Jezus misschien te veel God laten zijn? Maakt hij hem te heilig? Ik vind het wel een mooi beeld. Dat Jezus hier aan het begin van zijn openbare leven, meteen de zaken zachtmoedig op zijn kop zet. Jezus is geen schreeuwer, zoals Johannes. Jezus schreeuwt niet, hij verheft zijn stem niet, hij roept niet luidkeels in het openbaar. Met zachte stem – zo stel ik me dat voor – maant hij Johannes gewoon te doen wat hij doet. Mensen dopen. Jezus gaat daarin mee. Hij gaat door het water van die grensrivier. En tegen Johannes zegt hij ‘het is goed dat we op deze manier Gods gerechtigheid vervullen.’ De eerste zin dit Jezus spreekt staat in het teken van gerechtigheid. Hoe mooi is dat! Met Maria en Josef als ouders heeft Jezus gerechtigheid met de paplepel ingegoten gekregen. Maria zong al voor zijn geboorte over barmhartigheid en gerechtigheid en ik denk dat Josef hem leerde dat er niks mis is om met je handen te werken. Niemand is beter, meer dan een ander mens. Misschien is dat wel waar de kiem van gerechtigheid ontstaat. Ik ben oké. Jij bent oké. Dat lijkt simpel maar hoe gemakkelijk schieten we onwillekeurig toch niet in het oordelen. Vaak zonder dat we daar erg in hebben, denken we onbewust dat wij gelijk hebben en de ander niet. Ik ben oké. Jij bent oké.
Het feit dat Jezus zich tussen mensen bevindt en met hen door het water gaat laat mij ook iets zien van dat dit soort dingen altijd een proces zijn, een weg van leren, inzicht en oefening. Die doop – ook die van Jezus niet- is geen wondermiddel. Die doop een is een begin, een uitdaging, een oproep om anders te leven. Voor Jezus, voor ons. Een oproep of aansporing om niet louter voor jezelf maar oprecht proberen te leven ten dienste van anderen. Leven vanuit een ander perspectief. Ik ben oké. Jij bent oké. En dan breken de wolken en opent de hemel zich. Het wordt licht. Ik ben oké. Jij bent oké. Ik denk dat God glimlacht. En wie weet mogen we dan ervaren dat iets hier weerklinkt, ook als het over jou gaat: ‘Lief mensenkind. In jou schep ik vreugde!’
GELOOFSLIED:
zat. Jij leert mij vliegen
zon. Te doen gerechtigheid
KLAARMAKEN VAN DE TAFEL | COLLECTE | MUZIEK
VOORBEDE
Zoals Jezus op zijn levensweg keer op keer ruimte maakte om te bidden, zo willen wij hier met elkaar bidden tot jou, goede, barmhartige god. Wij bidden voor mensen die op zoveel plekken in de wereld moeten leven als in woestijn. Situaties die bar en boos zijn en waarin mensen hopen op verandering, verbetering en bevrijding. We denken aan mensen op de vlucht, die hun toekomst niet zeker zijn. Dat zij getroost mogen worden en dat de hemel zich over hen zal ontfermen en dat de goede geest met hen zal zijn.
ZA | ZO Luister Heer, ontferm, U over ons
Wij bidden voor mensen die steeds opnieuw opstaan en zich – in het spoor van Jezus- niet laten afleiden van het werken aan gerechtigheid voor al wat leeft. We denken aan de mensen, dieren, natuur in Australië die getroffen zijn door ongekende bosbranden en alle mensen die daar helpen waar ze kunnen. ZA | ZO Luister Heer, ontferm, U over ons
Wij bidden voor mensen die getroffen zijn door ziekte die hun leven en dat van hun naasten voorgoed veranderd heeft. Laat hun voelen dat de hemel spreekt in veel lieve mensen die meeleven en proberen een stukje van de zorg mee te dragen. ZA | ZO Luister Heer, ontferm, U over ons
Wij bidden voor de momenten in ons eigen leven als we het niet meer weten. Zaken die we ongezegd bij jou neer leggen en die zijn opgeschreven in ons intentieboek. Mensen van wie we afscheid moesten nemen. We vergeten ze niet en blijven hun namen noemen. ZA Luister Heer, ontferm, U over ons | ZO Gedenk ons hier bijeen
TAFELGEBED
In dankbaarheid noemen wij jouw naam, God, schepper van al wat is, Jij die ons adem geeft, ons tot leven wekt,
jij die met ons meetrekt, ons bevestigt op onze weg,
jij die liefdevol nabij is, ons erkent om wie wij zijn,
jij die ons aanvaardt, ons ruimte en vrijheid geeft,
om tot bloei te komen, mens te worden, ten volle.
In dankbaarheid noemen wij zijn naam, Jezus, één met Jou, één met ons, die ons voorging op zijn weg zich liet dopen,
Jou aansprak als Vader, mensen deed opstaan, licht gaf aan blinden, stem gaf aan doven, hoop gaf aan onderdrukten,
mensen tot leven wekte ja zei tegen Jou, ja zei tegen Liefde, ja zei tegen elke mens. Zo herinneren wij ons in dankbaarheid, de avond voor zijn sterven, waar Hij het brood nam, het zegende en brak met de woorden: ‘dit ben Ik en Ik zeg jullie, dat jij met mij aan tafelzult eten en drinken in het huis van mijn Vader. ‘
Zo nam hij ook de beker, met alles wat Hem lief en heilig was, en gaf deze aan hen die bij Hem waren met de woorden: ‘neem de beker van mij over en drink hem samen; maak een nieuw begin en doe wat ik heb gedaan.’ Zo willen wij telkens weer opnieuw gedoopt worden in zijn Geest, zo willen wij het leven vieren, in zijn Geest, verbonden met elkaar, verbonden met Jou, God,
zo willen wij bidden, als geliefd kind van Jou, met woorden die Jezus ons heeft gegeven: ONZE VADER
VREDESWENS| VREDESLIED:
zat. Een vogel vloog in het begin
zon. Da pacem domine
BREKEN EN DELEN
LIED:
zat. CD
zon. Eet en drinkt van brood en wijn 72
GEBED
Eeuwige, profeten spraken over omkeer en recht.
Jouw zoon ging door water, sprak over gerechtigheid
en de hemel ging open. Wij hoorden jouw woord
deelden leeftocht. Laat ons voortgaan als mensen
die gerechtigheid voor ogen hebben, zoals Jezus ons dat voorleefde. Brood en wijn gedeeld opdat hemel op aarde
waar wordt. Amen
MEDEDELINGEN | SLOTGEDACHTE
De Vrede – Toon Tellegen
Kijk, daar gaat de vrede.
Iedereen springt op.
Waar? Daar! In die blauwe jas!
Ze drukken hun neus tegen het raam,
leunen op elkaars schouders.
Hij is heel klein.
Ze hebben hem nog nooit gezien.
Ze roepen: vrede! vrede!
Hij hoort hen niet,
verdwijnt uit hun gezicht.
Ze voelen hun hart bonzen
en gaan weer naar binnen, grijpen elkaar beet
en aarzelen.
Moeten ze elkaar doodslaan of moeten ze elkaar kussen?
Wat moeten ze doen?
Jij mag het zeggen, fluisteren ze.
Nee, jij.
Nee, jij!
Jij!!
ZEGENWENS
Laat ons gaan van hier
wetend dat de hemel
de aarde raakt
op momenten
dat mensen
het mooiste aan elkaar geven
en uit volle borst durven zingen
over liefde en gerechtigheid.
Laat ons gaan van hier
in de wetenschap dat we
hoeders zijn van elkaar.
Dan glimlacht hij, die we noemen
Vader/ moeder, zoon en goede geest.
SLOTLIED:
zat. Een blinde ziet, een dove hoort
zon. Om warmte gaan wij een leven 124