SanSalvatorgemeenschap 18-19 juli 2015
Thema: Wat bezielt de Goede Herder?
Voorganger: Martien van Stiphout
Openingslied: Voor mensen die naamloos
Begroeting en welkom
Enige, Gij komt ons tegemoet als de goede herder, die medelijden voelt met dolende mensen zonder herder!
Met lied en inspirerende woorden van harte welkom.
Het thema ‘Niemand heeft ooit God gezien’ hebben we vorige keer overwogen. God laat zich niet vinden in één beeld van de werkelijkheid, maar hij is steeds op zoek naar de mens om hem tot samenwerking uit te dagen. Diverse woorden en beelden staan ons ter beschikking die iets van Gods wezen zeggen. Wellicht is het beeld van de Goede Herder het meest compleet.
In de bijbel wordt telkens weer gesproken over slechte herders, die hun kudde verwaarlozen of misbruik maken van hun positie, zodat de kudde verloren loopt. Gelukkig lezen we in de bijbel ook, dat God zelf dan de herderstaak op zich zal nemen en de schapen weer bijeenbrengt. Hij brengt hen naar een eenzame plaats: een plek om op verhaal te komen; om zicht te krijgen op een nieuwe levenstaak. Vervolgens stelt Hij nieuwe herders aan, die recht en gerechtigheid zullen doen. Wat bezielt de Goede Herder?
Openingsgebed psalm 23
De Heer is mijn herder, niets kom ik tekort;
Hij laat mij weiden op groene velden.
Hij brengt mij aan water, waar ik kan rusten;
Hij geeft mij weer frisse moed.
Acclamatie: Voor kleine mensen is hij bereikbaar
1ste lezing: Jeremia 23, 1-6
Jeremia klaagt de leiders van het volk aan met het beeld van slechte herders. Maar God zal een echte herder doen op staan.
‘Wee de herders die de schapen van mijn weiden in het verderf storten en laten verdwalen – spreekt de Heer. Daarom – dit zegt de Heer, de God van Israël, tegen de herders die mijn volk weiden: Jullie hebben mijn schapen verjaagd en laten verdwalen, en jullie zijn ze niet gaan zoeken. Daarom ga ik jullie zoeken: ik zal jullie straffen voor je kwalijke praktijken – spreekt de Heer. Wat er nog van de schapen over is, zal ik bijeenbrengen uit alle landen waarheen ik ze verjaagd heb. Ik breng ze terug naar hun weide, ze zullen vruchtbaar zijn en in aantal toenemen. Ik zal herders over ze aanstellen die ze zo zullen hoeden dat ze geen angst meer kennen en er niet één zal worden gemist – spreekt de Heer.
De dag zal komen – spreekt de Heer – dat ik aan Davids stam een rechtmatige telg laat ontspruiten, die als koning een wijs beleid zal voeren en die in het land recht en gerechtigheid zal handhaven. Dan wordt Juda verlost en zal Israël in vrede leven. Zijn naam zal zijn: “De Heer is onze gerechtigheid.”
Tussenzang: Te doen gerechtigheid
2de lezing: Marcus 6, 30-34
Jezus voelt medelijden met de menigte, want zij zijn als schapen zonder herder.
De apostelen kwamen weer terug bij Jezus en vertelden hem over alles wat ze gedaan hadden en wat ze de mensen onderwezen hadden. Hij zei tegen hen: ‘Ga nu mee naar een eenzame plaats om alleen te zijn en een tijdje uit te rusten.’ Want het was een voortdurend komen en gaan van mensen, dat ze zelfs niet de kans kregen om te eten. Ze voeren met de boot naar een afgelegen plaats, om daar alleen te kunnen zijn. Maar hun vertrek werd opgemerkt en velen hoorden ervan, en uit alle steden haastten de mensen zich over land naar die plaats en kwamen er nog eerder aan dan Jezus en de apostelen. Toen hij uit de boot stapte, zag hij een grote menigte en voelde medelijden met hen, omdat ze leken op schapen zonder herder, en hij onderwees hen langdurig.‘
Acclamatie za: Een schoot van ontferming – zo: Was jij mijn herder
Overweging
De leerlingen van Jezus hoeven aanvankelijk niets te doen dan bij hem te zijn en hem te volgen. Zij blijven in zijn nabijheid; zijn de eerste toehoorders van zijn woorden en ook de eerste getuigen van de wondere daden onder mensen. Zo leren ze hem kennen! Vervolgens zendt Jezus hen uit om wat zij gehoord en gezien hebben zelf uit te dragen: ze worden op stage gestuurd en ontwikkelen het vermogen om te gaan met onreine geesten en doodlopende situaties. Preken en genezen is nu hun opdracht. Over de stage zelf vernemen we niet veel, wel over hun terugkeer. Ze komen rond Jezus bijeen en doen hun verhaal; brengen verslag uit van wat ze gedaan en geleerd hebben. Het is een indrukwekkende beleving voor de twaalf, die nu voortaan apostelen genoemd worden.
Dat ze het goed gedaan hebben blijkt, want een grote menigte trekt hen achterna, door de kracht die van hen uitgaat. Dat ondervinden de apostelen, maar Marcus richt alle aandacht op Jezus, die zojuist vernomen heeft dat Johannes de Doper gedood is: ‘kom nu eens zelf mee naar een eenzame plaats om alleen te zijn en rust daar wat uit.’ Jezus nodigt de twaalf uit van alles afstand te nemen en de eenzaamheid in te gaan. Daar wil Jezus zijn leerlingen de kans bieden om dieper in te gaan op het mysterie van zijn persoon. Het gebeurt in de bijbel wel vaker dat grote en belangrijke dingen, die met God te maken hebben, in de woestijn plaats hebben. De eenzaamheid van de woestijn nodigt ertoe uit om alle bijkomstigheden achter je te laten. Zo kan men zich meer en beter toespitsen op het essentiële.
Jezus grijpt het gebeuren aan om zijn leerlingen te leren wie hij werkelijk is. Niet zozeer met woorden, maar daadwerkelijk. ‘Hij voelde medelijden met hen, omdat ze leken op schapen zonder herder; en hij onderwees hen langdurig.’ Een beter beeld om zijn apostelen duidelijk te maken wie hij is, zal moeilijk te vinden zijn. Door medelijden bewogen ging Jezus weer aan het werk met mensen. Hij toont hen waar het ten diepste op aankomt in de omgang met mensen. De diepste emotie en enige motor voor alle apostolaat, is
bewogen zijn om mensen, om hun geluk en welzijn, zeker als het leven hun uit handen valt. Dit kun je weten, maar je moet het vooral in de praktijk ervaren; je moet het ondergaan als pelgrim en goede herder.
In ‘Daarheen en verder’ vertelt Hans Waegemakers over die levenshouding. Meer dan ooit is het leven een pelgrimstocht, waar het gaat om verder trekken, voortgaan: je trekt weg en laat het vertrouwde achter je; je deelt de weg een tijdje met mensen die je niet kent en die je daarna wellicht nooit meer zult zien. In die situatie kun je jezelf op een vreemde manier tegenkomen. Bij het verlaten van je thuis ben jijzelf het enige vertrouwde dat je meenam. Maar de andere, soms eenzame omgeving laat je vaak ontdekken dat je jezelf helemaal niet zo vertrouwd was als je dacht, en dat je misschien toch niet helemaal beantwoordt aan het beeld dat je in de spiegel over jezelf gekregen hebt. De pelgrimstocht heeft bij veel mensen een grondige confrontatie met zichzelf teweeg gebracht. Velen werden er blijvend door veranderd in hun kijk op het leven en op wat belangrijk of bijzaak is.
In de bijbel gaat de goede herder een reis naar binnen in het spoor van Abraham: trek weg uit jezelf, het vertrouwd religieuze, je houvasten en zekerheden om je te begeven in de leegte en verzoeking van de woestijn, waar alle houvast verdwijnt, en waar de toekomst onzeker is. Onderweg rollen tranen over je wangen, want ‘de weg naar vrijheid kan ongelooflijk pijn doen, je zelfs in totale paniek brengen als je meent je identiteit te verliezen.’ Wat ons vandaag in het evangelie wordt voorgehouden geldt voor iedereen: God leer je niet kennen in tastbaarheid, maar door zijn woord in praktijk te brengen: ‘Dood elkaar niet, besteel elkaar niet, bedrieg elkaar niet, begeer niet wat van een ander is, eer je vader en je moeder, behandel je slaven rechtvaardig en laat ze op tijd rusten. …’ Zijn naam zal zijn: ‘De Heer is onze gerechtigheid.’ Het moeilijkste in ons geloof is wellicht: werkelijk durven vertrouwen dat onze God in gerechtigheid en liefde woont, en eigenlijk alleen daar kan worden gevonden. (Peter Schmidt in Pelgrimage)
Daarheen en verder is een inspirerend verhaal van een begenadigd verteller, die aandacht doorgeeft. Zijn reisverslag is een leerweg. Zij die werkelijk op pelgrimstocht gingen, getuigen unaniem dat de tocht zelf veruit hun belangrijkste ervaring was. Natuurlijk zijn ze blij de bestemming te bereiken, maar de tocht is het waar alles gebeurde: wat je op je tocht ontmoet en meemaakt dat bepaalt de kwaliteit van de pelgrimage.
Er zijn goede en zelfzuchtige herders. Herders die het wel geloven, die meer zichzelf weiden en zichzelf meer goed doen dan hun kudde. En er zijn herders die groeien in aandacht en betrokkenheid bij mensen. Zo doende lijken zij op de Goede Herder die we God noemen. Het zijn trouwe volgelingen van Jezus, die bezielt en meeleeft met mensen, opdat zij niet verloren lopen of uiteengedreven worden.
Geloofslied: Zijt Gij mij, God, een herder
Klaarmaken van de tafel en collecte met muzikaal intermezzo
Voorbede
Bidden wij dat wij in onszelf een diepe gevoeligheid ontwikkelen
voor de nood van onze medemensen,
dat we ‘omzien naar elkaar, respect hebben voor elkaar,
voor elkaars lief en leed, dat we elkaar niet voorbijlopen,
maar de ander in het gelaat durven zien.
Keer ons om naar U toe
Bidden wij dat wij onze eigen motieven en verlangens,
onze eigen angst en heimwee niet projecteren op anderen,
maar een onzelfzuchtigheid ontwikkelen,
gedragen door een groot inlevingsvermogen,
zoals Jezus medelijden voor de menigte voelde.
Keer ons om naar U toe
Bidden wij voor wie ons ter harte gaan; mensen die ons in beweging zetten:
slachtoffers en nabestaanden van de vliegramp MH17.
Voor vakantiegangers en thuisblijvers en voor geliefde doden
Keer ons om naar U toe
Tafelgebed
Onze Vader
Vredewens
Vrede over jou en wie je tegenkomt: dat er zegen op jullie rusten mag. Een woord van vrede heb je nodig!
Vredeslied za: Vrede voor jou – zo: Vrede zij u van God
Communie
Dit brood doordringt ons van Jezus’ manier van leven. ‘Ontvang wie je bent en word wat je ontvangt!’
Tijdens de communie: muzikaal intermezzo
Slotgebed
Enige, Gij die onze behoeder zijt, door medelijden bewogen zijt Gij herder geworden van ons allen. Wij bidden U: laat ons naar elkaar omzien zoals Gij omziet naar ons, opdat niemand van ons aan eenzaamheid ten gronde gaat. Amen.
Goed om te weten
Zending en zegen
Vrede de plek waar je het allerliefst alleen bent om tot rust en inkeer te komen. Vrede de plek waar je anderen ontmoet en goede woorden met hen deelt. Vrede waar je ook bent en met wie ook: dat er zegen op ieder rusten mag: die van de Vader, Zoon en heilige Geest.
Slotlied: Om warmte gaan wij een leven