De poort van samen delen

SAN SALVATORGEMEENSCHAP |3 juli 202 | eerste communie- en vormselviering

De poort van samen delen

Voorganger Franneke

Koor Melodiek o.l.v. Hans Waegemakers |  Pianist Coby Wagemans | Fluit Maria Werner

Openingslied  dit huis is een huis

Welkom

Vandaag doen Neomy, Sheenie Mae, Nila en Maite hun eerste communie. De afgelopen weken kwamen we regelmatig bij elkaar om dit moment voor te bereiden. We gingen samen door verschillende poorten en leerden over het land van God. Ferran de broer van Nila en Maite deed mee. Ferran deed een paar jaar geleden zijn eerste communie en krijgt vandaag een vormselzegen. 

Het land van God is niet alleen een land van praten en doen. Het is ook een plaat waar het stil mag zijn. Laten we aan het begin van deze viering de stilte zoeken in onszelf. De stilte waarin we de fluistering van God kunnen verstaan. De fluistering die ons uitnodigt op weg te gaan.

Gebed

Goede God
Dankzij Jezus zijn we hier bij elkaar.
Hij heeft ons gevraagd,
te blijven werken aan een mooie wereld
en op die manier te blijven denken aan hem.
Hij heeft ons laten zien,
hoe jouw liefde door de wereld gaat,
hoe jij er voor ons wilt zijn.
Laat dit uur een feest van liefde zijn,
een feest van verbondenheid met elkaar
een feest van verbondenheid met Jezus,
die ons vraagt met elkaar te delen,
in de naam van jou God
die we kennen als Vader, Zoon en Goede Geest. Amen.

Acclamatie

Bij u is de bron van het leven

 Eerste lezing  Het mosterdzaadje  MARCUS 4 30-34 

Jezus zei verder: ‘Willen jullie weten waar Gods nieuwe wereld op lijkt? Ik zal nog een voorbeeld geven. Gods nieuwe wereld lijkt op een mosterdzaadje. Dat is het kleinste zaadje dat er is. Maar als je het zaait in de grond, dan groeit er uit dat kleine zaadje een boom. Die boom wordt het grootst van alle planten en krijgt dikke takken. In de schaduw van die boom kunnen vogels hun nest bouwen.’

Lied de Boom is de aarde dankbaar

Verhaal

Tobi gaat met zijn moeder naar de markt. Hij helt haar de verse groenten uit hun tuin uit te stallen. Als dat gedaan is kijk hij of hij vriendjes ziet met wie hij kan spelen.

Ha daar is Joram, zijn buurjongen. Die komt al naar Tobi toe en vraagt: ‘Ga je mee de heuvels is? Jezus is daar. Misschien gaat hij weer een verhaal vertellen.”

‘Ja,’ zegt Tobi, ‘even mijn moeder vragen of ik weg mag.’ Zijn moeder heeft zijn hulp niet meer nodig. Ze doet een paar broden en gedroogde visjes in een mandje en zegt: ‘Neem die maar mee voor vanmiddag.’ Het is lente. De zon schijnt. Overal op de groene heuvels bloeien bloemen. Al snel merken Tobi en Joram dat zij niet de enigen zijn die Jezus willen zien. Er zijn een heleboel mensen onderweg. Ook zieke mensen die geloven dat Jezus hem beter kan maken. Jezus zit met zijn leerlingen op een mooie rustige plek die nu volstroomt met mensen. Tobi en Joram vinden een plaatsje heel dichtbij. Zo kunnen ze het goed horen als Jezus iets vertelt. En Jezus vertelt. Hij vertelt over het land van God dat lijkt op een klein mosterdzaadje. Een heel klein zaadje. Je kunt het haast niet zien. Maar als het in de aarde valt, gaat het groeien. Dat wordt het een grote boom met heel veel takken en bladeren.

Jezus kijkt de kinderen aan en zegt: ‘Is dat geen wonder? Zo’n piepklein zaadje en dan zo’n grote boom. De vogels kunnen hun nesten erin bouwen! Zo is het ook met het land van God. Dat begint heel klein, maar het groeit en groeit….’

Tobi en Joram zien dat Jezus zieke mensen bij zich roept en hen beter maakt. Maar dan komt Filippus, een van de leerlingen die Jezus overal volgen, naar hem toe. ‘De zon gaat bijna onder’, zegt hij. ‘Het wordt tijd dat de mensen naar huis gaan om te eten.’

Jezus zegt ‘We kunnen hen niet zonder eten naar huis sturen. Geven jullie ze maar te eten.’ Verbaasd kijkt Filippus Jezus aan. ‘Maar Jezus, er zijn hier wel vijfduizend mensen, dat kunnen we toch niet. We hebben geen geld om zoveel brood te kopen.’

Tobi heeft alles gehoord. Hij heeft zijn brood en vissen nog niet opgegeten. Hij laat ze aan Filippus zien ent zeg: ‘Die mag Jezus wel van me hebben.’

‘Hier is een jongen met vijf broden en twee vissen,’ zegt Filippus tegen Jezus. ‘Het is iets, maar veel te weinig om iedereen te eten te geven.’ ‘Wil je die aan mij geven?’, vraagt Jezus. ‘Dat is lief. Laat alle mensen maar gaan zitten in het gras.’

Als iedereen zit, pakt Jezus een brood uit het mandje van Tobi en houdt het omhoog. ‘Dank u God, Schepper van het heelal voor het koren dat groeit op de aarde en voor dit brood dat ervan gemaakt is.’

Dan breekt Jezus het brood in stukken en deelt het uit. Alle broden en vissen deelt hij uit. En iedereen kan eten zoveel hij wil.

‘Het lijkt wel of we in het land van God zijn,’ zegt Tobi tegen zijn vriend. Als niemand meer honger heeft zegt Jezus: “Haal nu maar op wat er over is, want het is zonde als er iets wordt weggegooid.’ De leerlingen halen twaalf manden met brood op.

En dan, dan is het tijd om naar huis te gaan. Jezus staat op en zoek een stil plekje voor zichzelf. Tobi en Joram gaan op weg naar huis. Het is al donker als ze thuiskomen. Tobi vertelt het hele verhaal van de broden en vissen die genoeg waren voor iedereen aan zijn moeder. ‘Misschien Tobi, misschien is Jezus wel een koning. Maar dan wel een heel andere dan iedereen denkt,’ zegt ze.

Acclamatie Oren en ogen

Overweging – gesprek met de kinderen en grote mensen

 Geloofsbelijdenis

Ik geloof in het land van God
waar mensen, allemaal verschillend,
thuis mogen zijn.
Ik geloof dat God van iedereen houdt.
Ik geloof dat iedereen iets goeds in zich heeft
Ik geloof in het land van God
waar mensen eerlijk delen wat ze hebben.
Ik geloof in mensen die het goede proberen.
Ik geloof in Jezus die ons liet zien
wat God bedoelt met goed leven.
Ik geloof in het land van God
waar ruimte is voor verdriet en tegenslag.
Ik geloof in vallen en opstaan.
Ik geloof in dat alles wat je meegemaakt hebt een reden heeft.
Ik geloof in het land van God
waar mensen niet bij de pakken neerzitten
maar zoeken naar nieuwe wegen.
Ik geloof in de geest, die in beweging zet
Ik geloof in dat de aanhouder wint
Ik geloof in het land van God
waar mensen zich verwonderen over al wat leeft.
Ik geloof in dank je wel zeggen.
Ik geloof dat ik hier niet zomaar ben.

Allen

Wij geloven in het land van God,
in de toekomstmuziek,
maar ook in het hier en nu.
Wij geloven in het land van God
waar mensen oog  hebben voor anders is
en niet gang om ruimte te maken.
Wij geloven in het land van God
waar altijd nog een lichtje brandt
en leven sterker blijkt dan de dood.
Dat land van God  is een land van samen.

Vormselzegen

Geloofslied Er is een land voorbij de poort.

 De gaven worden op tafel gezet | kaarsjes aansteken

Instrumentale muziek

Voorbeden

Wij bidden tot jou lieve god
dat kinderen overal op de wereld
veilig op kunnen groeien,
dat zij naar school kunnen
en voldoende ruimte hebben om te spelen,
te lachen en kind te zijn.
Jij hart ….
Wij bidden tot jou lieve god
denk aan alle mensen op de wereld
zorg dat mensen vrienden worden en geen oorlog voeren.
zorg dat mensen delen zodat niemand honger hoeft te hebben
zorg dat mensen veilig kunnen wonen en niet hoeven vluchten.
jij hart
Wij bidden tot jou lieve god
voor mensen die ziek zijn, zich alleen voelen
voor kinderen die gepest worden
en mensen die verdrietig zijn
dat zij mogen voelen dat er iemand is die om hen geeft.
Jij hart
Lieve God een van de poorten van het land van God was de poort van de herinnering. We geloven dat als mensen dood zijn, zijn ze niet zomaar verdwenen. We dragen ze bij ons in ons hart. Hun namen blijven klinken in ons midden.

Koester de namen

Tafelgebed

In de geest God zijn wij hier samen, als vrienden aan één tafel,
om Jou te danken voor alles wat groeit en bloeit, voor de wereld waarop wij wonen, dat Jij een moeder en vader wilt zijn, voor grote en kleine mensen, dat Jij ons roept om goed te zijn, om te delen met elkaar.
Wij danken Jou voor Jezus van Nazareth, een bijzonder mens
die zorgde dat iedereen mee mocht doen en ons leerde te blijven werken aan  dat land van god, in vriendschap met elkaar.
We zijn rond deze tafel om te denken aan Jezus. Op de laatste avond vierde hij feest met zijn vrienden en vriendinnen. Jezus nam het brood in zijn handen en zei  God, dank je wel voor het koren dat groeit op de aarde  en voor dit brood dat ervan gemaakt is.  We delen dit brood hier met elkaar. Dit brood is als mijn leven.

Toen nam Hij een beker druivensap  gaf die aan zijn vrienden en zei: Dank je God voor de druiven die groeien op aarde
Voor het sap dat ervan gemaakt is. Deel deze beker met elkaar zodat niemand meer dorst zal hebben.Brood en dit sap zijn zoals ik.  Deel met elkaar  en als jullie dit doen Denk dan aan mij.De dag daarna is Jezus gestorven  maar niet voorgoed. Iedere keer als wij samenzijn, als vrienden aan één tafel, ontmoeten wij Jezus, in het delen van brood en wijn en zijn we met elkaar in het land van God dat land waarin mensen samen delen wat ze hebben.

Onze Vader

Vredeswens

Vredeslied Vrede voor jou

Uitnodiging aan de tafel

Onze verhalen gingen over samen eten. Begin maar te delen van wat je hebt, zei Jezus. Als we wat we hebben delen met elkaar is er meer dan genoeg voor iedereen.

Instrumentale  muziek | Communielied met het licht van de zon

Mededelingen

Slotgedachte

Dat land van God?

‘Het is onmogelijk’, zei trots.

‘Het is riskant’, zei ervaring.

‘Het is zinloos’, zei rede.

‘Probeer het gewoon’, fluisterde het hart.

Zegenwens

Slotlied   Zo dat ik aarde zou bewonen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Nog geen reacties

Reactie plaatsen