Verdeeldheid & geestkracht

9 juni 2024

Voorganger Franneke Hoeks | Openingslied Van God is de aarde en die haar bewonen

 WelkomVandaag een viering vol tegenstellingen. Er klinken verhalen vol zwart-wit, wij-zij, leven-dood. Het gaat vandaag over verdeeldheid, over spanningen tussen groepen mensen en over woorden die voor verdeeldheid zorgen.  Met ons verhaal uit het oude testament duiken we in de geschiedenis van het Joodse volk. Het gaat over groepen tegenover elkaar: spanningen tussen de verschillende stammen van het joodse volk en conflict met omliggende volkeren. Geen gemakkelijke kost, maar verhalen die ook nu zouden kunnen klinken. Ook in Marcus gaat het over tegenstelling en spanningen. Familie die wil zorgen voor wat eigen is. Farizeeën die Jezus de mond willen snoeren en Jezus die zijn eigen weg gaat. Dat klinkt allemaal heel ingewikkeld en dat is het ook. Als San Salvator gemeenschap willen we in de wereld staan en onze ogen niet sluiten voor wat moeilijk, schrijnend en onrechtvaardig is. Samen zoeken we naar licht en klaarheid in wat vaak zo hopeloos lijkt. Een oefening in het vinden van geestkracht in moeilijke tijden zou je kunnen zeggen.Gelukkig beginnen we als gelovige mensen niet met totaal lege handen. We hebben verhalen om van te leren. We hebben liederen en gebeden die ons inspireren. We hebben elkaar als gemeenschap waar we samen zoeken en hopelijk ook iets vinden. En we mogen vertrouwen op wat we God noemen, iemand/iets, een hij/zij …. niet in woorden te vangen maar wel bron en dragende kracht in ons bestaan. We zongen over deze scheppende kracht die de aarde en al wat er op leeft draagt. Aan het begin van onze viering richten we ons tot God. We zoeken de stilte, voelen hoe onze voeten de grond raken en door de aarde gedragen worden.  In de stilte voelen we onze adem, ooit in de eerste mens ingeblazen door de Eeuwige.

GEBED
Eeuwige, lichtende, schepper van al wat leeft
Hier zijn wij, mensen ieder met een eigen verhaal.
Jij  beweegt ons, Jij kent ons, Jij brengt ons bijeen.
Onvolkomen en begrensd als wij zijn, kunnen we hier, bij jou, zijn, wie we zijn, met onze lichte en donkere kanten.
Bij jou mogen we worden tot het mooiste wat in ons zit.
Eeuwige, lichtende, Schepper van al wat leeft, maak ons dit uur open voor woorden van verbinding en trouw, laat ons groeien tot mensen onkreukbaar met licht geladen,met rechtvaardige handen vol van jouw geestkracht.Eeuwige, lichtende schepper van al wat leeft,  wees onze bevrijder en doe ons gaan op jouw weg. Amen.
Acclamatie Wek uw kracht II

 Een kleine geschiedenisles
We hebben de bijbel opgelegd bij het boek Rechters. Het boek ‘Rechters’ gaat over de periode waarin het Joodse volk de overgang maakt van een rondtrekkend volk, naar samen leven op een vaste plek. Het land was onder de verschillende stammen verdeeld . Van eenheid was nog geen sprake. Er was spanning met de omliggende volkeren en onderling boterde het niet altijd even goed tussen de 12 stammen van Israël.
De verhalen in het boek rechter laten steeds een zelfde patroon zien. Het volk wendt zich af van hun god, er ontstaan misstanden en dan wordt er een rechter (man of vrouw) aangesteld die orde op zaken stelt. Als deze rechter weer van het toneel verdwijnt herhaalt de geschiedenis zich.
Het Hebreeuwse woord sjofeet, dat vertaald wordt als ‘rechter’ of ‘richter’, is een titel voor een militaire of bestuurlijke leider.
In het verhaal vandaag speelt Jefta, een rechter, de hoofdrol. Jefta komt uit Gilead, een gebied aan de overkant van de Jordaan dat hoort bij de stam Manasse. Hij is de buitenechtelijke zoon van Gilead en een naamloze prostituee. Jefta’s halfbroers willen niet dat hij deelt in de erfenis en jagen hem weg. Jefta sluit zich daarom aan bij een groep avonturiers buiten Gilead. Als de Ammonieten proberen het gebied Gilead te veroveren, halen de oudsten van Gilead  Jefta over hun legeraanvoerder te worden. Jefta brengt de Ammonieten een gevoelige nederlaag toe. Die overwinning van de stam Gilead zet weer kwaad bloed bij de Efraimieten, een andere stam. Daar begint ons verhaal vandaag.
Geen gemakkelijk verhaal zoals oorlog en geweld nooit gemakkelijke verhalen zijn. Het is een verhaal om even stil van te worden.

1E LEZING  Rechters 12, 1-6
De Efraïmieten brachten een leger op de been en staken de Jordaan over naar Safon. ‘Waarom bent u tegen de Ammonieten opgetrokken zonder ons erbij te betrekken?’ wilden ze van Jefta weten. ‘We zullen u met huis en al verbranden!’ Jefta antwoordde hun: ‘Toen mijn volk en ik in oorlog waren met de Ammonieten heb ik u opgeroepen, maar u bent me niet te hulp gekomen. Dus toen ik merkte dat er van uw kant geen hulp te verwachten was, ben ik met gevaar voor eigen leven zelf tegen de Ammonieten ten strijde getrokken, en de Eeuwige heeft ze aan mij uitgeleverd. Waarom valt u mij nu dan aan?’
Daarop riep hij alle mannen van Gilead op, bond de strijd aan met de Efraïmieten en versloeg hen. De Efraïmieten hadden namelijk gezegd: ‘Jullie zijn niets anders dan een stel gevluchte Efraïmieten. Gilead hoort bij Manasse, en dus evengoed bij Efraïm!’ Daarna bezetten de Gileadieten de oversteekplaatsen van de Jordaan om de Efraïmieten de terugtocht te beletten. Wanneer een Efraïmiet die wilde vluchten vroeg of hij de rivier mocht oversteken, vroegen ze hem: ‘Kom jij uit Efraïm?’ Dat ontkende hij natuurlijk, maar dan vroegen ze: ‘Zeg eens “sjibbolet”.’ Als hij dan ‘sibbolet’ zei, en het woord dus niet goed uitsprak, grepen ze hem en doodden ze hem ter plekke. Er sneuvelden in deze strijd niet minder dan tweeënveertigduizend Efraïmieten.

Stilte

Lied Goed is dat je niet doet wat slecht is

 2E LEZING Marcus 3, 20-35  Toon van Mierlo
Jezus ging terug naar huis, en weer verzamelde zich een menigte, zodat ze zelfs niet de kans kregen om wat te eten. Toen zijn verwanten hiervan hoorden, gingen ze op weg om Hem, desnoods onder dwang, mee te nemen, want volgens hen had Hij zijn verstand verloren.
Ook de schriftgeleerden die uit Jeruzalem gekomen waren, zeiden: ‘Hij is bezeten door Beëlzebul,’ en: ‘Dankzij de vorst der demonen kan Hij demonen uitdrijven.’ Toen Hij hen bij zich geroepen had, sprak Hij tot hen in gelijkenissen: ‘Hoe kan Satan zichzelf uitdrijven? Als een koninkrijk innerlijk verdeeld is, kan dat koninkrijk niet standhouden; als een gemeenschap innerlijk verdeeld is, zal die gemeenschap niet kunnen standhouden. En als Satan tegen zichzelf in opstand komt en innerlijk verdeeld is, kan ook hij niet standhouden, maar gaat hij zijn einde tegemoet. Bovendien kan niemand het huis van een sterke man binnengaan om zijn inboedel te roven, als hij die man niet eerst vastgebonden heeft; pas dan kan hij zijn huis leeghalen. Ik verzeker u: alle wandaden en godslasteringen, hoe erg ook, kunnen de mensen worden vergeven, maar wie lastertaal spreekt tegen de heilige Geest, krijgt in alle eeuwigheid geen vergeving, want zo iemand is schuldig aan een onuitwisbare zonde.’ Dit omdat ze gezegd hadden: ‘Hij is bezeten door een onreine geest.’
Intussen waren zijn moeder en zijn broers aangekomen. Ze stuurden iemand naar binnen om Hem te halen. Zelf bleven ze buiten wachten. Er zat een groot aantal mensen om Hem heen. Toen er tegen Hem gezegd werd: ‘Uw moeder en uw broers staan buiten en zoeken U,’ antwoordde Jezus: ‘Wie zijn mijn moeder en mijn broers?’ Hij keek de mensen aan die in een kring om Hem heen zaten en zei: ‘Jullie zijn mijn moeder en mijn broers. Want iedereen die de wil van God doet, die is mijn broer en mijn zus en mijn moeder.’

Acclamatie  Wat staat geschreven

OVERWEGING
Ik ben opgegroeid met verhalen over de tweede wereldoorlog. Mijn vader was een kleine jongen in het centrum van Eindhoven. Hij vertelde over bombardementen, over de verstopte radio en de vrachtwagens die mijn opa bewust onklaar maakte opdat de vijand ze niet zou confisqueren.  Hoe weet je wie je vijand is. Zeg eens ‘Scheveningen’? Onze sch-klank is door anderstaligen bijna niet uit te spreken. In oorlogstijd was het een woord wat duidelijk maakte of je vriend of vijand was. Ons Nederlands sjibbolet zou je kunnen zeggen. Een woord.  Met grote gevolgen.
Als ik met zo’n verhaal van Jefta wordt geconfronteerd en jullie hopen dat ik daar wat zinnigs over ga zeggen dan moet ik even slikken. Wat een heftig verhaal. Zoveel onzinnige doden. Ik weet dat binnen onze gemeenschap wel eens wordt verzucht: deze gewelddadige verhalen moeten we niet lezen. Daar kunnen we niks mee.
En toch ben ik op een vreemde manier blij dat een verhaal als dit hier vandaag klinkt. De verhalen uit het oude testament gaan over mensen lang geleden, maar zijn vaak ook verrassend actueel. Ook nu oorlog en geweld aan de randen van Europa. Ook nu mensen op de vlucht, op zoek naar een veilig heenkomen die nergens terecht kunnen. En in de streek waar die joodse stammen duizenden jaren geleden neerstreken woedt een afschuwelijke oorlog. Wat zou ik voor mens zijn als ik me daar niet druk over zou maken! En natuurlijk ik voel me ook onmachtig, te klein, te onbetekend om in grote conflict situaties ook maar een ieniemienie verschil te kunnen, maar ik wil mijn ogen niet sluiten. Niet voor onrecht nu. Niet voor onrecht toen. Dat we dit verhaal vandaag hier lezen, wakkert mijn boosheid over de gewapende conflicten van nu aan. Waar zijn we als mensen in godsnaam mee bezig. Soms is er geen oplossing, geen eenvoudige hier en nu antwoord, maar misschien moeten we proberen om dat onmachtige gevoel nooit de reden te laten zijn om deze verhalen uit de weg te gaan.
De stammen van Israël maken er een potje van. Na de bevrijding uit Egypte zou je denken dat dit volk iets leerde van gezamenlijkheid en samen op trekken. Maar nee die oorspronkelijke verbinding valt keer op keer uit elkaar en dan staan stammen, broeders  lijnrecht tegenover elkaar. Wat ooit eigen was wordt als vreemd, anders en vijandig gezien.. Een man als Jefta – eerst niet welkom- want zoon van een bijvrouw wordt binnengehaald als militair leider. Jefta vroeg om hulp , maar kreeg het niet.  Als hij als winnaar uit de bus komt – en de ammonieten heeft verslagen, gaat een van de andere joodse stammen mopperen. Waarom mochten wij niet meevechten? Waarom heb je ons niet om hulp gevraagd? Waarom mochten wij niet delen in de oorlogsbuit? Een regelrechte broederstrijd ontstaat en de uitspraak van een woord heeft ruim 40.000 doden tot gevolg. Waanzin. Toen. Maar als ik beelden op TV zie, kranten lees of berichten op mijn telefoon volg dan denk soms ook…. Waanzin. Nu.
Zou er een weg uit dit soort gruwelijke verdeeldheid zijn? Het lijkt misschien eenvoudig als je zelf niet bij het conflict betrokken bent.
Als je in Bijbelverhalen duikt, dan ga je steeds meer zien hoe knap die verhalen zijn opgeschreven. Literatuur van de bovenste plank.  Ook het Marcus-verhaal dat we net hoorden. Vandaag een sandwich verhaal. Familie – farizeeën – familie. Een verhaal in een verhaal
Ook Jezus komt voort uit een van de stammen van Israël.  Jezus komt voort uit de stam van Juda. In de scene die we hier vandaag door het verhaal voor ons zien, gaat het om familie. De broers en zussen, gaan op weg naar Jezus. Hij heeft zijn verstand verloren en ze willen hem meenemen. Verstaan ze zijn boodschap niet of maken ze zich zorgen over de impact die woorden en daden van hun broer hebben.  De familie van Jezus lijkt te willen zeggen, doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg. Hij is zijn verstand verloren!
De schriftgeleerden kwalificeren de genezingen van Jezus als bezetenheid. Hij is bezeten door Beelzebul, duivel, satan. Eén woord dat de daden van jezus in een slecht daglicht probeert te stellen. Tegenwoordig zouden we dit ‘framen’ noemen. Die genezingen waar onbegrijpelijk, wonderlijk.  Door de genezingen koppelen aan Beelzebul proberen ze alle omstanders te overtuigen dat er iets niet pluis is met de daden van Jezus. Een woord. Jezus stelt een vraag. Hoe kan satan zichzelf uit drijven. Satan, diabolos in het Grieks wil zoiets zeggen als verwarrer, iets zaken door elkaar gooit, iets wat mensen uit elkaar drijft, iets wat mensen van het goede afhoudt. Het stellen van vragen is iets wat jij Jezus hoort, net als het vertellen van verhalen. Niet meteen met een tegenargument komen, maar mensen -ons- zelf laten nadenken. Gemeenschap die onderling verdeeld is, houdt het niet vol. Het verhaal van Jefta is daar een gruwelijk voorbeeld van. “Als ik in dienst van de verwarrer werk, ga ik het werk van diezelfde verwarrer toch niet ongedaan maken?’  zegt Jezus tegen de farizeeën.  Dat zou wijzen op innerlijke verdeeldheid bij die verwarrer en dat betekent zijn einde.
Taal, woorden die gebezigd worden daar kan de Eeuwige wel doorheen kijken. Maar wie de geest, Gods geest in een slecht daglicht probeert te zetten, daar heeft onze rabbi geen goed woord voor over. Gods geest, ik denk dan dat het gaat om krachten, verhalen, woorden, daden die mensen bij elkaar brengen, ten diepste bij elkaar brengen. Dat geestkracht. En wie daar tegen is, is tegenstander van de Eeuwige… en ja dat is een onuitwisbare zonde. Straffe taal die aangeeft hoe essentieel die verbindende geestkracht is.
En dan komen we weer terug bij de familie. Familie buitenstaat. Jezus spreekt dan de woorden iedereen die de wil van goed doet is mijn broer en mijn zus en mijn moeder. De verbinding waar Jezus naar streeft is een verbinding die voorbij stammen en familiebanden gaat. Wie gelooft in en probeert te leven vanuit die geestkracht van de Eeuwige hoort erbij.
Ik zeg bewust probeert. Zoveel als we als mensen kunnen en zo knap als we zijn, we zijn ook beperkt, begrensd. Ieder van ons op zijn of haar eigen manier. Dat is niet erg, want dat maakt ons ook grappig, leuk, bijzonder, verrassend en af en toe ook lastig. Ieder van ons op zijn of haar eigen manier. We zoeken naar verbinding, naar dat wat ons ten diepste samenbrengt met anderen, met God. Dat is geestkracht die voorbij verdeeldheid gaat. Als we daar woorden of beelden aan willen geven wordt het vaak ingewikkeld en soms gevaarlijk.
Misschien mag de les van deze zondagochtend zijn dat we alert zijn op de woorden die we spreken. Dat er nooit één woord mag zijn – of de uitspraak van een woord- waarop we anderen in een hokje plaatsen.  Dat we ons bewust zijn van woorden die door anderen gesproken worden. Dat we vragen blijven stellen om tot helderheid en klaarheid te komen. Dat we zoeken naar verbinding tussen mensen. Misschien nog iets meer… verbindging met al wat leeft. Dat die geest, voorbij woorden maar mag waaien, hier bij ons, in de stad, over het land, dwars door europa en over de wereld.
Geloofslied Nu nog met halve woorden

KLAARZETTEN VAN BROOD EN WIJN |COLLECTE

INSTRUMENTALE MUZIEK

VOORBEDE

Eeuwige, gij die ons verbindt met U en met elkaar, vandaag bidden wij om meer verbondenheid in onze samenleving, waar de tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen bijna onoverbrugbaar lijken.
Wek uw kracht en kom ons bevrijden. Zie ons gedoog ons, laat ons niet vallen.
Eeuwige, gij die alle taal te boven gaat en niet in één naam te vangen zijt, wij bidden om taal van recht en vrede, om woorden en gebaren die mensen en alt wat leeft samenbrengen in onze straat, in onze stad, in ons land, in Europa, in de wereld ten behoeve van heel uw schepping.
Dat wij niet leven gevangen in leegte, dat wij niet vallen terug in het stof.
Eeuwige, gij die ons aanspoort tot recht en vrede, vandaag bidden wij voor mensen die leven in oorlog en geweld. Vrede lijkt verder weg dan ooit. We denken aan Gaza, Soedan en Oekraïne en alle andere brandhaarden op de wereld.  Dat woorden van recht en vrede juist daar waar mogen worden.
Roep ons namen dat wij U horen, dat wij herademen, dat wij U leven.
Eeuwige, gij die over de grenzen van tijd en ruimte voor verbinding zorgt, we bidden voor alles wat werd toevertrouwd aan ons intentieboek. Ook dat wat leeft in harten van ieder van ons, willen we hier voor jou neerleggen. We bidden voor mensen die ziek zijn en wel wat licht en steun kunnen gebruiken. Dat ons gebed en jouw aandacht hun tot steun mag zijn. We staan rondom deze tafel stil bij mensen van wie we afscheid moesten nemen.
Roep ons namen dat wij U horen, dat wij herademen, dat wij U leven.

 TAFELGEBED
Jij, die we aarzelend God noemen, al eeuwen trachten wij jouw ‘zijn’ te doorgronden met woorden, liederen en gebaren.Wij hebben jouw ‘zijn’ een naam gegeven om jou te roepen zoals we dieren roepen en onze kinderen. Maar jouw ‘zijn’ is niet te doorgronden niet met gebaren niet met gebeden en ook niet met daden. We weten niet eens waar jij begint of eindigt.
God, jij bent altijd meer dan wij van jou weten of vermoeden. Wij kunnen jou niet vasthouden  met onze woorden en onze ogen zijn niet in staat jouw aangezicht te zien. Maar in Jezus heb jij je laten zien,  zijn spoor is onuitwisbaar, zijn geest is niet te doven.  Die in de avond voor zijn dood aan tafel zat met zijn vrienden,  brood nam, zijn dank uitsprak, het brak en deelde met de woorden: ‘neemt en eet, dit is mijn leven, mijn liefde voor jullie gegeven.’ Ook de beker liet Hij rondgaan: ‘Drinkt hieruit, allemaal, dit is mijn bloedeigen leven,  dat hemel en aarde verbindt. Denk aan mij, wanneer je hieruit samen drinkt in mijn naam.’
Aangevuurd door zijn Geest vinden woorden en mensen elkaar. In zijn geest wijzen mensen  elkaar de bronnen aan, vindplaatsen van waarheid en liefde. Samen gaan ze wegen om het onrecht te keren, hun handen staan klaar  om te breken en te delen  wat het leven biedt. Hij leeft in ons opstaan  en naar de ander gaan. Zo groeit zijn rijk onder ons,wordt zoeken een hoopvolle tocht  naar een land van licht en leven.

ONZE VADER| VREDESWENS |VREDESLIED  Dona nobis pacem
Breken & delen
LIED Eet en drinkt van brood en wijn
Stilte
MEDEDELINGEN  

SLOTGEDACHTE

Aan een rivier woonde twee boeren. De ene op de rechter en de andere linker oever. De twee boeren waren jaloers op elkaar. Als ze ‘s ochtends aan het ploegen waren stond de een te schelden dat het land van de ander in de zon lag terwijl zijn land in de schaduw lag. En als ze in de avond aan het houthakken waren schold de ander weer dat het huis van de ander op dat moment in de zon stond. Ook hun vrouwen waren ontevreden, de een in de ochtend en de ander in de avond.
Op een dag namen hun mannen dat niet meer.  Ze verzamelden grote stenen en gooiden die naar elkaar. De rivier echter was echter zo breed dat de stenen in de rivier vielen.
Dagen later kwamen hun kinderen bij de rivier. Het water was gezakt. Er zoveel stenen dat ze van de ene op de andere konden sprinten. Zo kwamen ze elkaar tegen, in het midden van de rivier. Ze gingen zitten op een grote steen en keken naar het water. Dat vonden ze zo fijn, dat ze er elke middag gingen zitten. De ouder vroegen zich af: ‘Hoe komt het dat onze kinderen dingen weten die we zelf nooit eerder hoorden?’
Op een dag regende het heel hard. De kinderen vertelden geen verhalen meer. Het water was gestegen en de kinderbrug was verdwenen.
Toen ontdekten de ouders het geheim van hun kinderen en ze begonnen bij zichzelf na te denken. Na lang nadenken kwamen ze tot het besluit om met de stenen die de beide boeren hadden verzameld om elkaar te bekogelen een brug te bouwen. Een brug zo mooi als een regenboog die aan de hemel schittert in de zon.
(naar een verhaal van Max Bollinger en  Stepan Zavrel)

 ZEGENWENS

Moge God ons zegenen met onrust
over gemakkelijke antwoorden
halve waarheden, oppervlakkige reacties
zodat er diepgang is in onze harten.

Moge God ons zegenen met boosheid
over onrechtvaardigheid
onderdrukking en uitbuiting van mensen
zodat we werken voor rechtvaardigheid en vrede.

Moge God ons zegenen met tranen
die we plengen voor hen die lijden
door pijn, verstoting, honger en oorlog
zodat we onze handen zullen uitstrekken tot troost.

En moge God ons zegenen met zoveel
dwaasheid dat we geloven
een verschil te kunnen maken in deze wereld
zodat we doen waarvan anderen zeggen
dat het onmogelijk is!

SLOTLIED Als God ons thuisbrengt

 

 

 

1 reactie

  1. Fiet Vreeburg

    zo 09th jun 2024 at 22:59

    Franneke, met jouw overweging kunnen we de week, de weken door! Frappant was jouw uitleg over de volkeren van toen endat a doortrekken naar nu!
    Hebben we dus niets geleerd? Het eind ontroerde ons…we hebben er nog lang over gesproken, ook met anderen.
    Dank!
    Ton en Fiet

    Beantwoorden

Reactie plaatsen